Details





Titel:

11 JUNI 2004. - Besluit van de Vlaamse regering tot oprichting van het intern verzelfstandigd agentschap ["Agentschap Overheidspersoneel"].<BVR2015-03-13/03, art. 17, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2015>(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 12-07-2004 en tekstbijwerking tot 22-11-2023)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Benaming, doelstellingen en taken van het agentschap.
Art. 2-6
HOOFDSTUK III. - Aansturing en leiding van het agentschap.
Art. 7-9
HOOFDSTUK IV. - Delegatie van beslissingsbevoegdheden.
Art. 10-11
HOOFDSTUK V. - Controle, opvolging en toezicht.
Art. 12-13
HOOFDSTUK VI. [1 - Wijzigings-, inwerkingtredings- en uitvoeringsbepalingen]1
Art. 14-15, 15/1, 16



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1994036489  1994036490 



Uitvoeringsbesluit(en):

2006035698  2009203644  2011202509  2015035412 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° [2 het Algemeen Delegatiebesluit : het besluit van de Vlaamse Regering van 30 oktober 2015 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen en van de intern verzelfstandigde agentschappen;]2
  2° het agentschap : het [1 "Agentschap Overheidspersoneel"]1;
  3° de minister : de Vlaamse minister bevoegd voor [1 het algemeen beleid inzake personeel en organisatieontwikkeling in de Vlaamse administratie]1;
  4° het lijnmanagement : de hoofden van de organisatorische entiteiten binnen de Vlaamse overheid die het hiërarchisch en functioneel gezag over het personeel van hun entiteit uitoefenen;
  [1 5° diensten van de Vlaamse overheid: de entiteiten, de raden en de instellingen die ressorteren onder het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006.]1
  ----------
  (1)<BVR 2015-03-13/03, art. 18, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2015>
  (2)<BVR 2019-05-10/12, art. 21, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2019>

HOOFDSTUK II. - Benaming, doelstellingen en taken van het agentschap.
Art.2.[1 Binnen het Vlaams [3 Ministerie Kanselarij, Bestuur, Buitenlandse Zaken en Justitie]3 wordt een intern verzelfstandigd agentschap zonder rechtspersoonlijkheid opgericht, onder de benaming "Agentschap Overheidspersoneel".
   Het agentschap wordt opgericht voor de voorbereiding, de uitvoering en de evaluatie van het beleid inzake overheidspersoneel en organisatieontwikkeling.
   Het agentschap treedt op als selectiecentrum voor de diensten van de Vlaamse overheid,[2 ...]2.
   Het agentschap behoort tot het [3 beleidsdomein Kanselarij, Bestuur, Buitenlandse Zaken en Justitie]3.]1
  ----------
  (1)<BVR 2015-03-13/03, art. 19, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2015>
  (2)<BVR 2015-07-03/11, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 01-05-2015>
  (3)<BVR 2020-09-11/13, art. 13, 005; Inwerkingtreding : 01-09-2020>

Art.3.[1 Het agentschap heeft als missie het beleid inzake overheidspersoneel en organisatieontwikkeling voor te bereiden, uit te voeren en te evalueren. Het zorgt voor ondersteuning aan de lijnmanagers van de beleidsdomeinen van de Vlaamse overheid, zodat die een beleid inzake personeel en organisatie kunnen voeren, in overeenstemming met het gemeenschappelijk overkoepelend P&O-beleid van de Vlaamse overheid, dat bijdraagt tot de realisatie van de strategische doelstellingen van hun eigen beleidsdomein.]1
  ----------
  (1)<BVR 2015-03-13/03, art. 20, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2015>

Art.4.[1 § 1. Het agentschap zorgt in het kader van de beleidsvoorbereiding voor:
   1° het opzetten van sturende processen met betrekking tot het personeelsbeleid en de organisatieontwikkeling;
   2° de voorbereiding, de opmaak en de evaluatie van de regelgeving met betrekking tot personeelsbeleid en organisatieontwikkeling;
   3° het interne diversiteitsbeleid inzake personeel.
   § 2. Het agentschap heeft tot taak de uitvoering van een gemeenschappelijk managementondersteunend dienstenaanbod t.a.v. alle beleidsdomeinen te realiseren, inzonderheid door:
   1° het organiseren en het beheren van de ontwikkelingsgerichte ondersteuning van de managementgroep Vlaamse Overheid, top- en middenkader en het leidinggevend potentieel in de Vlaamse overheid;
   2° het aanbieden van projectmatige ondersteuning en het terbeschikking stellen en/of op maat aanpassen van instrumenten op het vlak van prestatiemanagement;
   3° het aanbieden van instrumenten en interne en externe consultancy op het vlak van competentiemanagement en loopbaan- en beloningsbeleid;
   4° het aanbieden van projectmatige ondersteuning op het vlak van personeelstevredenheid,
   5° de uitvoering van activiteiten op het vlak van hulpverlening en welzijn op het werk;
   6° het aanbieden van projectmatige ondersteuning op het vlak van plaats- en tijdsonafhankelijk werken;
   7° de coördinatie en het beheer van een gemeenschappelijk personeelsbeheerssysteem [3 , een dienstencentrum personeelsadministratie en de loonadministratie, met inbegrip van de loonadministratie van de kabinetten en de leden van de Vlaamse Regering]3;
   8° het aanbieden van instrumenten en interne en externe consultancy op het vlak van organisatieontwikkeling en belanghebbendenmanagement;
   9° het aanbieden van instrumenten en interne en externe consultancy op het vlak van vorming, training en ontwikkeling.
   10° het verlenen van advies over de regelgeving met betrekking tot personeelsbeleid en organisatieontwikkeling.
  [3 11°[5 ...]5.]3
  [3 In afwijking van het eerste lid kunnen de taken, vermeld in het eerste lid, 2° tot en met 4° en 6° tot en met 9°, worden uitgevoerd ten behoeve van de Vlaamse, lokale en externe overheden, vermeld in artikel I.3 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018.]3
  [3[5 ...]5]3
  [3 § 2/1. Het agentschap beheert de personeelsdossiers van de kabinetten van de Vlaamse Regering en voert het statuut van de Vlaamse ministers uit. In het kader van de voormelde taak biedt het administratieve ondersteuning en interne dienstverlening aan de kabinetten van de leden van de Vlaamse Regering.]3
   § 3. Het agentschap voert als selectiecentrum voor de diensten van de Vlaamse overheid de volgende taken uit:
   1° de uitvoering van opdrachten inzake werving, selectie [4 , bevordering en mobiliteit]4 van statutair en contractueel personeel;
   2° de professionele begeleiding bij de rekrutering en selectie van het statutair en contractueel personeel;
   3° [4 ...]4
   4° [4 ...]4
   5° [4 ...]4
   6° [4 ...]4
   7° het beheer van de reserves van aanwervingsexamens en van [4 ...]4 bevorderingsexamens;
   8° de organisatie van de vervangingspool;
   9° de ontwikkeling van aanverwante diensten zoals de ondersteuning bij de evaluatie van personeelsleden, de organisatie van [4 potentieelinschattingen en]4 potentieelinschattingen door middel van de assessment-center-methode [4 ...]4;
   10° de uitvoering van activiteiten die rechtstreeks of onrechtstreeks bijdragen tot de realisatie van de doelstellingen van het agentschap.
  [3 In afwijking van het eerste lid kan de taak, vermeld in het eerste lid, 1° en 2°, worden uitgevoerd voor het top- en middenkader, ten behoeve van de Vlaamse overheid, vermeld in artikel I.3, 1°, van het Bestuursdecreet van 7 december 2018.]3
   § 4. [4 Het agentschap is exclusief bevoegd voor de taken, vermeld in paragraaf 3, eerste lid, 1°, 2°, 7° en 8°, die het agentschap uitoefent voor de diensten van de Vlaamse overheid.
   In afwijking van het eerste lid geldt de exclusieve bevoegdheid niet voor selecties voor de volgende functies:
   1° functies bij de Openbare Psychiatrische Zorgcentra Geel en Rekem die niet behoren tot het top- en middenkader;
   2° functies waarvoor de lijnmanager zelf kan optreden als selector conform het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006;
   3° de entiteitsspecifieke functies.
   De minister stelt in overleg met de functioneel bevoegde minister of ministers per entiteit, raad of instelling de lijst met entiteitsspecifieke functies als vermeld in het tweede lid, 3°, vast.]4]1
  [3 § 5. Het agentschap staat in voor het beheer en de ondersteuning van het Vlaams Pensioenfonds ten behoeve van de diensten van de Vlaamse overheid en andere besturen, als vermeld in artikel 3 van het decreet van 23 november 2018 betreffende het Vlaams Pensioenfonds en het publieke pensioenstelsel voor de werknemers van de diensten van de Vlaamse overheid en andere besturen.]3
  [3 § 6. Bij het agentschap is de dienst van de gouverneurs ondergebracht. Die dienst ondersteunt de gouverneurs in de coördinerende en bemiddelende opdracht die hen door de Vlaamse Regering is toevertrouwd.]3
  [3 § 7. Bij het agentschap is de Gemeenschappelijke Dienst voor Preventie en Bescherming ondergebracht. Die dienst heeft een ondersteunende en adviserende taak voor de Vlaamse ministeries en de aangesloten entiteiten. De medewerkers van die dienst staan de werkgever bij en adviseren bij de planning, de uitvoering en de evaluatie van het welzijnsbeleid, zoals omschreven in de welzijnsreglementering.]3
  ----------
  (1)<BVR 2015-03-13/03, art. 21, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2015>
  (2)<BVR 2015-07-03/11, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
  (3)<BVR 2020-09-11/13, art. 14, 005; Inwerkingtreding : 01-09-2020>
  (4)<BVR 2023-02-17/29, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 01-03-2023>
  (5)<BVR 2023-10-27/10, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 01-01-2024>

Art.5.Overeenkomstig [2 artikel III.61 van het bestuursdecreet van 7 december 2018]2, regelt [1 het ondernemingsplan]1 de concretisering van de kwalitatieve en kwantitatieve wijze waarop het agentschap zijn taken moet vervullen, met strategische en operationele doelstellingen, beschreven aan de hand van meetbare criteria.
  ----------
  (1)<BVR 2015-03-13/03, art. 22, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2015>
  (2)<BVR 2019-05-10/12, art. 22, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2019>

Art.6. Bij het uitoefenen van zijn missie en taken treedt het agentschap op namens de rechtspersoon Vlaamse Gemeenschap.

HOOFDSTUK III. - Aansturing en leiding van het agentschap.
Art.7. Het agentschap ressorteert onder het hiërarchisch gezag van de minister.

Art.8.De minister stuurt het agentschap aan, inzonderheid via [1 het ondernemingsplan]1.
  ----------
  (1)<BVR 2015-03-13/03, art. 22, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2015>

Art.9.[1 Het hoofd van het agentschap is belast]1 met de algemene leiding, de werking en de vertegenwoordiging van het agentschap, onverminderd de mogelijkheid tot delegatie en subdelegatie van die bevoegdheid.
  ----------
  (1)<BVR 2019-05-10/12, art. 23, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2019>

HOOFDSTUK IV. - Delegatie van beslissingsbevoegdheden.
Art.10. Het hoofd van het agentschap heeft delegatie van beslissingsbevoegdheid voor de aangelegenheden die zijn vastgesteld in het Algemeen Delegatiebesluit.

Art.11. Bij het gebruik van de delegaties gelden de algemene voorwaarden en beperkingen, alsook de bepalingen inzake de mogelijkheid tot subdelegatie, de regeling bij vervanging en de verantwoording, zoals vervat in het Algemeen Delegatiebesluit.

HOOFDSTUK V. - Controle, opvolging en toezicht.
Art.12.[1 Met behoud van de toepassing van artikel III.61, III.62, III.114 en III.115 van het bestuursdecreet van 7 december 2018, met betrekking tot informatieverstrekking, rapportering, organisatiebeheersing en interne audit, is de minister verantwoordelijk voor de opvolging van en het toezicht op het agentschap.]1
  ----------
  (1)<BVR 2019-05-10/12, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2019>

Art.13. De minister kan, in het kader van de opvolging en de uitoefening van het toezicht, op ieder ogenblik het hoofd van het agentschap informatie, rapportering en verantwoording vragen over bepaalde aangelegenheden, zowel op geaggregeerd niveau als op niveau van individuele onderwerpen en dossiers.

HOOFDSTUK VI. [1 - Wijzigings-, inwerkingtredings- en uitvoeringsbepalingen]1   ----------   (1)
Art.14. De volgende regelingen worden opgeheven :
  1° het ministerieel besluit van 17 september 1993 houdende delegatie van sommige bevoegdheden inzake ambtenarenzaken aan ambtenaren van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 26 juni 2002;
  2° het ministerieel besluit van 17 september 1993 houdende delegatie van sommige bevoegdheden inzake vorming, personeels- en organisatieontwikkeling aan ambtenaren van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.

Art.15. De Vlaamse regering bepaalt de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
  (NOTA : Inwerkingtreding vastgesteld op 01-04-2006 door BVR 2006-03-17/51, art. 1, 2°)

Art. 15/1. [1 In afwijking van artikel 4, § 4, eerste lid, kan de selector, voor entiteiten die nog niet zijn aangesloten op de gemeenschappelijke dienstverlening van het agentschap, tot 1 januari 2024 een ander professioneel orgaan zijn dan het agentschap.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BVR 2023-02-17/29, art. 2, 006; Inwerkingtreding : 01-03-2023>


Art. 16. De Vlaamse minister bevoegd voor de Bestuurszaken is belast met de uitvoering van dit besluit.