Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

25 MEI 2005. - Koninklijk besluit tot wijziging van de artikelen 15, § 1 en 16, § 1, eerste lid, van het Wetboek van Vennootschappen, vastgesteld bij de wet van 7 mei 1999.



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Inleidende bepaling.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Wijzigingen in het Wetboek van Vennootschappen, vastgesteld bij de wet van 7 mei 1999.
Art. 2-3
HOOFDSTUK III. - Inwerkingtreding en uitvoering.
Art. 4-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1999A09646 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Inleidende bepaling.
Artikel 1. Dit besluit bewerkstelligt de omzetting van de richtlijn 2003/38/EG van de Raad van 13 mei 2003 tot wijziging van richtlijn 78/660/EEG met betrekking tot in euro uitgedrukte bedragen.

HOOFDSTUK II. - Wijzigingen in het Wetboek van Vennootschappen, vastgesteld bij de wet van 7 mei 1999.
Art.2. In artikel 15, § 1, van het Wetboek van vennootschappen, vastgesteld bij de wet van 7 mei 1999, worden de woorden " 6.250.000 euro " vervangen door de woorden " 7.300.000 euro " en de woorden " 3.125.000 euro " door de woorden " 3.650.000 euro ".

Art.3. In artikel 16, § 1, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, worden de woorden " 25 miljoen euro " vervangen door de woorden " 29.200.000 euro " en de woorden " 12,5 miljoen euro " door de woorden " 14.600.000 euro ".

HOOFDSTUK III. - Inwerkingtreding en uitvoering.
Art.4. De in artikelen 2 en 3 vastgestelde verhogingen zijn van toepassing op de vanaf 31 december 2004 afgesloten jaarrekeningen.

Art.5. De regels die zijn opgenomen in artikel 15, § 2, van het Wetboek van Vennootschappen, zijn voor één maal niet van toepassing op de opstelling en de openbaarmaking van de jaarrekeningen die de ondernemingen afsluiten vanaf 31 december 2004. Voor die afsluiting wordt enkel rekening gehouden met de in artikelen 2 en 3 bedoelde verhoogde bedragen voor de jaaromzet en het balanstotaal van het betrokken boekjaar.

Art. 6. Onze minister bevoegd voor Justitie, Onze minister bevoegd voor Financiën, Onze minister bevoegd voor Economie, en Onze minister bevoegd voor Middenstand zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 25 mei 2005.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Economie,
  M. VERWILGHEN
  De Minister van Justitie,
  Mevr. L. ONKELINX
  De Minister van Financiën,
  D. REYNDERS
  De Minister van Middenstand en Landbouw,
  Mevr. S. LARUELLE.