14 NOVEMBER 2003. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de regels inzake de financiering en het beheer van de solidariteitstoezegging (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 14-11-2003 en tekstbijwerking tot 09-03-2011)
Art. 1-9
Artikel 1. § 1. De solidariteitstoezegging wordt zo gefinancierd dat, op elk ogenblik, de verwachte prestaties worden gedekt waarvan, overeenkomstig het reglement, de betaling verschuldigd is ten gevolge van het zich voordoen van een risico in de loop van dat boekjaar, vermeerderd met de toeslagen die het mogelijk maken de beheerskosten te dekken evenals de vermeerdering van de toekomstige kosten te wijten aan de fluctuatie van de risico's en aan de vergrijzing in geval van een met de leeftijd stijgende voorvalswet.
§ 2. Voor het geheel van de aangeslotenen en de verwachte prestaties is het bedrag van de financiering gelijk aan de actuele waarde van de bedragen die moeten worden betaald op de vervaldagen bepaald in het reglement, vermeerderd met bovenvermelde toeslagen en berekend op grond van een actualisatievoet en een voorvalswet.
De actualisatievoet is ten hoogste gelijk aan de rentevoet die voor de minimumfinanciering van toezeggingen van het type vaste prestaties in geval van leven op de pensioenleeftijd wordt bepaald in het koninklijk besluit van 7 mei 2000 betreffende de activiteiten van de voorzorgsinstellingen en in het koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de levensverzekeringsactiviteit.
De gebruikte voorvalswet mag niet leiden tot een lager resultaat dan de voorvalswet van het aan de betrokken prestatie inherent risico, zoals die wordt afgeleid uit officiële voorvalstafels, of bij ontstentenis ervan, uit officiële statistische gegevens of, bij ontstentenis ervan, uit de statistische analyse van het risico in de betrokken groep. Indien die groep te beperkt is om te komen tot betekenisvolle resultaten, zal de statistische analyse slaan op de bedrijfssector van die groep of op een groep met gelijkaardig risicoprofiel.
§ 3. In geval van dekking van een risico door een verzekeringsonderneming, wordt de actuele waarde ervan vervangen door het bedrag van de premie.
Art.2. § 1. De bijdragen voor de solidariteitstoezegging worden gestort in een solidariteitsfonds bij de rechtspersoon die met de uitvoering van die toezegging wordt belast.
§ 2. Het fonds kan slechts worden gedebiteerd door betalingen van prestaties in uitvoering van het solidariteitsreglement, van verzekeringspremies die de betrokken risico's dekken en van de kosten. De kosten worden vastgelegd in de beheersovereenkomst tussen de inrichter en de met uitvoering van het reglement belaste rechtspersoon.
Art.3.§ 1. De rechtspersoon belast met de uitvoering van het reglement stelt op het einde van ieder boekjaar een resultatenrekening op, evenals een balans met activa en passiva van het solidariteitsfonds en zendt die stukken binnen de maand na hun goedkeuring aan de [1 FSMA]1.
§ 2. Op het passief van de balans worden voorzieningen aangelegd voor lopende uitkeringen, voor fluctuatie van risico's, een vergrijzingsvoorziening in geval van een met de leeftijd stijgende voorvalswet evenals een voorziening om het hoofd te bieden aan afwijkingen met betrekking tot de risico's overlijden en invaliditeit zoals die werden meegenomen in de berekening van de financiering bedoeld in artikel 1.
De voorziening voor lopende uitkeringen mag voor elke aangeslotene en elke prestatie niet lager zijn dan de actuele waarde van de bedragen die overeenkomstig het reglement nog moeten betaald worden, vermeerderd met toeslagen voor de kosten.
De voor de berekening van die actuele waarde gebruikte actualisatievoet mag niet hoger zijn dan de rentevoet die voor de minimumfinanciering van de toezeggingen van het type vaste prestaties in geval van leven op de pensioenleeftijd wordt vastgesteld in het koninklijk besluit van 7 mei 2000 betreffende de activiteiten van de voorzorgsinstellingen en het koninklijk besluit van 14 november 2003 betreffende de levensverzekeringsactiviteit.
De voor de berekening van die actuele waarde gebruikte voorvalswet mag niet leiden tot een lager resultaat dan de voorvalswet van het aan de betrokken prestatie inherente risico, zoals die wordt afgeleid uit officiële voorvalstabellen, of bij ontstentenis, uit officiële statistische gegevens, of bij ontstentenis ervan, uit de statistische analyse van het risico in de betrokken groep. Indien die groep te beperkt is om tot betekenisvolle resultaten te komen, zal die analyse slaan op de bedrijfssector van die groep.
§ 3.Wanneer het risico gedekt is door een verzekeringsovereenkomst dienen er in afwijking van § 2 geen voorzieningen te worden aangelegd voor dit risico indien de aangeslotenen de rechtstreekse begunstigden van deze overeenkomst zijn.
----------
(1)<KB 2011-03-03/01, art. 331, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2011>
Art.4.De activa van het fonds moeten worden belegd en geëvalueerd overeenkomstig de regels van toepassing op de dekkingswaarden van de voorzorgs- instellingen in uitvoering van de voormelde wet van 9 juli 1975.
Een gedetailleerde staat van die waarden wordt aan de [1 FSMA]1 gezonden samen met de balans waarvan sprake in artikel 3.
Wanneer het risico gedekt is door een verzekeringsovereenkomst en de aangeslotenen niet de rechtstreekse begunstigden zijn van deze overeenkomst, kunnen de hiermee overeenstemmende voorzieningen die bedoeld worden in artikel 3, § 2 gedekt worden door een vordering op de verzekeraar.
----------
(1)<KB 2011-03-03/01, art. 331, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2011>
Art.5. De rechtspersoon belast met de uitvoering van de solidariteitstoezegging duidt een actuaris aan die voldoet aan de voorwaarden vastgelegd in het koninklijk besluit van 22 november 1994 houdende uitvoering van artikel 40bis van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, met betrekking tot het bepalen van de voorwaarden waaraan actuarissen moeten voldoen.
De aangeduide actuaris brengt jaarlijks advies uit over de financiering evenals over de resultatenrekening en de balans bedoeld in artikel 3 § 1. Dat advies bevat ook zijn oordeel over de toeslagen en over de voorzieningen voor fluctuatie van de risico's en vergrijzing.
Het advies wordt gezonden aan het paritair beheerscomité of, bij ontstentenis, aan het toezichtscomité bedoeld in artikel 47 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.
Art.6.Ingeval de activa de voorzieningen bedoeld in artikel 3 § 2 en de schulden niet dekken, legt het solidariteitsfonds aan de [1 FSMA]1 binnen de door hem vastgestelde termijn een plan voor met de maatregelen om die toestand te verhelpen.
Het solidariteitsreglement bevat de te nemen maatregelen ingeval het plan bedoeld in het eerste lid mislukt en de modaliteiten van een eventuele vereffening.
----------
(1)<KB 2011-03-03/01, art. 331, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2011>
Art.7.Op eenvoudig verzoek van de [1 FSMA]1 is de rechtspersoon belast met de uitvoering van de solidariteitstoezegging ertoe gehouden alle inlichtingen te verstrekken en alle documenten mee te delen die de [1 FSMA]1 nodig heeft ter uitvoering van zijn taak.
De [1 FSMA]1 kan in hun zetel of kantoren inzage nemen van alle boeken, boekingsstukken en andere bescheiden, en ook alle onderzoekingen doen met betrekking tot de solidariteitstoezegging.
----------
(1)<KB 2011-03-03/01, art. 331, 002; Inwerkingtreding : 01-04-2011>
Art.8. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2004.
Art. 9. Onze minister bevoegd voor Pensioenen en Onze minister bevoegd voor Economische Zaken, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 14 november 2003.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Pensioenen,
F. VANDENBROUCKE
De Minister van Economie,
Mevr. F. MOERMAN.