Details





Titel:

28 OKTOBER 2004. - Koninklijk besluit betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de productie en de bescherming van planten en plantaardige producten(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 06-12-2004 en tekstbijwerking tot 12-12-2022)



Inhoudstafel:


Art. 1-15



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1996016256 



Uitvoeringsbesluit(en):

2006023212  2006A23212  2022034468 



Artikels:

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° " de Raad " : de Raad van het Begrotingsfonds voor de productie en de bescherming van planten en plantaardige producten, bedoeld bij artikel 2 van de wet van 17 maart 1993 betreffende de oprichting van een Begrotingsfonds voor de productie en de bescherming van planten en plantaardige producten;
  2° " de Minister " : de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort;
  3° [1 "DG Dier, Plant en Voeding"]1: Directie-generaal Dier, Plant en Voeding bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.
  ----------
  (1)<KB 2022-11-27/05, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 22-12-2022>

Art.2.De Raad wordt opgericht bij [1 "DG Dier, Plant en Voeding"]1.
  ----------
  (1)<KB 2022-11-27/05, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 22-12-2022>

Art.3.De Raad bestaat uit 14 leden. De samenstelling is als volgt :
  1° de Directeur-generaal van [1 "DG Dier, Plant en Voeding"]1;
  2° de verantwoordelijke bij de dienst Plantenbescherming van [1 "DG Dier, Plant en Voeding"]1;
  3° een vertegenwoordiger van de dienst Plantenbescherming van [1 "DG Dier, Plant en Voeding"]1;
  4° een vertegenwoordiger van de Directie-generaal Controlebeleid van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;
  5° een vertegenwoordiger van de Directie-generaal Controle van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;
  6° een afgevaardigde van de Minister van Begroting;
  7° een vertegenwoordiger van de Boerenbond;
  8° een vertegenwoordiger van de " Fédération wallonne de l'Agriculture ";
  9° een vertegenwoordiger van het Algemeen Boerensyndicaat;
  10° een vertegenwoordiger van Belgapom;
  11° een vertegenwoordiger van de sector sierplanten;
  12° een vertegenwoordiger van de sector boomkwekerijen;
  13° een vertegenwoordiger van de sector coöperatieve veilingen;
  14° een vertegenwoordiger van de sector verwerking en verhandeling van groenten en fruit.
  ----------
  (1)<KB 2022-11-27/05, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 22-12-2022>

Art.4. De leden bedoeld bij artikel 3, 3° tot 14°, worden aangewezen door de Minister.
  De leden bedoeld bij artikel 3, 4° en 5°, worden voorgesteld door de gedelegeerd bestuurder van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen.
  Het lid bedoeld bij artikel 3, 6°, wordt voorgesteld door de Minister van Begroting.
  De leden bedoeld bij artikel 3, 7° tot 14°, worden gekozen uit een dubbeltal voorgedragen door elke landbouworganisatie of meest representatieve sectorale beroepsvereniging.

Art.5. De duur van het mandaat van de leden bedoeld bij artikel 3, 3° tot 14°, bedraagt vier jaar. De mandaten zijn hernieuwbaar.
  In geval van vacature voor het verstrijken van een mandaat voleindigt het nieuw benoemd lid het mandaat van zijn voorganger.

Art.6.De Raad wordt voorgezeten door de Directeur-generaal van [1 "DG Dier, Plant en Voeding"]1, of bij diens afwezigheid door één van de ambtenaren bedoeld in artikel 3, 2° tot 5°, die hij daartoe aanduidt.
  De Minister wijst voor de leden bedoeld in artikel 3, 3° tot 14°, een plaatsvervanger aan die het lid bij afwezigheid kan vervangen. De plaatsvervanger voldoet aan dezelfde bepalingen inzake voordracht en aanwijzing als het lid. Hij heeft dezelfde bevoegdheden als het lid.
  ----------
  (1)<KB 2022-11-27/05, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 22-12-2022>

Art.7. De Raad vergadert op uitnodiging van de voorzitter.

Art.8. De Raad beraadslaagt op geldige wijze als de meerderheid van de leden aanwezig is.
  Is de meerderheid niet aanwezig, dan kan de Raad na een nieuwe bijeenroeping op geldige wijze over hetzelfde voorwerp beraadslagen, ongeacht het aantal aanwezige leden.

Art.9. De stemming geschiedt bij meerderheid van het aantal aanwezige leden. Ieder lid bedoeld bij artikel 3, 1° en 4°, tot 14°, beschikt over één stem. Ieder lid bedoeld bij artikel 3, 2° tot 3°, beschikt over twee stemmen.
  Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

Art.10. De Raad wijst, op voorstel van de voorzitter, twee secretarissen aan, een van de Nederlandse en een van de Franse taalrol. Zij zijn geen lid van de Raad.

Art.11. De Raad kan deskundigen raadplegen en uitnodigen die geen lid zijn en elke informatie inwinnen betreffende het voorwerp van zijn werkzaamheden.

Art.12. De Raad stelt zijn huishoudelijk reglement op en legt het ter goedkeuring voor aan de Minister.

Art.13. De Raad kan voor de opdrachten die hij bepaalt werkgroepen oprichten bestaande uit leden en deskundigen.

Art.14. Het koninklijk besluit van 17 november 1995 betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de productie en de bescherming van planten en plantaardige producten wordt opgeheven.

Art. 15. Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting en Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.