9 FEBRUARI 2001. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het Vlaams personeelsstatuut van 24 november 1993, wat betreft de contractuele betrekking van gewestelijke havencommissaris.
Art. 1-13
Artikel 1. Aan artikel II 28 van het Vlaams personeelsstatuut van 24 november 1993, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000, wordt een § 6 toegevoegd die luidt als volgt :
" § 6. De gewestelijke havencommissaris, bedoeld in artikel XIV 5, § 2, 29°, die tijdelijk afwezig of verhinderd is, wordt ambtshalve vervangen door een ambtenaar die hem ter ondersteuning van zijn controletaak ter beschikking werd gesteld, waarbij de volgende orde van voorrang wordt aangehouden :
1° de ambtenaar met de hoogste rang;
2° bij gelijke rang : diegene met de grootste graadanciënniteit;
3° bij gelijke graadanciënniteit : diegene met de grootste niveauanciënniteit;
4° bij gelijke niveauanciënniteit : diegene met de grootste dienstanciënniteit;
5° bij gelijke dienstanciënniteit : de oudste.
In afwijking op het eerste lid kan de havencommissaris als hij voor minder dan drie dagen afwezig of verhinderd is, zelf in zijn vervanging voorzien en kiezen uit de ambtenaren die hem ter ondersteuning van zijn controletaak ter beschikking werden gesteld. ".
Art.2. In artikel XIV 5 van hetzelfde statuut worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° aan § 2, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 23 december 1993, 26 juni 1996, 14 januari 1997, 28 april 1998, 19 december 1998, 16 maart 1999, 29 juni 1999, 28 januari 2000, 14 april 2000, 8 juni 2000 en 8 september 2000, wordt een 29° toegevoegd, die luidt als volgt : "29° 1 betrekking van gewestelijke havencommissaris";
2° in § 3, tweede lid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 29 juni 1999, worden de woorden "en § 2, 14°, 15° en 23°" vervangen door de woorden "en § 2, 14°, 15°, 23° en 29°".
Art.3. Aan artikel XIV 6 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 12 juni 1995, 26 juni 1996, 14 januari 1997, 19 december 1998, 29 juni 1999 en 8 juni 2000, wordt een § 12 toegevoegd, die luidt als volgt :
" § 12. Voor de selectie van de gewestelijke havencommissaris, vermeld in artikel XIV 5, § 2, 29°, wordt een selectiecommissie samengesteld door de Vlaamse minister, bevoegd voor de Ambtenarenzaken, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het Havenbeleid. ".
Art.4. In artikel XIV 12, eerste lid van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 28 april 1998, 19 december 1998, 28 januari 2000, 8 juni 2000 en 8 september 2000, wordt het eerste lid vervangen door wat volgt :
" Deze proeftijd bedraagt voor een arbeider 14 dagen en voor een bediende 1 maand.
Het contractuele personeelslid dat één van de hierna vermelde betrekkingen uitoefent, maakt evenwel de volgende proeftijd door :
a) de betrekkingen vermeld in artikel XIV 5, § 2, 1° tot en met 14°, 17°, 19° tot en met 22°, 24°, 27° en 28° : 6 maanden;
b) de betrekking vermeld in XIV 5, 29° : 1 jaar. ".
Art.5. In art. XIV 14, derde lid, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 19 december 1998, 8 juni 2000 en 8 september 2000, worden de woorden "artikel XIV 5, § 2, 14°, 22°, 27° en 28°" vervangen door de woorden "artikel XIV 5, § 2, 14°, 22° en 27° tot en met 29°".
Art.6. In Titel 3, hoofdstuk 1, afdeling 3, onderafdeling 2 wordt een artikel XIV 14quinquies toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Artikel XIV 14quinquies. De gewestelijke havencommissaris, vermeld in artikel XIV 5, § 2, 29°, wordt beoordeeld door de Vlaamse regering, op basis van een verslag van een externe evaluatie-instantie die daartoe door haar wordt aangesteld. Ter voorbereiding van dit verslag bevraagt die externe evaluatie-instantie de Vlaamse minister, bevoegd voor het havenbeleid. ".
Art.7. Aan artikel XIV 22, tweede lid, van hetzelfde statuut, ingevoegd bij besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1998 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 8 juni 2000 en 8 september 2000, wordt een d) toegevoegd die luidt als volgt :
" d) gewestelijke havencommissaris, vermeld in artikel XIV 5, § 2, 29°. ".
Art.8. In artikel XIV 41 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 19 december 1998, 29 juni 1999, 8 juni 2000 en 8 september 2000, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in het eerste lid worden de woorden "artikel XIV 5, § 2, 14°, 22°, 23°, 27° en 28°" vervangen door de woorden "artikel XIV 5, § 2, 14°, 22°, 23°, 27°, 28° en 29°";
2° na het zesde lid wordt het volgende lid ingevoegd :
" De beëindiging van de arbeidsovereenkomst met de gewestelijke havencommissaris, bedoeld in artikel XIV 5, § 2, 29°, gebeurt op gezamenlijk voorstel van de Vlaamse minister bevoegd voor het havenbeleid en de Vlaamse minister bevoegd voor de ambtenarenzaken. ".
Art.9. In artikel XIV 44 van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 23 december 1993, 12 juni 1995, 14 januari 1997, 28 april 1998, 29 juni 1999, 28 januari 2000, 14 april 2000 en 8 september 2000, wordt vóór de betrekking van IT-adviseur de volgende betrekking ingevoegd :
" - gewestelijke havencommissaris A311 ".
Art.10. In artikel XIV 51, § 5 van hetzelfde statuut, ingevoegd bij besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1998 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 14 april 2000, 8 juni 2000 en 8 september 2000, worden de woorden "en het hoofd van de entiteit Interne Audit" vervangen door de woorden ", het hoofd van de entiteit Interne Audit en de gewestelijke havencommissaris".
Art.11. In bijlage 15 van hetzelfde statuut wordt het organigram van het departement Leefmilieu en Infrastructuur, laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000, vervangen door het organigram, als bijlage gevoegd bij dit besluit.
Art.12. Dit besluit treedt in werking op de dag van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Art. 13. De Vlaamse minister, bevoegd voor het Havenbeleid en de Vlaamse minister, bevoegd voor de Ambtenarenzaken, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 9 februari 2001.
De minister-president van de Vlaamse regering,
P. DEWAEL
De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie,
S. STEVAERT
De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Sport,
J. SAUWENS.