17 JULI 2003. - Besluit van de Waalse Regering tot vaststelling van de modaliteiten voor de toekenning van toelagen aan gemeenten voor het opmaken of de volledige herziening van een gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat en voor het opmaken of de begeleidende volledige herziening van een gemeentelijk structuurplan en van een gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat (VERTALING).
Art. 1-5
Artikel 1. In boek IV, titel I, hoofdstuk Iter, van het " Code wallon de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et du Patrimoine ", wordt afdeling VI, " Slotbepalingen " genoemd, gewijzigd in afdeling VIII en wordt artikel 255/19 gewijzigd in artikel 255/27.
Art.2. In boek IV, titel I, hoofdstuk Iter, van het " Code wallon de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et du Patrimoine ", wordt afdeling VI gewijzigd als volgt :
" Afdeling VI. - Toekenning van een toelage voor het opmaken of de volledige herziening van een gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat.
Art. 255/19. De toekenning van een toelage voor het opmaken of de volledige herziening van een gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat is onderworpen aan volgende voorwaarden :
1° de ontwerper belast met het opmaken van het gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat, erkend overeenkomstig artikel 282, § 2, wordt aangewezen door de gemeenteraad;
2° de aanvraag om toelage voor een volledige herziening wordt ingediend op z'n vroegst tien jaar na de inwerkingtreding van het gemeenteprogramma of van zijn vorige volledige herziening.
Art. 255/20. Het dossier voor de aanvraag om een toelage, toegestuurd aan de Minister van Ruimtelijke Ordening, wordt ingediend door het college van burgemeester en schepenen bij het Directoraat-Generaal Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium.
Het bevat :
1° een kopie van de beraadslaging van de gemeenteraad waarbij wordt beslist het gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat op te maken of volledig te herzien;
2° een kopie van de beraadslaging van de gemeenteraad waarbij de ontwerper wordt aangewezen;
3° een document met :
a) de fasen voor het opmaken van de stukken en de desbetreffende termijnen;
b) in voorkomend geval, een kopie van de tussen de gemeente en de ontwerper aangegane overeenkomst voortvloeiend uit de gunning van de opdracht;
c) op grond van een bewijsstuk, hetzij het bedrag van de erelonen van de opdrachtgever, hetzij de opsomming van de loonlasten van het gemeentepersoneel.
Art. 255/21. Binnen de perken van de begrotingskredieten, wordt de toelage toegekend door de Minister van Ruimtelijke Ordening ten belope van 60 % van de erelonen of van de loonlasten van het in artikel 255/20, 3°, c, bedoelde gemeentepersoneel en ten belope van maximum 25.000 euro.
Art. 255/22. De toelage wordt vereffend als volgt :
1° 30 % van de toelage bij de goedkeuring door de Minister van Ruimtelijke Ordening van het dossier voor de aanvraag om een toelage;
2° 70 % van de toelage bij de goedkeuring door de Minister van het gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat en tegen overlegging van een eindverslag en van de bewijsstukken betreffende de door de gemeente vastgelegde uitgaven die door de Minister van Ruimtelijke Ordening goedgekeurd zijn. "
Art.3. In boek IV, titel I, hoofdstuk Iter van het " Code wallon de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et du Patrimoine ", wordt een afdeling VII ingevoegd, luidend als volgt :
" Afdeling VII. - Toekenning van een toelage voor het opmaken of de begeleidende volledige herziening van een gemeentelijk structuurplan en van een gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat.
Art. 255/23. De toekenning van de toelage voor het opmaken of de begeleidende volledige herziening van een gemeentelijk structuurplan en van een gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat, is onderworpen aan volgende voorwaarden :
1° een gemeentelijke commissie wordt ingesteld overeenkomstig artikel 7;
2° de gemeente gaat over tot het opmaken of de begeleidende herziening van het gemeentelijke structuurplan en van het gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat;
3° de ontwerper belast met het opmaken of de begeleidende herziening van het gemeentelijke structuurplan en van het gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat, erkend overeenkomstig artikel 282, § 2, wordt aangewezen door de gemeenteraad;
4° de aanvraag om toelage voor een volledige herziening van de documenten wordt ingediend op z'n vroegst tien jaar na de inwerkingtreding van het gemeentelijke structuurplan en van het gemeenteprogramma of na hun vorige volledige herziening.
Art. 255/24. Het dossier voor de aanvraag om een toelage, toegestuurd aan de Minister van Ruimtelijke Ordening, wordt ingediend door het college van burgemeester en schepenen bij het Directoraat-Generaal Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium.
Het bevat :
1° een kopie van de beraadslaging van de gemeenteraad waarbij wordt beslist het gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat op te maken of volledig te herzien;
2° een kopie van de beraadslaging van de gemeenteraad waarbij de ontwerper wordt aangewezen;
3° een document met :
a) de fasen voor het opmaken van de stukken en de desbetreffende termijnen;
b) in voorkomend geval, een kopie van de tussen de gemeente en de ontwerper aangegane overeenkomst voortvloeiend uit de gunning van de opdracht;
c) op grond van een bewijsstuk, hetzij het bedrag van de erelonen van de opdrachtgever, hetzij de opsomming van de loonlasten van het gemeentepersoneel.
Art. 255/25. Binnen de perken van de begrotingskredieten, wordt de toelage toegekend door de Minister van Ruimtelijke Ordening ten belope van 60 % van de erelonen of van de loonlasten van het in artikel 255/24, 3°, c, bedoelde gemeentepersoneel en ten belope van maximum 25.000 euro.
Art. 255/26. De toelage wordt vereffend als volgt :
1° 30 % van de toelage bij de goedkeuring door de Minister van Ruimtelijke Ordening van het dossier voor de aanvraag om een toelage;
2° 70 % van de toelage bij de goedkeuring door de Minister van het gemeenteprogramma voor de inrichting van gebieden waarvan de bestemming nog niet vaststaat en tegen overlegging van een eindverslag en van de bewijsstukken betreffende de door de gemeente vastgelegde uitgaven die door de Minister van Ruimtelijke Ordening goedgekeurd zijn. "
Art.4. Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2002.
Art. 5. De Minister van Ruimtelijke Ordening is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 17 juli 2003.
De Minister-President,
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE
De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu,
M. FORET.