19 OKTOBER 2000. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot oprichting van de examencommissie voor de bevordering tot het ambt van inspecteur(-trice) voor oude talen in het secundair onderwijs van de Franse Gemeenschap (VERTALING).
Art. 1-3
Artikel 1. Er wordt een examencommissie opgericht voor de bevordering tot het ambt van inspecteur(-trice) voor de oude talen in het secundair onderwijs van de Franse Gemeenschap, hierna "de examencommissie" genoemd, en die als volgt is samengesteld :
1° een ambtenaar-generaal belast met het voorzitterschap;
2° twee ambtenaren, die ten minste de graad van directeur(-trice) bekleden;
3° drie personeelsleden uit het onderwijs van de Franse Gemeenschap, die het ambt van inspecteur(-trice) van oude talen bekleden in het secundair onderwijs of het ambt van inspecteur(-trice)-generaal, onder wie ten minste een inspecteur(-trice) voor een van de volgende vakken : oude talen, Frans, geschiedenis;
4° drie personeelsleden uit het onderwijs van de Franse Gemeenschap aangewezen op de voordracht van de organisaties die de leerkrachten van het net van de Franse Gemeenschap vertegenwoordigen, aangesloten bij vakverenigingen die in de Nationale Arbeidsraad zetelen en die ofwel het ambt van inspecteur(-trice) voor oude talen bekleden ofwel het ambt van inspecteur(-trice) algemene vakken in het secundair onderwijs van de hogere graad en in het hoger niet-universitair onderwijs of het ambt van inspecteur(-trice)-generaal of het ambt van studieprefect(e) of van directeur(-trice).
Voor ieder effectief lid wordt er een plaatsvervanger aangesteld volgens dezelfde criteria als deze van toepassing voor het effectief lid dat het vervangt. Dit plaatsvervangend lid zetelt enkel bij afwezigheid van het effectief lid.
Bedoelde examencommissie laat zich bijstaan door een secretaris gekozen onder de ambtenaren van het Ministerie en die niet stemgerechtigd is.
Art.2. De examencommissie houdt geldig zitting indien ten minste de twee derde van haar leden aanwezig is en voor zover de bijeenroepingen binnen de tien werkdagen werden verzonden. De beslissingen worden bij geheime stemming en bij meerderheid van de uitgebrachte stemmen genomen. Bij staking van stemmen wordt de stemming als gunstig voor de kandidaat beschouwd. De leden van de examencommissie mogen geen beoordeling geven noch aan de beraadslaging deelnemen indien de kandidaat hun echtgeno(o)t(e), of een bloedverwant of een aanverwant is of deze van hun echtgeno(o)t(e) in een lagere graad dan de vijfde.
Art. 3. De Minister tot wiens bevoegdheid de Inspectie van het Onderwijs behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 19 oktober 2000.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
De Minister van Secundair Onderwijs, Kunsten en Letteren,
P. HAZETTE.