Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 SEPTEMBER 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 maart 2000 betreffende de overdraagbaarheid van de nummers van de abonnees van de telecommunicatiediensten.



Inhoudstafel:


Art. 1-10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2000014085 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 1, 12°, van het koninklijk besluit van 16 maart 2000 betreffende de overdraagbaarheid van de nummers van de abonnees van de telecommunicatiediensten wordt vervangen als volgt :
  " 12° opzetkosten per lijn of per nummer : de eenmalige meerkosten om één of meer nummers over te dragen bovenop de kosten om klanten zonder nummeroverdracht te transfereren naar een andere operator of dienstenleverancier of om de dienstverlening stop te zetten; ".

Art.2. In artikel 1 van hetzelfde besluit worden de bepalingen onder 13°, 14° en 15° opgeheven.

Art.3. Artikel 1 van het hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt :
  " 22° verplichte gebruiker : een entiteit die uit hoofde van dit besluit verplicht is gebruik te maken van de centrale referentiedatabank, bedoeld in 5 van het koninklijk besluit van 23 september 2002 betreffende de overdraagbaarheid van de nummers van de eindgebruikers van de aan het publiek aangeboden mobiele telecommunicatiediensten, zonder zelf lid te zijn van de instantie belast met het beheer van de centrale referentiedatabank;
  23° de jaarlijkse kosten van de centrale referentiedatabank : de kosten om de centrale referentiedatabank op te zetten, uit te breiden en te exploiteren, alsmede de kosten van de entiteit die belast is met het beheer van de centrale referentiedatabank;
  24° vaste operator : persoon die houder is van een individuele vergunning die is uitgereikte krachtens artikel 87 of 92bis van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven;
  25° basiskosten : de kosten die gemaakt worden bij de aansluiting op de centrale referentiedatabank;
  26° transactiekosten : de kosten die ontstaan door het gebruik van de centrale referentiedatabank voor het overdragen van nummers;
  27° opslagkosten : de kosten voor het opslaan van overgedragen nummers in de centrale referentiedatabank. "

Art.4. Artikel 2, § 1, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  " De overdracht van niet-geografische nummers, vermeld in artikel 10, § 3, 3°, van het koninklijk besluit van 10 december 1997 is evenwel niet onderworpen aan de bepalingen van dit besluit. "

Art.5. Artikel 11 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
  " § 1. Om de geografische en niet-geografische nummeroverdraagbaarheid in te voeren wordt gebruik gemaakt van de centrale gegevensbank, bedoeld in de paragrafen 1 en 2 van artikel 5 van het koninklijk besluit van 23 september 2002 betreffende de overdraagbaarheid van de nummers van de eindgebruikers van de aan het publiek aangeboden mobiele telecommunicatiediensten en beheerd overeenkomstig de principes vastgelegd in de paragrafen 2 en 4 van datzelfde besluit.
  § 2. Het gebruik van de centrale referentiedatabank is verplicht voor de operatoren, bedoeld in artikel 2, § 1.

Art.6. In artikel 13 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° In artikel 13, § 3, eerste lid, wordt het getal " 2 " vervangen door het getal " 3 ".
  2° In artikel 13, § 3, eerste lid, worden de woorden " tot onderhandelen " ingevoegd tussen de woorden " initiële aanvraag " en de woorden " een nummeroverdraagbaarheidsakkoord ".
  3° In artikel 13, § 3, tweede lid, worden de woorden " binnen een termijn van een maand " vervangen door de woorden " binnen een termijn van drie maanden ".

Art.7. Er wordt een hoofdstuk VIbis ingevoegd luidende :
  " HOOFDSTUK VIbis : Omkadering van de nummeroverdraagbaarheid.
  Art. 14bis. Elke operator die rechtstreeks diensten aan de eindgebruiker aanbiedt, stelt de dienst bedoeld in artikel 9, § 1, van het koninklijk besluit van 23 september 2002 betreffende de overdraagbaarheid van de nummers van de eindgebruikers van de aan het publiek aangeboden mobiele telecommunicatiediensten in werking. Deze dienst wordt geleverd onder dezelfde vorm en dezelfde voorwaarden als omschreven in artikel 9, § 1, van datzelfde besluit. "

Art.8. In artikel 15 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° § 1 wordt vervangen als volgt :
  " § 1. Elke operator voert geografische nummeroverdraagbaarheid en niet-geografische nummeroverdraagbaarheid zo efficiënt mogelijk in.
  De operator die van oordeel is dat een andere operator de geografische of niet-geografische nummeroverdraagbaarheid op een minder efficiënte wijze invoert en die van oordeel is dat deze wijze van invoeren voor hem aanzienlijke meerkosten veroorzaakt kan de tussenkomst van het Instituut vragen om de meest efficiënte wijze om de geografische of niet-geografische nummeroverdraagbaarheid in te voeren te bepalen. ".
  2° § 4 wordt vervangen als volgt :
  " § 4. De vaste operatoren aan wie geografische en/of niet-geografische nummers werden toegewezen staan, ongeacht of zij lid zijn van de V.Z.W. voor Nummeroverdraagbaarheid in België dan wel een verplichte gebruiker, gezamenlijk in voor 25 % van de jaarlijkse kosten van de centrale referentiedatabank, die openstaan na aftrek van de vergoedingen die worden gevraagd voor de raadpleging van of de toegang tot de centrale referentiedatabank.
  Het deel van de jaarlijkse kosten dat betrekking heeft op het geïnvesteerd kapitaal wordt vergoed aan een kapitaalkost van 12 %. De afschrijvingstermijn wordt bepaald op 3 jaar. "
  3° Er wordt een § 4bis ingevoegd luidende :
  " § 4bis. Twee derde van het deel van de jaarlijkse kosten, bedoeld in § 4, eerste lid, dient tot dekking van de basiskosten.
  De vaste operatoren aan wie door het Instituut zowel geografische als niet-geografische nummers werden toegewezen dragen een gelijk deel van de basiskosten.
  De vaste operatoren aan wie enkel geografische of enkel niet-geografische nummers werden toegewezen dragen een deel van de basiskosten, gelijk aan 60 % van de basiskosten gedragen door de vaste operatoren, bedoeld in het vorige lid. "
  4° Er wordt een § 4ter ingevoegd, luidende :
  " 4ter. Eén vijfde van het deel van de jaarlijkse kosten, bedoeld in § 4, eerste lid, dient tot dekking van de transactiekosten.
  Eén derde van de transactiekosten dient tot dekking van de transactiekosten voor de uitvoering van overdrachten van geografische nummers op eenvoudige installaties.
  Eén derde van de transactiekosten dient tot dekking van de transactiekosten voor de uitvoering van overdrachten van geografische nummers op complexe installaties.
  Eén derde van de transactiekosten dient tot dekking van de transactiekosten voor de uitvoering van overdrachten van niet-geografische nummers.
  Binnen ieder derde van de transactiekosten draagt iedere vaste operator dat deel van de transactiekosten dat door hem is ontstaan. "
  5° Er wordt een § 4quater ingevoegd, luidende :
  " § 4quater. Twee vijftiende van het deel van de jaarlijkse kosten, bedoeld in § 4, eerste lid, dient tot dekking van de opslagkosten.
  De helft van de opslagkosten dient tot dekking van de opslagkosten van de nummers die werden overgedragen als donoroperator.
  De helft van de opslagkosten dient tot dekking van de opslagkosten van de nummers die aan een recipiëntoperator werden overgedragen.
  Iedere vaste operator draagt de opslagkosten van die nummers die hij als donoroperator heeft overgedragen en de opslagkosten van die nummers die naar hem zijn overgedragen als recipiëntoperator. "
  6° Artikel 15, § 3, derde lid, 3°, wordt opgeheven.
  7° § 6 wordt vervangen als volgt :
  " De opzetkosten per lijn of per nummer en de relevante kosten gerelateerd aan de nummeroverdracht worden door het Instituut vastgesteld op basis van de theoretische kosten van een efficiënte vaste operator. De tarieven die het Instituut bepaalt tot dekking van de opzetkosten per lijn of per nummer en de relevante verkeerskosten verbonden aan de nummeroverdracht zijn op de kosten gebaseerd. "

Art.9. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt wordt met uitzondering van de artikelen 2, 3, 5 en artikel 8, 2° tot en met 5°, die in werking treden op 1 januari 2003.

Art. 10. Onze Minister bevoegd voor Telecommunicatie is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 23 september 2002.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Telecommunicatie,
  R. DAEMS.