22 DECEMBER 1999. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het Vlaams personeelsstatuut van 24 november 1993, wat het verlof voor opdracht betreft.
Art. 1-8
Artikel 1. Artikel VI 29 van het Vlaams personeelsstatuut van 24 november 1993 wordt vervangen door wat volgt :
" Art. VI 29. De in artikel VI 27 vermelde personeelsleden kunnen verlof voor opdracht krijgen maar alleen voor het uitoefenen van een ambt bij een ministerieel kabinet of bij een erkende politieke groep ".
Art.2. Aan artikel XI 76 van hetzelfde statuut worden de volgende woorden toegevoegd : " of van de Europese Unie ".
Art.3. In artikel XI 77, § 1, eerste lid, van hetzelfde statuut, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse regering van 12 juni 1995 en 17 december 1997, worden de woorden " in de wetgevende vergaderingen van een federale overheid of van de gemeenschappen en de gewesten " vervangen door de woorden " in de wetgevende vergaderingen van de federale overheid, de gemeenschappen, de gewesten of van de Europese Unie ".
Art.4. In deel XIV, titel 3, hoofdstuk 1, van hetzelfde statuut wordt afdeling 5, bestaande uit artikel XIV 16, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 19 december 1998, opgeheven.
Art.5. In deel XIV, titel 3, hoofdstuk 2, van hetzelfde statuut wordt afdeling 10, bestaande uit artikel XIV 40bis, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 12 juni 1995, vervangen door wat volgt :
" Afdeling 10. Verlof voor opdracht
- Art. XIV 40bis. § 1. Het contractuele personeelslid kan volgens de regeling die geldt voor de ambtenaar verlof voor opdracht krijgen voor het uitoefenen van een ambt bij een ministerieel kabinet of bij een erkende politieke groep.
§ 2. Voor het contractuele personeelslid geldt inzake verlof na het uitoefenen van een ambt bij een ministerieel kabinet dezelfde regeling als voor de ambtenaar. ".
Art.6. Artikel XIV 57bis van hetzelfde statuut, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse regering van 12 juni 1995 en vervangen bij het besluit van de Vlaamse regering van 26 juni 1996, wordt opgeheven.
Art.7. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 13 juli 1999.
Art. 8. De Vlaamse minister, bevoegd voor de Ambtenarenzaken, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 22 december 1999.
De minister-president van de Vlaamse regering,
P. DEWAEL
De Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Sport,
J. SAUWENS