1 SEPTEMBER 2004. - Koninklijk besluit tot toekenning van een financiële tussenkomst aan de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest teneinde de uitgaven gekoppeld aan de preventie van de criminaliteit in het kader van de Europese toppen en andere initiatieven die gepaard gaan met de internationale functie van de stad Brussel en van de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te dekken. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 22-09-2005 en tekstbijwerking tot 12-08-2005)
Art. 1-7
Artikel 1. Binnen de perken van de beschikbare kredieten, wordt voor 2004 een financiële tussenkomst van euro 7.000.000 toegekend aan de 19 gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest teneinde de uitgaven gekoppeld aan de preventie van de criminaliteit in het kader van de Europese toppen en andere initiatieven die gepaard gaan met de internationale functie van de stad Brussel en van de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te dekken; er zal bovendien bijzondere aandacht uitgaan naar de bestrijding van burgerlijke ongehoorzaamheden ten belope van euro 1.000.000.
De verdeling van dit bedrag tussen de 19 gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gebeurt volgens de volgende sleutel : 50 % aan de Brusselse gemeenten met een veiligheids- en preventiecontract met federaal luik naar rato van de in dit kader ontvangen bedragen en 50 % in gelijke delen verdeeld tussen de 19 gemeenten, met name :
539.847,30 euro aan de gemeente Anderlecht,
215.715,74 euro aan de gemeente Oudergem,
184.210,53 euro aan de gemeente Sint-Agatha-Berchem,
1.336.146,16 euro aan Brussel-Stad,
289.143,39 euro aan de gemeente Etterbeek,
288.118,39 euro aan de gemeente Evere,
351.778,62 euro aan de gemeente Vorst,
184.210,53 euro aan de gemeente Ganshoren,
314.031,96 euro aan de gemeente Elsene,
184.210,53 euro aan de gemeente Jette,
318.341,19 euro aan de gemeente Koekelberg,
461.297,29 euro aan de gemeente Sint-Jans-Molenbeek,
431.741,43 euro aan de gemeente Sint-Gillis,
432.634,77 euro aan de gemeente Sint-Joost-ten-Node,
635.429,95 euro aan de gemeente Schaarbeek,
184.210,53 euro aan de gemeente Watermaal-Bosvoorde,
184.210,53 euro aan de gemeente Sint-Lambrechts-Woluwe,
184.210,53 euro aan de gemeente Sint-Pieters-Woluwe
262.510,21 euro aan de gemeente Ukkel.
Art.2. De in dit besluit bedoelde financiële tussenkomst wordt aangerekend ten laste van basisallocatie 13.56.70.43.01 als vastlegging op de algemene uitgavenbegroting 2004.
Art.3. <KB 2005-07-19/34, art. 6, 002 ; Inwerkingtreding : 01-01-2004> Kunnen in aanmerking worden genomen voor de verantwoording van het toegekende bedrag :
- de projecten ontwikkeld overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk Besluit van 1 december 2003 houdende de voorwaarden waaraan de gemeenten moeten voldoen om een financiële tussenkomst te kunnen genieten in het kader van een overeenkomst betreffende de preventie van de criminaliteit gedurende de Europese toppen en andere initiatieven die gepaard gaan met de internationale functie van de stad Brussel en de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
- de kosten, zoals bedoeld in artikel 10 van hetzelfde besluit, die uiterlijk op 31 oktober 2005 worden gedaan in uitvoering van de voornoemde projecten.
Art.4. Elke betrokken gemeente zal een eerste schijf ontvangen die gelijk is aan 50 % van het bedrag dat haar wordt toegekend.
De betrokken gemeenten dienen, ten laatste tegen (15 november 2005), een dossier in bij de Algemene Directie Veiligheids- en Preventiebeleid van het FOD Binnenlandse zaken met daarin een samenvatting van de voor eensluidend verklaarde financiële stukken. <KB 2005-07-19/34, art. 7, 002 ; Inwerkingtreding : 01-01-2004>
Het dossier moet volledige en nauwkeurige informatie bevatten inzake de aard en de relevantie van de vastgelegde uitgaven.
De gemeente houdt de originele stukken ter beschikking van de Minister van Binnenlandse Zaken om een inspectie mogelijk te maken van de diensten van de Algemene Directie Veiligheids- en Preventiebeleid.
Het saldo zal worden gestort na verificatie van de correcte aanwending van de financiële hulp.
Art.5. De niet-uitvoering of de niet-overeenstemming met de criteria voor de toekenning van de financiële hulp voorzien in artikel 3 van dit besluit, zonder voorafgaande goedkeuring door de Minister van Binnenlandse Zaken, brengt de gedeeltelijke of volledige terugbetaling van de financiële hulp met zich mee.
Art.6. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2004.
Art. 7. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 1 september 2004.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
P. DEWAEL.