22 MEI 2000. - Besluit van de Regering houdende uitvoering van de artikelen 5 en 8 van het decreet van 20 december 1999 tot wijziging van het decreet van 21 januari 1991 houdende afschaffing en reorganisatie van begrotingsfondsen en tot oprichting van een " Sport-, Freizeit- und Touristikzentrum Worriken " (Sport-, vrijetijds- en toerismecentrum van Worriken), dienst met autonoom beheer (VERTALING).
Art. 1-3
Artikel 1. Met toepassing van artikel 5 van het decreet van 20 december 1999 tot wijziging van het decreet van 21 januari 1991 houdende afschaffing en reorganisatie van begrotingsfondsen en tot oprichting van een " Sport-, Freizeit- und Touristikzentrum Worriken " (Sport-, vrijetijds- en toerismecentrum van Worriken), dienst met autonoom beheer, stelt de Regering het saldo van de ontbonden begrotingsfondsen als volgt vast :
- Fonds voor de bouw van ziekenhuizen en medisch-sociale inrichtingen van de Duitstalige Gemeenschap : 96.836.628 BEF;
- Fonds voor het leerlingenvervoer : 5.076 BEF.
Het bedrag van 96.841.704 BEF wordt op de ontvangstenbegroting van het begrotingsjaar 2000 onder de basisallocatie 08.10 - Middelen voortvloeiend uit de ontbinding van de begrotingsfondsen - ingeschreven.
Art.2. Met toepassing van artikel 8 van het decreet van 20 december 1999 tot wijziging van het decreet van 21 januari 1991 houdende afschaffing en reorganisatie van begrotingsfondsen en tot oprichting van een " Sport-, Freizeit- und Touristikzentrum Worriken " (sport-, vrijetijds- en toerismecentrum van Worriken), dienst met autonoom beheer, stelt de Regering op 12.577.922 BEF de middelen van het Sportfonds van de Duitstalige Gemeenschap vast die wegens hun bestemming het sport-, vrijetijds- en toerismecentrum van Worriken moeten worden toegekend. Deze vormen de eerste ontvangsten van de nieuw opgerichte dienst met autonoom beheer.
Art. 3. De Minister-President, Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport, wordt belast met de uitvoering van dit besluit.
Eupen, 22 mei 2000.
De Minister-President,
Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport,
K.-H. LAMBERTZ
De Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme,
B. GENTGES
De Minister van Jeugd en Gezin, Monumentenzorg, Gezondheid en Sociale Aangelegenheden
H. NIESSEN.