29 APRIL 2005. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 maart 2000 tot uitvoering van de artikelen 11, § 1, 13° en § 7, 33 en 33bis van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen.
Art. 1-3
Artikel 1. Het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 maart 2000 tot uitvoering van de artikelen 11, § 1, 13°, en § 7, 33 en 33bis van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen, wordt vervangen door wat volgt :
" Besluit van de Vlaamse Regering van 3 maart 2000 houdende regeling van de nutriëntenhalte en het registreren van de noodzakelijke gegevens betreffende de gemeentelijke en gewestelijke productiedruk ter uitvoering van het decreet van 23 januari 1991 inzake de bescherming van het leefmilieu tegen de verontreiniging door meststoffen. "
Art.2. In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° § 3 wordt vervangen door wat volgt :
" § 3. In uitvoering van artikel 33ter, § 1, 1°, c), 4), 5) en 6), van het decreet, kan de Mestbank de nutriëntenhalte NHn en NHp van de stop gezette veeteeltinrichting overdragen aan de veeteeltinrichting die een nieuwe of bijkomende vergunde mestproductie heeft bekomen. Indien de overdracht van de nutriëntenhalte NHn en NHp gebeurt in uitvoering van artikel 33ter, § 1, 1°, c), 4), van het decreet, wordt de procentuele beperking toegepast die door dat artikel is voorzien.
De overdracht van de nutriëntenhalte NHn en NHp gebeurt op aanvraag van de vergunninghouder van de veeteeltinrichting die de nieuwe of bijkomende vergunde mestproductie heeft bekomen. Bij de aanvraag dient een verklaring te worden gevoegd waarin de aanvrager bevestigt dat de veeteeltinrichting waarvan de nutriëntenhalte NHn en NHp zal worden overgedragen, volledig en definitief is stopgezet. De aanvraag dient te gebeuren uiterlijk 12 maanden na de ingebruikname van de verleende vergunning op grond van artikel 33ter, § 1, 1°, c), 4), 5) en 6) van het decreet. ";
2° § 3ter wordt vervangen door wat volgt :
" § 3ter. In uitvoering van artikel 33ter, § 4, van het decreet, en in afwijking van artikel 4, § 1, kan voor de categorieën van veeteeltinrichtingen, bedoeld in artikel 33ter, § 4, van het decreet, de nutriëntenhalte NHp en NHn bepaald worden op 85 procent van de vergunde mestproductie van die veeteeltinrichtingen. De toekenning van deze nutriëntenhalte gebeurt op aanvraag van de vergunninghouder van de veeteeltinrichting, bedoeld in een van de categorieën voorzien in artikel 33ter, § 4, van het decreet. Bij de aanvraag dient een afschrift van de afgeleverde milieu- en bouwvergunningen te worden gevoegd. ";
3° een § 3quater wordt toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 3quater. In uitvoering van artikel 33bis, § 3, 2°, van het decreet, en in afwijking van artikel 4, § 1, wordt voor een bestaande veeteeltinrichting, bedoeld in artikel 2, tweede lid, 7°, c), van het decreet, de nutriëntenhalte NHp en NHn bepaald op 85 procent van de vergunde mestproductie van deze bestaande veeteeltinrichting.
In afwijking van de tijdsbepaling voorzien in artikel 2, tweede lid, 7°, c), van het decreet, wordt voor de toepassing van dit artikel als bestaande veeteeltinrichting beschouwd, die veeteeltinrichting die na 30 maart 2000 een definitieve milieuvergunning heeft bekomen als gevolg van een vergunningsaanvraag ingediend volgens de procedure voorzien in het Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming.
De toekenning van deze nutriëntenhalte gebeurt op aanvraag van de vergunninghouder van de bestaande veeteeltinrichting. Bij de aanvraag dient een afschrift van de afgeleverde milieu- en bouwvergunningen te worden gevoegd. ";
4° in § 4 worden na de woorden " De aanvraag tot herziening " de woorden ", overdracht of toekenning " toegevoegd en worden de woorden " of § 3ter " vervangen door de woorden ", § 3ter of § 3quater ";
5° in § 5 worden na de woorden " de aanvraag tot herziening " de woorden ", overdracht of toekenning " toegevoegd.
Art. 3. De Vlaamse minister, bevoegd voor het Leefmilieu, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 29 april 2005.
De minister-president van de Vlaamse Regering,
Y. LETERME
De Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur,
K. PEETERS.