Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

22 MEI 2005. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de vezelcement (PC 106.03) ressorteren. (NOTA : raadpleging van vroegere versies vanaf 03-06-2005 en tekstbijwerking tot 03-10-2006)



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor de vezelcement ressorteren.

Art.2. In afwijking van de bepalingen van artikel 59, tweede en derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten en onverminderd artikel 60 van dezelfde wet, wordt, wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat, de na te leven opzeggingstermijn vastgesteld op :
  1° vijfendertig dagen indien het werklieden betreft die tussen zes maanden en minder dan vijf jaren ononderbroken in dienst van de onderneming zijn gebleven;
  2° tweeënveertig dagen indien het werklieden betreft die tussen vijf jaren en minder dan tien jaren ononderbroken in dienst van de onderneming zijn gebleven;
  3° zesenvijftig dagen indien het werklieden betreft die tussen tien jaren en minder dan vijftien jaren ononderbroken in dienst van de onderneming zijn gebleven;
  4° vierentachtig dagen indien het werklieden betreft die tussen vijftien jaren en minder dan twintig jaren ononderbroken in dienst van de onderneming zijn gebleven;
  5° honderd en twaalf dagen indien het werklieden betreft die meer dan twintig jaren ononderbroken in dienst van de onderneming zijn gebleven.

Art.3. De opzeggingstermijnen bepaald in artikel 2 zijn niet van toepassing in geval van opzegging met het oog op brugpensioen (en in geval van het vervroegd uittreden vanaf 55 jaar zoals gedefinieerd in het Paritair Subcomité voor de vezelcement). In dit geval worden de opzeggingstermijnen zoals bepaald in artikel 59, tweede en derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten toegepast. <KB 2006-09-24/39, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 03-10-2006>

Art.4. De opzeggingen betekend vóór de inwerkingtreding van dit besluit blijven al hun gevolgen behouden.

Art.5. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 6. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 22 mei 2005.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Werk,
  Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE.