Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

4 FEBRUARI 2003. - Koninklijk besluit houdende toekenning van toelagen en vergoedingen aan de enquêteurs belast met de uitvoering van de proefenquête over de inkomsten en de levensomstandigheden.



Inhoudstafel:


Art. 1-10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. De personen aangewezen om de opdracht van enquêteur te vervullen in het raam van de proefenquête over de inkomsten en de levensomstandigheden, ontvangen, in zoverre zij de opgelegde taken buiten de normale dienstprestaties vervullen, per positieve enquête een toelage en een vergoeding waarvan het bedrag berekend wordt op de wijze beschreven in artikel 5.

Art.2. De enquêteurs die deelnemen aan de proefenquête over de inkomsten en de levensomstandigheden moeten alle antwoorden van de huishoudens op de SILC-vragenlijst coderen op een draagbare computer, die geleverd wordt door het NIS.

Art.3. Het basisbedrag bedraagt 35 EUR en wordt toegekend voor het interview van een eenpersoonsgezin.

Art.4. Het totale bedrag van de toelage en de berekening wordt verkregen door aan het basisbedrag bedoeld in artikel 3,10 EUR toe te voegen per bijkomend ondervraagd lid van het huishouden dat 16 jaar of ouder is op de datum van de enquête.

Art.5. Het totale bedrag van de toelage en de vergoeding wordt als volgt verdeeld :
  1° de toelage bedraagt 60 % van het totale bedrag en wordt beschouwd als betaling van de buitengewone prestaties die zij uitvoeren;
  2° de vergoeding bedraagt 40 % van het totale bedrag en wordt beschouwd als vergoeding voor hun reis-, verblijf- en andere kosten.

Art.6. De enquêteurs dienen deel te nemen aan de opleidingsdagen die door het NIS worden georganiseerd. Drie halve dagen zullen besteed worden aan de opleiding voor de SILC-enquête en een halve dag zal dienen voor een evaluatie van het verrichte veldwerk met de enquêteurs.
  De verplaatsingskosten voor de opleidingssessies worden terugbetaald tegen voorlegging van de betreffende vervoerbewijzen.
  Voor de deelname aan een halve dag opleiding wordt een forfaitaire vergoeding toegekend die overeenkomt met de basisvergoeding zoals bepaald in artikel 3, eerste lid.

Art.7. De vergoedingen bedoeld in de artikelen 3, 4, 5 en 6 worden in één keer uitbetaald zodra de enquêteur de door het huishouden gegeven informatie heeft doorgegeven aan het NIS.

Art.8. Er wordt geen vergoeding uitgekeerd voor onjuist of ontoereikend gecodeerde antwoorden van de huishoudens, of voor enquêtes die niet overeenkomstig de richtlijnen werden uitgevoerd.

Art.9. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 10. Onze Minister tot wiens bevoegdheid de Economische Zaken behoren, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 4 februari 2003.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Economie,
  Ch. PICQUE.