11 MEI 2003. - Wet tot bescherming van de titel en van het beroep van landmeter-expert. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 28-07-2006 en tekstbijwerking tot 19-06-2023)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling.
Art. 1
HOOFDSTUK I/1. [1 - Definities.]1
Art. 1/1
HOOFDSTUK II. - Over de titel en het beroep van landmeter-expert.
Art. 2, 2/1, 2/2, 2/3, 2/4, 3-4, 4/1, 5-8
HOOFDSTUK III. - Overgangsbepalingen.
Art. 9
HOOFDSTUK IV. - Strafbepalingen.
Art. 10-12
HOOFDSTUK V. - Opheffingsbepalingen.
Art. 13
HOOFDSTUK VI. - Inwerkingtreding.
Art. 14
2004011023 2004011158 2005011521 2006011470 2007022728 2011011227 2014011314 2020020484
HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling.
Artikel 1. Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.
HOOFDSTUK I/1. [1 - Definities.]1
----------
(1)
Art.1/1. [1 Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder :
1° wet van 12 februari 2008 betreffende de beroepskwalificaties : de wet van 12 februari 2008 tot instelling van een algemeen kader voor de erkenning van EU-beroepskwalificaties;
2° lidstaat : de lidstaat zoals bedoeld in artikel 2, § 1, l), van de wet van 12 februari 2008 betreffende de beroepskwalificaties.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij W 2017-07-21/32, art. 25, 005; Inwerkingtreding : 11-08-2017>
HOOFDSTUK II. - Over de titel en het beroep van landmeter-expert.
Art.2.Niemand mag [1 ...]1 of de beroepstitel voeren van landmeter-expert, of enige andere titel die de indruk zou geven dat hij het beroep van landmeter-expert uitoefent, indien hij niet aan de volgende voorwaarden voldoet :
1° houder zijn van een der hiernavolgende titels :
a) een diploma van landmeter, of van meetkundige of van meetkundige-schatter van onroerende goederen uitgereikt, naargelang van het geval, ter uitvoering van de koninklijke besluiten van 31 juli 1825 houdende bepalingen nopens de uitoefening van het beroep van landmeter, van 1 december 1921 dat betrekking heeft op wijzigingen aan de beschikkingen, rakende de uitoefening van het beroep van landmeter, van 18 mei 1936 dat betrekking heeft op wijzigingen aan de bepalingen betreffende het uitoefenen van het beroep van meetkundige-schatter van onroerende goederen of van het Regentsbesluit van 16 juni 1947 dat betrekking heeft op de enige proef, ingesteld ten behoeve van zekere gediplomeerden, ter verkrijging van het diploma van meetkundige-schatter van onroerende goederen;
b) een diploma van licentiaat in de wetenschappen, groep aardrijkskunde, optie landmeetkunde; een diploma van licentiaat in de geometrologie;
c) een diploma van industrieel ingenieur bouwkunde, optie landmeetkunde;
d) (een diploma van gegradueerde " landmeter-expert vastgoed ", aangevuld met een getuigschrift van slagen voor de geïntegreerde proef voor uitreiking van de titels van meetkundige-schatter van onroerende goederen, of een diploma van gegradueerde in bouw, optie vastgoed, voorzover het diplomasupplement of een attest van de hogeschool die het diploma uitreikt, de keuze " meten " vermeldt;) <W 2006-07-20/39, art. 177, 002; Inwerkingtreding : 07-08-2006>
e) een universitair diploma of een diploma van universitair niveau of van het technisch hoger onderwijs, verenigbaar met de uitoefening van het beroep van landmeter-expert, erkend door de Koning, na advies van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen;
f) een diploma dat gelijkwaardig is aan een der bovenvermelde akten en dat uitgereikt is door een examencommissie van de Staat of van een Gemeenschap;
g) een diploma, uitgereikt door elke andere instelling van vergelijkbaar niveau en erkend door de Koning, na advies van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de K.M.O.;
h) [2 een bekwaamheidsattest of een opleidingstitel bedoeld in Titel III, Hoofdstuk I, van de wet van 12 februari 2008 betreffende de beroepskwalificaties, afgeleverd door een andere lidstaat en die beantwoordt aan de voorwaarden vastgelegd in dit hoofdstuk, of een opleidingstitel gelijkgesteld aan een dergelijke titel in toepassing van artikel 2, § 3, van de wet van 12 februari 2008 betreffende de beroepskwalificaties.
De onderdanen van een lidstaat die een bekwaamheidsattest of een opleidingstitel bedoeld in deze bepaling hebben verworven, zijn onderworpen aan alle voorwaarden en genieten van alle rechten voorzien in de wet van 12 februari 2008 betreffende de beroepskwalificaties, onverminderd de bepalingen voorzien door of op basis van deze wet.
De diploma's waarvan sprake in a) tot e) hierboven, moeten afgeleverd worden door onderwijs- of opleidingsinstellingen georganiseerd, erkend of gesubsidieerd door het Rijk of de Gemeenschappen.]2
2° de eed hebben afgelegd waarvan sprake in artikel 7.
----------
(1)<W 2013-07-18/32, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2014>
(2)<W 2017-07-21/32, art. 26, 005; Inwerkingtreding : 11-08-2017>
Art.2/1. [1 § 1. De natuurlijke persoon die de in artikel 2 bedoelde voorwaarden vervult, mag het beroep van landmeter-expert uitoefenen.
§ 2. De rechtspersoon mag het beroep van landmeter-expert uitoefenen indien deze aan de volgende voorwaarden voldoet :
1° alle zaakvoerders, bestuurders, leden van het directiecomité en, op meer algemene wijze, alle zelfstandige mandatarissen die optreden in naam en voor rekening van de rechtspersoon zijn natuurlijke personen die gemachtigd zijn het beroep van landmeter-expert overeenkomstig § 1 uit te oefenen;
2° zijn doel en activiteiten moeten beperkt zijn tot het verlenen van diensten die behoren tot de uitoefening van het beroep van landmeter-expert en mogen hiermee niet onverenigbaar zijn;
3° als hij is opgericht in de vorm van een naamloze vennootschap of een commanditaire vennootschap op aandelen, moeten zijn aandelen op naam zijn;
4° ten minste 60 % van de aandelen alsook van de stemrechten, moeten, rechtstreeks of onrechtstreeks, in het bezit zijn van natuurlijke personen die ertoe gemachtigd werden het beroep van landmeter-expert uit te oefenen overeenkomstig § 1; alle overige aandelen mogen slechts in het bezit zijn van natuurlijke of rechtspersonen, die een niet-onverenigbaar beroep uitoefenen en gemeld zijn bij de bevoegde kamer van de Federale Raad van landmeters-experten;
5° de rechtspersoon mag alleen deelnemingen bezitten in andere vennootschappen of rechtspersonen wanneer het maatschappelijk doel en de activiteiten van deze vennootschappen niet onverenigbaar zijn met de uitoefening van het beroep van landmeter-expert;
6° de rechtspersoon is ingeschreven op het tableau van de beoefenaars van het beroep van landmeter-expert.
Als wegens het overlijden van een in 1° of in 4° bedoelde natuurlijke persoon, de rechtspersoon niet meer beantwoordt aan de vereiste voorwaarden om het beroep van landmeter-expert uit te oefenen, beschikt deze over een termijn van zes maanden om zich in regel te stellen met deze voorwaarden. Gedurende deze termijn mag de rechtspersoon het beroep van landmeter-expert verder uitoefenen.
§ 3. Wanneer handelingen, die behoren tot de beroepswerkzaamheid van landmeter-expert, waarvan sprake in artikel 3, worden gesteld door een loontrekkende, en deze laatste niet onder het toezicht en de verantwoordelijkheid staat van een landmeter-expert ingeschreven op het tableau van de federale raad van landmeters-experten, moet deze persoon de voorwaarden vervullen bepaald in de artikelen 2 en 5, § 1, en zich op het tableau laten inschrijven. Bijgevolg moet hij de verantwoordelijkheden en aansprakelijkheid voor de handelingen in een zelfde mate opnemen als de zelfstandige landmeter-expert.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij W 2013-07-18/32, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2014>
Art.2/2.
<Opgeheven bij W 2019-05-09/16, art. 22, 006; Inwerkingtreding : 01-07-2019>
Art.2/3.[1 § 1. De onderdanen van een lidstaat zijn gemachtigd om tijdelijk en incidenteel het beroep van landmeter-expert uit te oefenen zonder de voorwaarden te moeten vervullen van artikel 2 volgens de nadere regels voorzien in de wet van 12 februari 2008 betreffende de beroepskwalificaties en in § 2 indien zij :
1° op wettige wijze zijn gevestigd in een andere lidstaat om er hetzelfde beroep uit te oefenen en;
2° het beroep van landmeter-expert, gedurende de tien jaar die voorafgaan aan de dienstverrichting gedurende ten minste een jaar hebben uitgeoefend in één of meerdere lidstaten, indien het beroep niet gereglementeerd is in de lidstaat van vestiging.
Het tijdelijke en incidentele karakter van de dienstverrichting wordt door de Federale Raad van landmeters-experten per geval beoordeeld, met name in functie van de duur, de frequentie, de regelmaat en de continuïteit.
§ 2. In toepassing van artikel 9 van de wet van 12 februari 2008 betreffende de beroepskwalificaties stellen de personen bedoeld in § 1 die zich voor het eerst naar België begeven om er tijdelijk en incidenteel het beroep van landmeter-expert uit te oefenen, de Federale Raad van landmeters-experten hiervan vooraf in kennis door middel van een schriftelijke verklaring, met daarin de gegevens betreffende verzekeringsdekking of andere middelen van persoonlijke of collectieve bescherming inzake beroepsaansprakelijkheid. [2 ...]2
Deze verklaring wordt eenmaal per jaar hernieuwd indien de dienstverrichter voornemens is om diensten te verrichten in België op een tijdelijke en incidentele manier tijdens het desbetreffende jaar. De dienstverrichter mag de verklaring met alle middelen aanleveren.
Bovendien bij de eerste dienstverrichting of indien zich een wezenlijke verandering heeft voorgedaan in de door de documenten gestaafde situatie, bezorgt de dienstverrichter ook de documenten voorzien in artikel 9, § 2, a) tot d), van de wet van 12 februari 2008 betreffende de beroepskwalificaties.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij W 2017-07-21/32, art. 27, 005; Inwerkingtreding : 11-08-2017>
(2)<KB 2020-03-01/02, art. 2, 007; Inwerkingtreding : 20-03-2020>
Art.2/4. [1 De Koning kan de bepalingen van deze wet en de besluiten genomen in uitvoering ervan opheffen, wijzigen, aanvullen of vervangen om de omzetting in nationaal recht van de richtlijn betreffende de erkenning van beroepskwalificaties te verzekeren.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij W 2017-07-21/32, art. 28, 005; Inwerkingtreding : 11-08-2017>
Art.3. Tot de beroepswerkzaamheid van landmeter-expert in de zin van deze wet behoren de volgende werkzaamheden :
1° het afpalen van terreinen;
2° het opmaken en ondertekenen van plannen die moeten dienen voor een grenserkenning, voor een mutatie, voor het regelen van gevallen van gemeenheid en voor gelijk welke akte of proces-verbaal, welke in een identificeren van grondeigendom voorzien en welke ter hypothecaire overschrijving of inschrijving kunnen worden voorgelegd.
De uitoefening van de in dit artikel beschreven beroepsactiviteit valt eveneens onder de bevoegdheid van de landmeters in overheidsdienst bij de uitoefening van hun opdrachten als ambtenaar.
Art.4.§ 1. Niemand mag in de hoedanigheid van zelfstandige in hoofd- of bijberoep, het beroep van landmeter-expert uitoefenen als hij niet voldoet aan de voorwaarden vermeld in artikel 2 [2 /1, § 1]2 van deze wet en bovendien niet is ingeschreven op het in artikel 3 van de wet van 11 mei 2003 tot oprichting van Federale Raden van landmeters-experten bedoelde tableau.
[2 De Koning stelt de regels vast volgens dewelke de titel van "erelandmeter-expert" kan worden gevoerd.]2
§ 2. De in § 1 vermelde personen sturen de Federale Raad van landmeters-experten, via een aangetekende brief, een [1 ...]1 afschrift van hun titel.
§ 3. De aanvragers kunnen slechts hun activiteit als zelfstandig landmeter-expert of als bediende uitoefenen zo er geen belangenconflict, conflict inzake onverenigbaarheid of oneerlijke concurrentie bestaat. Deze gevallen worden gedefinieerd in de voorschriften inzake de plichtenleer bedoeld in artikel 8, § 1, en door de regels inzake onverenigbaarheid die reglementair zijn vastgelegd voor de uitoefening van andere beroepen.
§ 4. [3 ...]3
§ 5. [3 ...]3
----------
(1)<W 2009-12-22/07, art. 15, 003; Inwerkingtreding : 28-12-2009>
(2)<W 2013-07-18/32, art. 5, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2014>
(3)<W 2013-07-18/32, art. 6, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2014>
Art.4/1. [1 § 1 Bij toepassing van artikel 2/1, § 2, 6°, kan de rechtspersoon worden ingeschreven op het tableau bedoeld in artikel 3 van de wet van 11 mei 2003 tot oprichting van de federale raden van landmeters-experten, indien deze vooraf voldoet aan de voorwaarden bepaald in artikel 2 /1, § 2, 1° tot 5°.
§ 2. De in § 1 vermelde personen sturen de Federale Raad van landmeters-experten een afschrift van de documenten waaruit blijkt dat zij voldoen aan de voorwaarden bepaald in artikel 2/1, § 2, 1° tot 5°.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij W 2013-07-18/32, art. 7, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2014>
Art.5.[1 § 1. De inschrijving is onderworpen aan een jaarlijks te betalen niet terugbetaalbaar recht, waarvan het bedrag wordt vastgesteld door de minister die de Middenstand onder zijn bevoegdheid heeft. De natuurlijke of rechtspersoon die het beroep van landmeter-expert uitoefent en die zijn inschrijvingsrecht niet betaalt, wordt geschrapt van het in artikel 3 van de wet van 11 mei 2003 tot oprichting van federale raden van landmeters-experten bedoelde tableau.
§ 2. De personen die op het tableau zijn ingeschreven kunnen hieruit op eigen initiatief en op elk moment weggelaten worden.
Zij zijn verplicht om de Federale Raad van landmeters-experten, binnen dertig dagen en via een aangetekende brief, op de hoogte te brengen van iedere wijziging of uitbreiding van hun beroepswerkzaamheid als landmeter-expert tot een andere activiteit als zelfstandige, loontrekkende of ambtenaar.]1
----------
(1)<W 2013-07-18/32, art. 8, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2014>
Art.6. De houders van een in artikel 2, 1°, eerste lid, h, bedoeld diploma hebben het recht om gebruik te maken van hun titel van wettige opleiding van de Staat van oorsprong of van herkomst en eventueel van de afkorting ervan, in de taal van deze Staat. In dit geval moet naast deze titel ook de naam en de plaats van de instelling of de examencommissie die deze heeft uitgereikt, worden vermeld.
Art.7.§ 1. Belgen leggen de eed bedoeld in artikel 2, 2°, in de volgende bewoordingen af :
" Ik zweer trouw aan de Koning, gehoorzaamheid aan de Grondwet en aan de wetten van het Belgische volk, en ik zweer de opdrachten die mij als landmeter-expert zullen worden toevertrouwd, in eer en geweten getrouw te vervullen. "
Personen van vreemde nationaliteit leggen de eed in de volgende bewoordingen af :
" Ik zweer de opdrachten die mij als landmeter-expert zullen worden toevertrouwd in eer en geweten getrouw te vervullen volgens de voorschriften van de Belgische wet. "
Belgen en vreemdelingen die hun woonplaats in België hebben, leggen de eed af voor de rechtbank van eerste aanleg van hun woonplaats. Onderdanen van een lidstaat [3 ...]3 leggen de eed af voor de rechtbank van eerste aanleg van hun keuze.
Van de eedaflegging moet de landmeter-expert in alle door hem afgegeven [2 , al dan niet voorbehouden,]2 akten melding maken, in de volgende termen :
" Landmeter-expert, beëdigd door de Rechtbank van eerste aanleg te... ".
[2 Hetzelfde geldt voor de landmeter-expert die handelt in naam van en voor rekening van zijn rechtspersoon of van zijn werkgever.]2
§ 2. De landmeters-experten [2 natuurlijke personen]2 die zijn ingeschreven op het tableau bedoeld in artikel 3 van de wet van 11 mei 2003 tot oprichting van Federale Raden van landmeters-experten, leggen de eed af op voorlegging van een attest waaruit blijkt dat zij zijn ingeschreven. Zij sturen, via een aangetekende brief, binnen zestig dagen na hun eerste inschrijving, aan de Federale Raad van landmeters-experten een [1 ...]1 afschrift van het proces-verbaal van hun eedaflegging, zulks op straffe van hun schrapping van het tableau.
De landmeters-experten die als werknemer of in overheidsdienst het beroep wensen uit te oefenen en de beroepstitel wensen te voeren, leggen de eed af op voorlegging van een titel als bedoeld in artikel 2, 1°, van deze wet.
§ 3. De personen die de eed hebben afgelegd als bedoeld in artikel 2 van de wet van 6 augustus 1993 betreffende de opheffing van het koninklijk besluit van 31 juli 1825 houdende bepalingen nopens de uitoefening van het beroep van landmeter, worden geacht de in dit artikel vermelde eed te hebben afgelegd.
----------
(1)<W 2009-12-22/07, art. 16, 003; Inwerkingtreding : 28-12-2009>
(2)<W 2013-07-18/32, art. 9, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2014>
(3)<W 2017-07-21/32, art. 29, 005; Inwerkingtreding : 11-08-2017>
Art.8.§ 1. De [1 ...]1 landmeter-expert [1 ingeschreven op het tableau]1 is verplicht zich te houden aan de voorschriften inzake de plichtenleer, vastgesteld bij een koninklijk besluit, na advies van de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen.
§ 2. Indien bewezen is dat hij aan zijn plichten is tekortgekomen, is de [1 ...]1 landmeter-expert [1 ingeschreven op het tableau]1 strafbaar met de volgende tuchtstraffen :
a) de waarschuwing;
b) de berisping;
c) de schorsing voor een maximumtermijn van twee jaar;
d) de schrapping.
[1 § 3. Wanneer een tuchtstraf wordt opgelegd aan een rechtspersoon, kan eveneens een tuchtstraf worden opgelegd aan de natuurlijke persoon of personen, vermeld in artikel 2/1, § 2, 1°, of aan de loontrekkende(n), ingeschreven op het tableau overeenkomstig artikel 2/1, § 3, waarvan de tussenkomst aan de oorsprong ligt van de feiten waarvoor de rechtspersoon disciplinair bestraft wordt.]1
----------
(1)<W 2013-07-18/32, art. 10, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2014>
HOOFDSTUK III. - Overgangsbepalingen.
Art.9. § 1. Onverminderd de toepassing van artikel 2, 1°, mogen de personen die, met toepassing van het koninklijk besluit van 18 januari 1995 tot bescherming van de beroepstitel en de uitoefening van het beroep van gezworen landmeter-expert, werden ingeschreven op de lijst van beoefenaars bedoeld in artikel 17, § 5, van de kaderwet van 1 maart 1976 tot reglementering van de bescherming van de beroepstitel en van de uitoefening van de dienstverlenende intellectuele beroepen, de voorlegging van een [1 ...]1 kopie van hun titel, als bedoeld in artikel 4, § 2, tot staving van hun verzoek om inschrijving op het tableau van de beoefenaars van het beroep, vervangen door het bewijs van hun inschrijving op de voornoemde lijst.
§ 2. De personen die, op de datum waarop deze wet in werking treedt, het beroep van zelfstandig landmeter-expert uitoefenen en die houder zijn van een van de in artikel 2, 1°, bedoelde titels of ingeschreven zijn op de lijst van beoefenaars waarvan sprake in § 1 van dit artikel, zijn gemachtigd om, bij wijze van overgang, verder hun beroep uit te oefenen of er de titel van te voeren tot de beslissing van de Federale Raad of de Federale Raad van beroep van landmeters-experten gevallen is. Om voor deze overgangsmaatregel in aanmerking te komen dienen zij hun aanvraag om inschrijving te doen binnen zestig dagen nadat deze wet in werking is getreden.
§ 3. De provisies bedoeld in artikel 17, § 2, van de kaderwet van 1 maart 1976 tot reglementering van de bescherming van de beroepstitel en van de uitoefening van de dienstverlenende intellectuele beroepen en betaald in uitvoering van het koninklijk besluit van 18 januari 1995 tot bescherming van de beroepstitel en van de uitoefening van het beroep van gezworen landmeter-expert worden in de Schatkist gestort. Zij worden afgetrokken van het in artikel 4, § 4, van deze wet bedoelde inschrijvingsrecht.
----------
(1)<W 2009-12-22/07, art. 17, 003; Inwerkingtreding : 28-12-2009>
HOOFDSTUK IV. - Strafbepalingen.
Art.10.[1 Eenieder die]1 de artikelen 2 [1 , 2/1, 4 en 5]1 overtreedt, wordt gestraft met geldboete van 5 tot 25 euro.
[1 De rechtspersonen die het beroep van landmeter-expert uitoefenen overeenkomstig deze wet zijn burgerlijk aansprakelijk voor de betaling van de boetes en de uitvoering van de herstelmaatregelen waartoe hun organen en aangestelden werden veroordeeld.]1
----------
(1)<W 2013-07-18/32, art. 11, 004; Inwerkingtreding : 01-07-2014>
Art.11. Boek I van het Strafwetboek is, met inbegrip van hoofdstuk VII en artikel 85, van toepassing op de in deze wet bepaalde inbreuken.
Art.12. Onverminderd de bevoegdheid van de officieren van gerechtelijke politie, worden het personeel van de politie en de ambtenaren en agenten, te dien einde door de Koning aangewezen op voorstel van de minister die de Middenstand onder zijn bevoegdheid heeft, belast met het opsporen en vaststellen in processen-verbaal van de inbreuken op deze wet.
Deze processen-verbaal zijn rechtsgeldig tot bewijs van het tegendeel. Zij worden onverwijld toegezonden aan de bevoegde ambtenaren van het openbaar ministerie; een afschrift ervan wordt gezonden aan de overtreder binnen zeven werkdagen te rekenen vanaf de vaststelling der inbreuken, dit alles op straf van nietigheid.
HOOFDSTUK V. - Opheffingsbepalingen.
Art.13. § 1. Opgeheven worden met uitwerking op 7 maart 1995 :
- het koninklijk besluit van 1 december 1921 houdende wijzigingen aan de beschikkingen, rakende de uitoefening van het beroep van landmeter;
- het koninklijk besluit van 18 mei 1936 dat betrekking heeft op het beroep van meetkundige-schatter van onroerende goederen.
§ 2. De wet van 6 augustus 1993 betreffende de opheffing van het koninklijk besluit van 31 juli 1825 houdende bepalingen nopens de uitoefening van het beroep van landmeter en het koninklijk besluit van 18 januari 1995 tot bescherming van de beroepstitel en van de uitoefening van het beroep van gezworen landmeter-expert worden opgeheven.
HOOFDSTUK VI. - Inwerkingtreding.
Art. 14. De Koning bepaalt de datum van inwerkingtreding van de bepalingen van deze wet.
(NOTA : Inwerkingtreding vastgesteld op 01-10-2004, door KB 2004-03-22/33, art1).