5 SEPTEMBER 2003. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van 8 juni 2000 tot uitvoering van het decreet van 13 april 1999 met betrekking tot de private arbeidsbemiddeling in het Vlaamse Gewest.
Art. 1-7
Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van 8 juni 2000 tot uitvoering van het decreet van 13 april 1999 met betrekking tot de private arbeidsbemiddeling in het Vlaamse Gewest, wordt een 17° toegevoegd, dat luidt als volgt : " artistieke sector : de personen, de verenigingen in rechte of in feite of ondernemingen actief in de creatie en/of uitvoering of interpretatie van artistieke oeuvres in de audiovisuele en de beeldende kunsten, in de muziek, de literatuur, het spektakel, het theater en de choreografie. De prestaties uitgevoerd door podiumtechnici kunnen hiermee worden gelijkgesteld. ".
Art.2. In artikel 2 van hetzelfde besluit wordt § 1 vervangen door wat volgt : " Voor volgende vormen van arbeidsbemiddeling is een afzonderlijke erkenning vereist : uitzendactiviteiten, uitzendactiviteiten in de bouwsector, uitzendactiviteiten in de artistieke sector, outplacementactiviteiten, arbeidsbemiddeling van betaalde sportbeoefenaars en arbeidsbemiddeling van schouwspelartiesten. ".
Art.3. In artikel 6 van hetzelfde besluit wordt een § 7 toegevoegd, dat luidt als volgt : " Onverminderd de voorwaarden van professionele deskundigheid zoals bepaald in § 2 van dit artikel, dient de persoon die de professionele verantwoordelijkheid draagt, of tenminste één van zijn aangestelden of lasthebbers, voor de uitoefening van uitzendactiviteiten in de artistieke sector te voldoen aan ten minste één van de volgende voorwaarden :
1° een beroepservaring hebben in de artistieke sector van ten minste 5 jaar;
2° houder zijn van een diploma van ten minste een basisopleiding hoger onderwijs bestaande uit twee cycli en een beroepservaring hebben in de artistieke sector van ten minste 3 jaar;
3° verworven competenties kunnen aantonen op het vlak van management of personeelsaangelegenheden in de artistieke sector verworven door een beroepservaring van ten minste 2 jaar of door een opleiding. De minister bepaalt wat onder opleiding dient te worden verstaan.
Art.4. In artikel 7 van hetzelfde besluit wordt een § 4 toegevoegd, dat luidt als volgt : " Het bureau dat uitzendactiviteiten in de artistieke sector wenst uit te oefenen, dient aan volgende bijkomende voorwaarde te voldoen :
- niet in ernstige overtredingen zijn van de wettelijke, reglementaire en conventionele bepaling in verband met tewerkstelling in de artistieke sector. "
Art.5. Erkende uitzendbureaus die op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit reeds uitzendactiviteiten in de artistieke sector verrichten, mogen deze activiteiten verder uitoefenen tot op de datum van de erkenning als bureau voor private arbeidsbemiddeling met inbegrip van uitzendarbeid in de artistieke sector op voorwaarde dat ze binnen de zes maanden na de inwerkingtreding van dit besluit een aanvraag tot erkenning als bureau voor private arbeidsbemiddeling met inbegrip van uitzendarbeid in de artistieke sector indienen.
Art.6. Dit besluit treedt in werking op 5 september 2003.
Art. 7. De minister bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 5 september 2003.
De minister-president van de Vlaamse regering,
B. SOMERS
De minister vice-president van de Vlaamse regering, Vlaams minister van Werkgelegenheid en Toerisme,
R. LANDUYT.