Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

20 JULI 2005. - Koninklijk besluit tot wijziging van drie koninklijke besluiten genomen ter uitvoering van de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten.



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken.
Art. 1-5
HOOFDSTUK II. - Koninklijk besluit van 10 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten in de sectoren water, energie, vervoer en telecommunicatie.
Art. 6-18
HOOFDSTUK III. - Koninklijk besluit van 18 juni 1996 betreffende de mededinging in het raam van de Europese Gemeenschap van sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten in de sectoren water, energie, vervoer en telecommunicatie.
Art. 19-21
HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding.
Art. 22-23



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1996021153  1996021448  1996021450 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken.
Artikel 1. Artikel 20 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, vervangen bij het koninklijk besluit van 25 maart 1999, wordt aangevuld met een § 4, luidende :
  " § 4. De aanbestedende overheid die via elektronische middelen kosteloos toegang heeft tot de inlichtingen of documenten die haar toelaten, binnen de grenzen van de artikelen 17 tot 19 en de §§ 1 en 2 van dit artikel, de persoonlijke situatie en de bekwaamheid van de betrokken kandidaten of inschrijvers na te gaan, stelt laatstgenoemden ervan vrij de in die artikelen bedoelde inlichtingen mee te delen of documenten voor te leggen. De aanbestedende overheid vermeldt in de aankondiging van de opdracht of in voorkomend geval in het bestek de inlichtingen of documenten welke ze via elektronische weg zal opvragen. Zij dient zelf deze inlichtingen of documenten op te vragen en de resultaten ervan in de documenten van de opdracht te bewaren. "

Art.2. Artikel 46 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 25 maart 1999, wordt aangevuld met een § 4, luidende :
  " § 4. De aanbestedende overheid die via elektronische middelen kosteloos toegang heeft tot de inlichtingen of documenten die haar toelaten, binnen de grenzen van de artikelen 43 tot 45 en de §§ 1 en 2 van dit artikel, de persoonlijke situatie en de bekwaamheid van de betrokken kandidaten of inschrijvers na te gaan, stelt laatstgenoemden ervan vrij de in die artikelen bedoelde inlichtingen mee te delen of documenten voor te leggen. De aanbestedende overheid vermeldt in de aankondiging van de opdracht of in voorkomend geval in het bestek de inlichtingen of documenten welke ze via elektronische weg zal opvragen. Zij dient zelf deze inlichtingen of documenten op te vragen en de resultaten ervan in de documenten van de opdracht te bewaren. "

Art.3. In artikel 68, zesde lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "leden 3 en 4" vervangen door de woorden "leden 4 en 5".

Art.4. Artikel 72 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 25 maart 1999, wordt aangevuld met een § 5, luidende :
  " § 5. De aanbestedende overheid die via elektronische middelen kosteloos toegang heeft tot de inlichtingen of documenten die haar toelaten, binnen de grenzen van de artikelen 69 tot 73, de persoonlijke situatie en de bekwaamheid van de betrokken kandidaten of inschrijvers na te gaan, stelt laatstgenoemden ervan vrij de in die artikelen bedoelde inlichtingen mee te delen of documenten voor te leggen. De aanbestedende overheid vermeldt in de aankondiging van de opdracht of in voorkomend geval in het bestek de inlichtingen of documenten welke ze via elektronische weg zal opvragen. Zij dient zelf deze inlichtingen of documenten op te vragen en de resultaten ervan in de documenten van de opdracht te bewaren. "

Art.5. In artikel 90, § 4bis, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 22 april 2002, wordt tussen het eerste en het tweede lid het volgende lid ingevoegd :
  " Bedoeld attest moet ook niet worden voorgelegd wanneer de aanbestedende overheid de inschrijver daarvan heeft vrijgesteld overeenkomstig de artikelen 20, § 4, 46, § 4, en 72, § 5. "

HOOFDSTUK II. - Koninklijk besluit van 10 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten in de sectoren water, energie, vervoer en telecommunicatie.
Art.6. In het opschrift van het koninklijk besluit van 10 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten in de sectoren water, energie, vervoer en telecommunicatie, wordt het woord "telecommunicatie" vervangen door het woord "postdiensten".

Art.7. In artikel 1, § 2, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 4 december 2001 en 17 december 2003, vervalt het woord "telecommunicatie".

Art.8. In artikel 17ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 25 maart 1999, wordt een § 3 ingevoegd, luidende :
  " § 3. De aanbestedende overheid die via elektronische middelen kosteloos toegang heeft tot de inlichtingen of documenten die haar toelaten, binnen de grenzen van de artikelen 17 en 17bis en de §§ 1 en 2 van dit artikel, de persoonlijke situatie en de bekwaamheid van de betrokken kandidaten of inschrijvers na te gaan, stelt laatstgenoemden ervan vrij de in die artikelen bedoelde inlichtingen mee te delen of documenten voor te leggen. De aanbestedende overheid vermeldt in de aankondiging van de opdracht of in voorkomend geval in het bestek de inlichtingen of documenten welke ze via elektronische weg zal opvragen. Zij dient zelf deze inlichtingen of documenten op te vragen en de resultaten ervan in de documenten van de opdracht te bewaren. "

Art.9. Artikel 21, 2°, van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt :
  " d) de activiteiten in de sector van de postdiensten in de zin van artikel 34 van de wet. "

Art.10. In artikel 22, § 2, eerste lid van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 4 december 2001 en 17 december 2003, worden punten 1° en 2° vervangen door de woorden "473.800 euro".

Art.11. Artikel 39ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 25 maart 1999, wordt aangevuld met het volgende lid :
  " De aanbestedende overheid die via elektronische middelen kosteloos toegang heeft tot de inlichtingen of documenten die haar toelaten, binnen de grenzen van de artikelen 39 en 39bis en het eerste lid van dit artikel, de persoonlijke situatie en de bekwaamheid van de betrokken kandidaten of inschrijvers na te gaan, stelt laatstgenoemden ervan vrij de in die artikelen bedoelde inlichtingen mee te delen of documenten voor te leggen. De aanbestedende overheid vermeldt in de aankondiging van de opdracht of in voorkomend geval in het bestek de inlichtingen of documenten welke ze via elektronische weg zal opvragen. Zij dient zelf deze inlichtingen of documenten op te vragen en de resultaten ervan in de documenten van de opdracht te bewaren. "

Art.12. Artikel 42, 2°, van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt :
  " d) de activiteiten in de sector van de postdiensten in de zin van artikel 34 van de wet. "

Art.13. In artikel 43, § 2, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 4 december 2001 en 17 december 2003, worden punten 1° en 2° vervangen door de woorden "473.800 euro".

Art.14. Artikel 60ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 25 maart 1999, wordt aangevuld met het volgende lid :
  " De aanbestedende overheid die via elektronische middelen kosteloos toegang heeft tot de inlichtingen of documenten die haar toelaten, binnen de grenzen van de artikelen 60 en 60bis, van het eerste en tweede lid van dit artikel en van artikel 61, de persoonlijke situatie en de bekwaamheid van de betrokken kandidaten of inschrijvers na te gaan, stelt laatstgenoemden ervan vrij de in die artikelen bedoelde inlichtingen mee te delen of documenten voor te leggen. De aanbestedende overheid vermeldt in de aankondiging van de opdracht of in voorkomend geval in het bestek de inlichtingen of documenten welke ze via elektronische weg zal opvragen. Zij dient zelf deze inlichtingen of documenten op te vragen en de resultaten ervan in de documenten van de opdracht te bewaren. "

Art.15. Artikel 66, 2°, van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt :
  " d) de activiteiten in de sector van de postdiensten in de zin van artikel 34 van de wet. "

Art.16. In artikel 78, § 4bis, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 22 april 2002, wordt tussen het eerste en het tweede lid het volgende lid ingevoegd :
  " Bedoeld attest moet ook niet worden voorgelegd wanneer de aanbestedende overheid de inschrijver daarvan heeft vrijgesteld overeenkomstig de artikelen 17ter, 39ter en 60ter. "

Art.17. In artikel 108, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 2000, worden de woorden "en vervoer en 200.000 euro in de sector telecommunicatie" vervangen door de woorden ",vervoer en postdiensten".

Art.18. In bijlage 1 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 25 maart 1999, wordt punt 2 vervangen door de volgende bepaling : "2. Sector van de postdiensten - De Post".

HOOFDSTUK III. - Koninklijk besluit van 18 juni 1996 betreffende de mededinging in het raam van de Europese Gemeenschap van sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten in de sectoren water, energie, vervoer en telecommunicatie.
Art.19. In het opschrift van het koninklijk besluit van 18 juni 1996 betreffende de mededinging in het raam van de Europese Gemeenschap van sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten in de sectoren water, energie, vervoer en telecommunicatie, wordt het woord "telecommunicatie" vervangen door het woord "postdiensten".

Art.20. In artikel 2, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 17 maart 1999 en bij het ministerieel besluit van 4 december 2001, vervallen de woorden "in de sectoren water, energie, vervoer en 600.000 euro voor de opdrachten voor aanneming van leveringen en diensten in de sector telecommunicatie".

Art.21. In bijlage 1 van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 17 maart 1999, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in de lijst van de privaatrechtelijke personen die bijzondere of uitsluitende rechten genieten in de zin van artikel 47 van de wet van 24 december 1993, in punt 4, wordt het woord "telecommunicatie" vervangen door het woord "postdiensten";
  2° in de lijst van de overheidsbedrijven in de zin van artikel 26 van de wet van 24 december 1993, wordt punt 2 vervangen door de volgende bepaling : "2. Sector van de postdiensten - De Post".

HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding.
Art.22. De artikels 3, 6, 7, 9, 10, 12, 13, 15 en 17 tot 21 van dit besluit treden in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
  De artikels 1, 2, 4, 5, 8, 11, 14 en 16 van hetzelfde besluit treden in werking op 1 oktober 2005. De overheidsopdrachten gepubliceerd vóór deze datum of waarvoor, bij ontstentenis van een bekendmaking van aankondiging, vóór deze datum uitgenodigd wordt om een offerte in te dienen of zich kandidaat te stellen, blijven onderworpen aan de reglementaire bepalingen die gelden op het ogenblik van de aankondiging of van de uitnodiging.

Art. 23. Onze Eerste Minister en onze Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 20 juli 2005.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Eerste Minister,
  G. VERHOFSTADT
  De Staatssecretaris voor Administratieve Vereenvoudiging,
  V. VAN QUICKENBORNE.