Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

14 DECEMBER 2001. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor sommige ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf ressorteren.



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en de werklieden tewerkgesteld in de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf, met uitsluiting van de werkgevers van de ondernemingen die geheel of gedeeltelijk één of meer dagbladen vervaardigen en hun werklieden die belast zijn met de werken waarvan de beroepen vermeld staan in de opsomming en classificatie van de beroepen onder artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 oktober 1995 tot vaststelling van de arbeidsvoorwaarden in de Belgische dagbladen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 juni 1997.

Art.2. Wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat, wordt, in afwijking van de bepalingen van artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, de bij het beëindigen van de voor onbepaalde tijd afgesloten arbeidsovereenkomst voor werklieden, na te leven opzeggingstermijn, vastgesteld op :
  1° vijfendertig dagen wat de werklieden betreft die tussen zes maanden en minder dan vijf jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
  2° tweeënveertig dagen wat de werklieden betreft die tussen vijf en minder dan tien jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
  3° zesenvijftig dagen wat de werklieden betreft die tussen tien en minder dan vijftien jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
  4° vierentachtig dagen wat de werklieden betreft die tussen vijftien en minder dan twintig jaren anciënniteit in de onderneming tellen;
  5° honderd en twaalf dagen wat de werklieden betreft die twintig of meer jaren anciënniteit in de onderneming tellen.

Art.3. In geval van opzegging met het oog op brugpensioen gelden de opzeggingstermijnen zoals bepaald in artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Art.4. De opzeggingen betekend voor de inwerkingtreding van dit besluit blijven al hun gevolgen behouden.

Art.5. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.

Art. 6. Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 14 december 2001.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Werkgelegenheid,
  Mevr. L. ONKELINX.