Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

20 MAART 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 april 1995 betreffende de voorlichting en reclame inzake geneesmiddelen voor menselijk gebruik.



Inhoudstafel:


Art. 1-2



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1995025096 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 21 van het koninklijk besluit van 7 april 1995 betreffende de voorlichting en de reclame voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° in het eerste lid van § 1 worden de punten 2°, 3°, 4° vervangen als volgt :
  " 2° twee leden van rechtswege :
  - de adviseur - generaal van de Algemene Farmaceutische Inspectie of zijn afgevaardigde;
  - de Voorzitter van de Geneesmiddelencommissie of zijn afgevaardigde;
  3° twee leden van de Geneesmiddelencommissie of vroegere leden;
  4° een vertegenwoordiger van het Nationaal Intermutualistisch College, gekozen uit de kandidaten voorgedragen door dit College op een dubbele lijst; ".
  2° in het eerste lid van § 1 worden de volgende punten toegevoegd :
  " 7° een vertegenwoordiger van de representatieve beroepsorganisaties van de geneesmiddelenindustrie, gekozen uit de kandidaten voorgedragen door deze organisaties op een dubbele lijst;
  8° een vertegenwoordiger van de representatieve beroepsorganisaties van de apothekers, gekozen uit de kandidaten voorgedragen door deze organisaties op een dubbele lijst;
  9° een vertegenwoordiger van de wetenschappelijke verenigingen van huisartsen, gekozen uit de kandidaten voorgedragen door deze verenigingen op een dubbele lijst. ".
  3° in het tweede lid van § 1 wordt de eerste volzin vervangen als volgt :
  " De leden beoogd onder 3°, 4°, 5°, 6°, 7°, 8° en 9° worden benoemd door de Minister; ".
  4° § 2 wordt vervangen als volgt :
  " Het mandaat van de leden beoogt onder 1°, 3°, 4°, 5°, 6°, 7°, 8° en 9° duurt drie jaar; het is hernieuwbaar. ".
  5° in § 3 wordt de eerste volzin vervangen als volgt :
  " Er zijn zoveel plaatsvervangende leden als leden beoogd onder 1°, 3°, 4°, 5°, 6°, 7°, 8° en 9°. ".
  6° het eerste lid van § 4 wordt vervangen als volgt :
  " De Commissie beraadslaagt geldig wanneer ten minste zeven leden aanwezig zijn. ".

Art. 2. Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 20 maart 2002.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu,
  Mevr. M. AELVOET.