1 APRIL 2004. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 2 juli 1998 houdende delegatie van bevoegdheden inzake energiebeleid aan de ambtenaren-generaal van het Brussels Instituut voor Milieubeheer.
Art. 1-2
Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 2 juli 1998 tot instelling van delegatie van tekenbevoegdheid inzake energiebeleid aan de ambtenaren-generaal van het Brussels Instituut voor Milieubeheer, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° de bepaling onder d) wordt vervangen als volgt :
" d) de toelagebesluiten te ondertekenen waarvoor de Minister bevoegd voor Energie de opdracht tot vastlegging van de uitgave heeft gegeven ";
2° er wordt een f) ingevoegd, luidende :
" f) inzake overheidsopdrachten :
1° binnen de grenzen van de beschikbare kredieten, en onverminderd de toepassing van de wets- en verordeningsbepalingen betreffende de overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten, oefenen de ambtenaren-generaal gezamenlijk de bevoegdheid uit om het bijzonder bestek of de vervangende documenten goed te keuren, hierbij inbegrepen de handelingen bedoeld in de artikelen 12 tot 14, 38 tot 40, 64 tot 66 en 121 van het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, de gunningswijze te kiezen, de toewijzingsprocedure aan te vatten en de opdrachten voor werken, leveringen en diensten te gunnen en uit te voeren voor de opdrachten waarvan het bedrag, BTW niet inbegrepen, niet hoger is dan :
a) 75.000 euro voor een openbare of beperkte aanbesteding en voor een algemene of beperkte offerteaanvraag;
b) 31.000 euro voor onderhandelingsprocedures;
2° de in § 1 bedoelde delegaties van bevoegdheden zijn geldig voor zover de beslissing tot gunnen van de opdracht, met inbegrip van de er aan verbonden voorwaarden, werd genomen door de Regering of de Minister. Deze beslissing is niet vereist voor de lopende uitgaven waarvan het bedrag niet hoger is dan 10.000 euro;
3° de leidende ambtenaren zijn eveneens bevoegd om, in het kader van de normale uitvoering van de gesloten opdracht en binnen de grenzen van het oorspronkelijk bedoelde voorwerp, de rekeningen en de schuldverklaringen betreffende de opdrachten voor werken, leveringen en diensten waarvan het bedrag de in § 1 bedoelde delegaties overschrijdt, goed te keuren. "
Art. 2. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Brussel, 1 april 2004.