1 OKTOBER 2006. - Ministerieel besluit tot delegatie van de bevoegdheid een verzoek tot inzage of een afschrift van een bestuursdocument dat de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken onder zich heeft, af te wijzen(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 20-10-2006 en tekstbijwerking tot 30-12-2022)
Art. 1, 1/1, 2
Artikel 1. De bevoegdheid een verzoek tot inzage of een afschrift van een bestuursdocument dat de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken onder zich heeft, af te wijzen, wordt gedelegeerd aan de voorzitter van het directiecomité.
Bij ontstentenis, verlof, afwezigheid of verhindering van de voorzitter van het directiecomité wordt de in het eerste lid bedoelde bevoegdheid uitgeoefend door de aanwezige houder van een mandaatfunctie met de grootste anciënniteit in een dergelijke functie, en bij gelijke anciënniteit de oudste.
Art. 1/1. [1 In afwijking van artikel 1 wordt de bevoegdheid een verzoek tot inzage of een afschrift van een bestuursdocument dat de Algemene Directie Dienst Vreemdelingenzaken onder zich heeft, af te wijzen, gedelegeerd aan de personeelsleden van de Dienst Vreemdelingenzaken die minimaal een functie van adviseur uitoefenen of die tot de A3-klasse behoren.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij MB 2022-10-07/20, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 09-01-2023>
Art. 2. Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2006.