9 MAART 2003. - Koninklijk besluit tot oprichting van sommige paritaire comités en tot vaststelling van de benaming en de bevoegdheid ervan. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 08-04-2003 en tekstbijwerking tot 13-01-2022)
Art. 1-5
2006202944 2006203565 2009206053 2011203758 2011204335 2012205569 2014203704 2016203922 2021205164
Artikel 1.§ 1. Er wordt een paritair comité opgericht, genaamd " Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten ", dat bevoegd is voor de werknemers in het algemeen en hun werkgevers behorende tot de volgende bedrijfstakken :
1° de inrichtingen en diensten die geneeskundige, profylactische of hygiënische verzorging verlenen;
2° de medische of sanitaire inrichtingen en diensten;
3° de inrichtingen die sociale, psychische of fysische gezondheidszorg verlenen;
4° de inrichtingen voor tandprothesen.
Tot deze inrichtingen en diensten behoren bij wijze van voorbeeld :
1° alle inrichtingen die zijn onderworpen aan de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987;
2° de overlegplatforms van psychiatrische instellingen en diensten;
3° de psychiatrische verzorgingstehuizen;
4° de initiatieven voor beschut wonen voor psychiatrische patiënten;
5° de revalidatiecentra;
6° de rusthuizen, rust- en verzorgingstehuizen en serviceflats;
7° de diensten voor thuisverpleging;
8° de equipes voor palliatieve thuiszorg;
9° de wijkgezondheidscentra;
10° de diensten voor bloedtransfusie en bloedverwerking;
11° de polyklinieken;
12° de laboratoria voor klinische biologie of voor pathologische anatomie;
13° de ondernemingen uit de bedrijfstak van het onafhankelijk ziekenvervoer;
14° de eerste-hulpdiensten;
15° de medisch-pediatrische centra;
16° de dagverzorgingscentra voor bejaarden;
17° de dagcentra voor bejaarden;
18° de kabinetten van huisartsen, specialisten, tandartsen, kinesitherapeuten en andere paramedici;
19° de diensten voor fysiotherapie;
20° de ondernemingen uit de bedrijfstak van de tandprothese;
21° de externe diensten voor preventie en bescherming op het werk.
[6 22° de geïntegreerde diensten voor thuisverzorging, met uitzondering van de geïntegreerde diensten voor thuisverzorging die erkend zijn als samenwerkingsinitiatief eerstelijnsgezondheidszorg behorende tot het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector.]6
[Het paritair comité is eveneens bevoegd voor de inrichtingen en diensten die door de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie worden erkend en/of gesubsidieerd of die onder haar bevoegdheid vallen, zoals onder meer :
- de diensten die sociale hulp verlenen aan justiciabelen;
- de centra voor algemeen welzijnswerk;
- de centra voor geestelijke gezondheidszorg;
- de diensten voor de strijd tegen toxicomanie en tot voorkoming van verslavingen.] <KB 2006-09-15/53, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 09-10-2006>
Het paritair comité is niet bevoegd voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten die ressorteren onder een ander daarvoor specifiek bevoegd paritair comité.
§ 2. Er wordt een paritair comité opgericht, genaamd " Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector ", dat bevoegd is voor de werknemers in het algemeen en hun werkgevers, namelijk de hiernavermelde inrichtingen en diensten die door de Vlaamse Gemeenschap of de Vlaamse Gemeenschapscommissie worden erkend en/of gesubsidieerd :
1° [7 de organisatoren van buitenschoolse opvang;]7
2° de centra voor geboorteregeling;
3° de centra voor tele-onthaal;
4° de sociale vrijwilligersorganisaties;
5° de diensten voor de strijd tegen toxicomanie;
6° de centra voor huwelijkscontacten;
7° de centra voor prenatale raadpleging;
8° de consultatiebureaus voor het jonge kind;
9° de vertrouwenscentra kindermishandeling;
10° de diensten voor adoptie;
11° de centra voor ontwikkelingsstoornissen;
12° de consultatiecentra voor gehandicaptenzorg;
13° [9 de samenwerkingsinitiatieven eerstelijnsgezondheidszorg, de eerstelijnszones en de zorgraden;]9
14° de centra voor geestelijke gezondheidszorg;
[1 15° de diensten en de centra voor gezondheidspromotie en preventie, met uitzondering van de ziekenfondsen.]1
[7 Het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector is eveneens bevoegd voor :
1° de organisatoren van buitenschoolse opvang die een attest van toezicht hebben van de bevoegde instelling van de Vlaamse Gemeenschap;
2° de organisatoren van kinderopvang voor baby's en peuters die vergund zijn door de bevoegde instelling van de Vlaamse Gemeenschap;]7
[8 3° de diensten voor thuisopvang van zieke kinderen.]8
§ 3. [Er wordt een paritair comité opgericht, genaamd "Paritair Comité voor de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector", dat bevoegd is voor de werknemers in het algemeen en hun werkgevers, namelijk de hiernavermelde inrichtingen en diensten die door de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschapscommissie of de Duitstalige Gemeenschap worden erkend en/of gesubsidieerd of die onder hun bevoegdheid vallen :] <KB 2006-09-15/53, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 09-10-2006>
1° de instellingen en diensten die op regelmatige basis de opvang van kinderen onder de 12 jaar organiseren, zoals de kinderkribben, de peutertuinen, de gemeentelijke kinderopvanghuizen, de " maisons d'enfants ", de " halte-garderies " - kortstondige noodopvang en flexibele opvang -, de buitenschoolse kinderopvangcentra en [3 de erkende diensten voor onthaalouders en de diensten voor kinderopvangsters onder overeenkomst]3;
2° de thuisopvang van zieke kinderen;
3° de centra voor gezondheid en de diensten voor de gezondheidspromotie op school;
4° de plaatselijke centra voor gezondheidspromotie;
5° de gemeenschapsdiensten voor gezondheidspromotie;
6° de diensten voor de strijd tegen toxicomanie en tot voorkoming van verslavingen;
7° de diensten voor preventie en gezondheidsopvoeding;
8° de diensten die sociale hulp verlenen aan justiciabelen [3 aan gedetineerden en/of aan slachtoffers]3;
9° de centra voor geboorteregeling;
10° de centra voor maatschappelijk werk;
11° de centra voor tele-onthaal [3 en de teleonthaalcentra]3;
12° de centra voor algemeen welzijnswerk;
13° de centra voor coördinatie van thuisverzorging en thuisdiensten;
14° de centra voor geestelijke gezondheidszorg;
15° de ploegen " SOS-Kinderen ";
[4 16° de adoptie-instellingen;
17° de diensten "Espaces-Rencontres" (Ontmoetingsruimten);
18° de diensten voor tele-bewaking;
19° de diensten voor schuldbemiddeling en bestrijding van schuldenoverlast.]4
[5 Het Paritair Comité voor de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector is eveneens bevoegd voor de diensten inzake wederzijdse hulp en zelfhulp op gebied van sociaal hulpbetoon en gezondheid waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is in het Waalse Gewest of in het Brusselse Hoofdstedelijk Gewest, die geacht kunnen worden uitsluitend te ressorteren onder de Franse Gemeenschap, onverminderd de uitoefening van de bevoegdheden die zijn overgeheveld naar het Waalse Gewest of de Franse Gemeenschapscommissie, en die niet vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten of van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector.
Onder "diensten inzake wederzijdse hulp en zelfhulp op gebied van sociaal hulpbetoon en gezondheid" wordt verstaan de groepen voor wederzijdse hulp en ondersteuning die, individueel en collectief, sociale en psychologische ondersteuning bieden aan personen en aan hun gezin.]5
----------
(1)<KB 2010-01-26/07, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 20-02-2010>
(2)<KB 2011-07-21/04, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 20-08-2011>
(3)<KB 2011-10-04/05, art. 1, 005; Inwerkingtreding : 31-10-2011>
(4)<KB 2011-10-04/05, art. 2, 005; Inwerkingtreding : 31-10-2011>
(5)<KB 2011-10-04/05, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 31-10-2011>
(6)<KB 2012-10-24/11, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 21-12-2012>
(7)<KB 2014-06-18/16, art. 1, 007; Inwerkingtreding : 22-08-2014>
(8)<KB 2016-08-30/21, art. 1, 008; Inwerkingtreding : 06-10-2016>
(9)<KB 2021-11-28/17, art. 1, 009; Inwerkingtreding : 23-01-2022>
Art.2. Het koninklijk besluit van 2 april 1973 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en van de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 juli 1990, wordt opgeheven.
Het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten blijft bestaan, wat de werknemers en hun werkgevers betreft die voor de inwerkingtreding van dit besluit onder de bevoegdheid van dat paritair comité ressorteerden, tot de dag van de installatie van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector en het (Paritair Comité voor de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector), bedoeld in artikel 1.
Art.3. Het koninklijk besluit van 13 juli 1973 tot vaststelling van het aantal leden van het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten wordt opgeheven.
De voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van het Paritair Comité voor de gezondheidsdiensten blijven evenwel hun mandaat uitoefenen tot uiterlijk de dag van de installatie van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector en het (Paritair Comité voor de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector), bedoeld in artikel 1. <KB 2006-09-15/53, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 09-10-2006>
Art.4. Het koninklijk besluit van 4 januari 1977 tot oprichting en tot vaststelling van de benaming en van de bevoegdheid van paritaire subcomités voor de gezondheidsdiensten en tot vaststelling van het aantal leden ervan, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 3 mei 1991 en 23 juni 1995, wordt opgeheven.
De paritaire subcomités voor de gezondheidsdiensten blijven bestaan, wat de werknemers en hun werkgevers betreft die voor de inwerkingtreding van dit besluit onder de bevoegdheid van deze paritaire subcomités ressorteerden, tot de dag van de installatie van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector en het (Paritair Comité voor de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector), bedoeld in artikel 1. <KB 2006-09-15/53, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 09-10-2006>
De voorzitter, de ondervoorzitter en de leden van de paritaire subcomités voor de gezondheidsdiensten blijven hun mandaat uitoefenen tot uiterlijk de dag van de installatie van het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten, het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector en het (Paritair Comité voor de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector), bedoeld in artikel 1. <KB 2006-09-15/53, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 09-10-2006>
Art. 5. Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.