Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

3 OKTOBER 2003. - Besluit van de Vlaamse regering tot regeling van het toezicht op de Stichting Vlaams Cultuurhuis De Brakke Grond.



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Voorwerp.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Benoeming.
Art. 2-3
HOOFDSTUK III. - Taken en werkwijzen.
Art. 4-6
HOOFDSTUK IV. - Slotbepaling.
Art. 7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Voorwerp.
Artikel 1. Dit besluit regelt de voorwaarden inzake het toezicht op de stichting Vlaams Cultuurhuis de Brakke Grond, conform artikel 35 van het decreet van 5 juli 2002 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2002.

HOOFDSTUK II. - Benoeming.
Art.2. De aanwijzing van de toezichthoudende ambtenaren gebeurt enerzijds op voordracht van de Vlaamse minister bevoegd voor Cultuur, voor wat betreft de toezichthouder met een deskundigheid in culturele aangelegenheden en anderzijds op voordracht van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Financiën en de Begroting, voor wat betreft de toezichthouder met een deskundigheid inzake financieel beheer. Zij vormen de raad van toezicht.

Art.3. Het bestuur van de stichting verschaft de raad van toezicht tijdig alle noodzakelijke gegevens, vereist voor de uitoefening van hun opdracht.

HOOFDSTUK III. - Taken en werkwijzen.
Art.4. § 1. De raad van toezicht houdt toezicht op het beleid van het bestuur van de stichting en op de algemene gang van zaken, inzonderheid op de naleving van de overeenkomst zoals bedoeld in artikel 36 van het decreet van 5 juli 2002 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2002.
  § 2. Conform de statuten van de stichting heeft de raad van toezicht de hiernavolgende specifieke taken :
  1° de vergaderingen van het bestuur van de stichting bijwonen met raadgevende stem;
  2° de vaststelling van de vacatiegelden en de terugbetaling van reis- en verblijfskosten, zoals bepaald door het bestuur van de stichting, goedkeuren;
  3° de resultaatrekening en balans van het voorbije kalenderjaar, telkens voor 1 april voorgelegd door het bestuur van de stichting, beoordelen.

Art.5. De raad van toezicht heeft het recht om bepaalde punten, aan te reiken door de voogdijministers, op de agenda te plaatsen van de bestuursvergaderingen van de stichting.

Art.6. De raad van toezicht kan beroep aantekenen bij de Vlaamse minister, bevoegd voor de Cultuur, en de Vlaamse minister, bevoegd voor de Financiën en de Begroting. De toezichthoudende ambtenaren beschikken hiervoor over een termijn van vijf werkdagen met ingang van de dag van de vergadering waarop de betwiste beslissing werd genomen indien zij erop aanwezig waren, en, indien zij niet aanwezig waren, met ingang van de dag waarop zij er kennis van kunnen hebben en dit uiterlijk vijftien dagen na verzending van het verslag. Door dit beroep wordt de betwiste beslissing opgeschort. Als de bevoegde minister bij wie het beroep werd aangetekend, binnen een termijn van twintig werkdagen, die ingaat op de dag van de betekening van het beroep, de nietigverklaring niet heeft uitgesproken, wordt de beslissing van het bestuur van de stichting definitief.

HOOFDSTUK IV. - Slotbepaling.
Art. 7. Dit besluit treedt in werking op de datum van de ondertekening.
  Brussel, 3 oktober 2003.
  De minister-president van de Vlaamse regering,
  B. SOMERS
  De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Cultuur, Jeugd en Ambtenarenzaken,
  P. VAN GREMBERGEN.