2 MEI 2003. - Ministerieel besluit houdende bepaling van de maximumprijzen die van toepassing zijn voor de levering van elektriciteit aan de diensten van de federale overheid, van de Gewesten en van de Gemeenschappen.
Art. 1-3
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° " diensten van de federale overheid, van de Gewesten en van de Gemeenschappen " : de centrale en externe openbare diensten die vallen onder de Federale Regering of onder de Regering van de Gewesten of Gemeenschappen, de Federale Kamers, de Raden van Gemeenschappen en Gewesten, de Raad van State en het Rekenhof;
2° " ministerieel besluit van 12 december 2001 " : het ministerieel besluit van 12 december 2001 houdende vaststelling van de maximumprijzen voor de levering van elektriciteit.
Art.2. De verkoopprijzen van elektriciteit die geleverd wordt om de diensten van de federale overheid, van de Gewesten en van de Gemeenschappen te bevoorraden die geen in aanmerking komende afnemers zijn, mogen niet hoger zijn dan de maximumprijzen die vastgesteld zijn overeenkomstig de tarieven beschreven in bijlage 1 en 2 bij het ministerieel besluit van 12 december 2001 en verminderd zijn met een korting van 10 % in laagspanning en van 5 % in hoogspanning.
De elektriciteitsleveringen bestemd voor onderwijsinstellingen, openbare instellingen en wegenverlichting kunnen niet genieten van de korting bedoeld in het eerste lid.
Art. 3. De korting bedoeld in artikel 2, eerste lid, kan voor de levering van elektriciteit slechts worden toegepast indien aan beide volgende criteria voldaan is :
1° het leveringscontract moet gesloten zijn tussen de diensten van de federale overheid, van de Gewesten of van de Gemeenschappen en de elektriciteitsleverancier;
2° de uitgave die het gevolg is van de toepassing van dit contract moet rechtsreeks geboekt worden op de begroting van de diensten van de federale overheid, van de Gewesten of van de Gemeenschappen.
Brussel, 2 mei 2003.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer,
Mevr. I. DURANT
De Minister van Economie,
Ch. PICQUE
De Staatssecretaris voor Energie,
O. DELEUZE.