5 NOVEMBER 2002. - Koninklijk besluit tot invoering van arbeidsduurvermindering ten gunste van sommige personeelsleden in dienst in de gesloten centra van het Ministerie van Binnenlandse Zaken, alsook van sommige personeelsleden die belast zijn met het vervoer van de vreemdelingen of het toezicht in de wachtzaal van de dienst Vreemdelingenzaken.
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen.
Art. 2-6
HOOFDSTUK III. - Bijzondere bepalingen.
Art. 7-9
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
Artikel 1. Kunnen genieten van een arbeidsduurvermindering tot 36 uur per week :
1° de personeelsleden in de gesloten centra van het Ministerie van Binnenlandse Zaken die in vast verband benoemd zijn of aangeworven zijn bij arbeidsovereenkomst die geen vervangingsovereenkomst is, en die titularis zijn van de graden van de niveau B, C en D;
2° de personeelsleden die belast zijn met het vervoer van de vreemdelingen of het toezicht in de wachtzaal van de Dienst Vreemdelingenzaken, die niet aangeworven zijn bij arbeidsovereenkomst die een vervangingsovereenkomst is, en die titularis zijn van de graden van de niveaus B, C en D.
HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen.
Art.2. Het personeelslid dat van de arbeidsduurvermindering tot 36 uur per week wenst te genieten, dient daartoe minstens drie maanden voor de aanvang van de arbeidsduurvermindering via hiërarchische weg een aanvraag in.
Art.3. Het personeelslid dat geniet van dit systeem, behoudt het recht op de volledige jaarlijkse toelage zoals bepaald bij ministerieel besluit van 12 mei 1998 tot toekenning van een toelage aan de personeelsleden tewerkgesteld in de gesloten centra onder het beheer van de Dienst Vreemdelingenzaken en aan de personeelsleden die instaan voor het toezicht in de wachtzaal van de Dienst Vreemdelingenzaken, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 4 september 2001 en 18 oktober 2002, en zoals bepaald bij ministerieel besluit van 18 oktober 2002 tot toekenning van een toelage aan sommige personeelsleden tewerkgesteld in de gesloten centra onder het beheer van de Dienst Vreemdelingenzaken, aan sommige personeelsleden die belast zijn met het vervoer van de vreemdelingen, alsook aan sommige personeelsleden die instaan voor het toezicht in de wachtzaal van de Dienst Vreemdelingenzaken.
Een bijzondere bijdrage van 24,79 euro per maand, gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01, zal worden ingehouden op de brutomaandwedde.
Art.4. Eens het personeelslid voor het systeem van 36 uur per week heeft gekozen, is deze keuze definitief.
Art.5. Het systeem van 36 uur per week wordt evenwel geschorst van zodra het personeelslid hetzij verminderde prestaties, hetzij een ander arbeidsregime in het kader van de arbeidsherverdeling, hetzij loopbaanonderbreking aanvraagt en verkrijgt.
Voor de duur van deze periode wordt het personeelslid geacht zich opnieuw in een referentiesysteem van 38 uur per week te bevinden.
Art.6. Een evaluatie van de toepassing van dit besluit zal gebeuren uiterlijk op 1 januari 2004.
HOOFDSTUK III. - Bijzondere bepalingen.
Art.7. Voor de in vast verband benoemde personeelsleden worden de periodes die niet gepresteerd zijn in dit stelsel van arbeidsduurvermindering gelijkgesteld met periodes van dienstactiviteit.
De contractuele personeelsleden behouden hun pensioenrechten in het kader van dit stelsel van arbeidsduurvermindering op basis van een voltijds arbeidsregime.
Art.8. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2003.
Art. 9. Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Pensoenen zijn, ieder wet hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 5 november 2002.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
A. DUQUESNE
De Minister van Begroting,
J. VANDE LANOTTE
De Minister van Pensioenen,
F. VANDENBROUCKE.