14 OKTOBER 2005. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de overdracht van sommige personeelsleden van de administratie Waterwegen en Zeewezen aan de verzelfstandigde agentschappen Waterwegen en Zeekanaal en De Scheepvaart, samen met alle goederen die aan die personeelsleden verbonden zijn. (NOTA : Bekrachtigd met uitwerking op de datum van zijn inwerkingtreding bij DVR2006-12-22/31, art. 34).
Art. 1-8
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° personeelsleden : zowel de gewone als de stagedoende ambtenaren evenals de contractuele personeelsleden;
2° alle goederen die aan de personeelsleden verbonden zijn : alle roerende goederen die onlosmakelijk zijn verbonden met de overgedragen personeelsleden;
3° Waterwegen en Zeekanaal : het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap Waterwegen en Zeekanaal, naamloze vennootschap van publiek recht;
4° De Scheepvaart : het publiekrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap De Scheepvaart, naamloze vennootschap van publiek recht.
Art.2. Dit besluit is van toepassing op de personeelsleden van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, departement Leefmilieu en Infrastructuur, administratie Waterwegen en Zeewezen, waarvan de namen in bijlage I en II ad nominatim worden vermeld.
Dit besluit regelt de overdracht van de personeelsleden en alle goederen die aan die personeelsleden verbonden zijn naar Waterwegen en Zeekanaal en De Scheepvaart.
Art.3. § 1. De personeelsleden van de administratie Waterwegen en Zeewezen die zijn opgenomen in bijlage I worden overgedragen naar Waterwegen en Zeekanaal.
Vanaf het tijdstip van de overdracht is het stambesluit VOI alsmede het instellingsspecifiek besluit van Waterwegen en Zeekanaal op hen toepassing.
§ 2. Alle goederen die aan de personeelsleden uit § 1 verbonden zijn, worden kosteloos in eigendom overgedragen naar Waterwegen en Zeekanaal.
Art.4. § 1. De personeelsleden van de Administratie Waterwegen en Zeewezen, die zijn opgenomen in bijlage II, worden overgedragen naar De Scheepvaart.
Vanaf het tijdstip van de overdracht is het stambesluit VOI alsmede het instellingsspecifiek besluit van De Scheepvaart op hen van toepassing.
§ 2. Alle goederen die aan de personeelsleden uit § 1 verbonden zijn, worden kosteloos in eigendom overgedragen naar De Scheepvaart.
Art.5. § 1. Onverminderd de bevoegdheid van de Vlaamse Regering tot bepaling van de rechtspositieregeling van het personeel van de agentschappen, wordt de overdracht op grond van dit besluit aan het verzelfstandigd agentschap niet beschouwd als een nieuwe benoeming en doet ze evenmin afbreuk aan de reeds verworven statutaire rechten.
§ 2. Voor de contractuele personeelsleden worden de bestaande arbeidsovereenkomsten overgedragen naar Waterwegen en Zeekanaal als artikel 3 van toepassing is, hetzij naar De Scheepvaart als artikel 4 van toepassing is. Waterwegen en Zeekanaal respectievelijk De Scheepvaart wordt beschouwd als hun nieuwe werkgever en is gehouden alle rechten die voor de contractuele personeelsleden uit de overgedragen arbeidsovereenkomst voortvloeien na te leven.
§ 3. De overgedragen personeelsleden behouden :
1° hun hoedanigheid;
2° hun graad of betrekking;
3° hun functionele of geldelijke loopbaan;
4° hun administratieve of geldelijke anciënniteit;
5° het salaris en het salarisschaal waarop zij recht hebben volgens de bestaande regelgeving op 31 oktober 2005;
6° de toelagen, vergoedingen en sociale voordelen die op reglementaire of contractuele basis worden toegekend en waarop zij recht hebben volgens de bestaande regelgeving op 31 oktober 2005, als de voorwaarden van toekenning blijven bestaan en als aan deze voorwaarden blijft voldaan;
7° de voordelen, verleend door de sociale dienst, waarop zij recht hebben volgens de bestaande regelgeving op 31 oktober 2005.
§ 4. De ambtenaren die slagen voor een vergelijkend examen voor de overgang naar een ander niveau of voor een vergelijkend examen voor verhoging in graad, waarvan de respectievelijke procedures gestart zijn voor de overdracht, behouden bij Waterwegen en Zeekanaal en De Scheepvaart de aanspraak op bevordering die zij door het slagen voor een van de examens verworven hebben, met inbegrip van de voordelen die eraan verbonden zijn in het statuut dat van toepassing is op 31 oktober 2005, als die voordelen gunstiger zijn dan die welke verbonden zijn aan de regeling die van toepassing is vanaf 1 november 2005.
Art.6. De procedures inzake aanwerving, bevordering en de loopbaanexamens voor de betrekkingen die worden overgedragen naar hetzij Waterwegen en Zeekanaal, hetzij De Scheepvaart en die aangevat werden voor de overdracht worden voortgezet door de initieel organiserende instantie.
Art.7. De Vlaamse minister, bevoegd voor het algemeen beleid inzake personeel en organisatieontwikkeling en de Vlaamse minister, bevoegd voor de openbare werken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 8. Dit besluit treedt in werking op 1 november 2005.
Brussel, 14 oktober 2005.
Voor de minister-president van de Vlaamse Regering, afwezig,
De Vice-Minister-President van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Werk, Onderwijs en Vorming,
F. VANDENBROUCKE
De Vlaamse minister van Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media en Toerisme,
G. BOURGEOIS
De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur,
K. PEETERS.