21 OKTOBER 2004. - Koninklijk besluit ter bepaling van het aantal, de samenstelling en de vergoedingsvoorwaarden van de leden van de Raad van Bestuur van het Bureau voor Normalisatie(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 09-11-2004 en tekstbijwerking tot 15-02-2024)
Art. 1-7
Artikel 1.De Raad van Bestuur, hierna "Raad" genoemd, van het Bureau voor Normalisatie, hierna "Bureau" genoemd, bestaat uit [1 twaalf werkende leden waarvan er ten hoogste acht van hetzelfde geslacht zijn]1. Voor ieder werkend lid wordt een plaatsvervanger aangeduid.
----------
(1)<KB 2024-02-07/04, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 25-02-2024>
Art.2.[1 De Raad is samengesteld uit:
1° een lid dat de Algemene Directie Kwaliteit en Veiligheid van de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie vertegenwoordigt;
2° twee leden die de federale overheden vertegenwoordigen en door de minister bevoegd voor Economie worden aangeduid;
3° zes leden, waarvan er ten hoogste vier van hetzelfde geslacht zijn, die de meest representatieve ondernemingsorganisaties vertegenwoordigen, waarvan één de kleine en middelgrote ondernemingen vertegenwoordigt;
4° drie leden, waarvan er ten hoogste twee van hetzelfde geslacht zijn, die de niet-gouvernementele organisaties bevoegd inzake maatschappelijke belangen vertegenwoordigen.]1
----------
(1)<KB 2024-02-07/04, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 25-02-2024>
Art.3.De voorzitter wordt benoemd onder de werkende leden.
Het mandaat van de voorzitter en van de leden duurt [1 vijf]1 jaar en is hernieuwbaar.
Indien het mandaat van een werkend lid wordt beëindigd voor het verstrijken ervan, wordt het voortgezet door zijn plaatsvervanger.
Het mandaat van [1 ...]1 lid neemt van rechtswege een einde op de leeftijd van vijfenzestig jaar.
[1 ...]1
----------
(1)<KB 2024-02-07/04, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 25-02-2024>
Art.4. De Raad kan ter voorbereiding van zijn besluitvorming en van de uitvoering van zijn opdrachten comités oprichten waarvan hij het aantal, de samenstelling en de bevoegdheden bepaalt.
Eveneens kan de Raad opdrachten toevertrouwen aan de erkende sectorale normalisatieoperatoren.
Art.5. De leden van de Raad worden niet bezoldigd. Zij ontvangen evenmin zitpenningen.
De vergoeding van de verplaatsingskosten van de leden die deelnemen aan een zitting van de Raad wordt vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 18 januari 1965 houdende algemene regeling inzake reiskosten.
Het gebruik van een fiets geeft recht op de vergoeding bedoeld in artikel 6 van het koninklijk besluit van 20 april 1999 houdende toekenning van een vergoeding voor het gebruik van de fiets aan de personeelsleden van sommige federale overheidsdiensten.
Art.6. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 7. Onze Minister van Economie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 21 oktober 2004.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Economie,
M. VERWILGHEN.