Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

24 AUGUSTUS 2000. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende toepassing van artikel 49 van het decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren, voor het schooljaar 2000-2001 (VERTALING).



Inhoudstafel:


Art. 1-22
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1984010415  1999029116 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op het onderwijs met beperkt leerplan dat verstrekt wordt op basis van 600 lestijden van 50 minuten verdeeld over veertig weken per jaar voor de regelmatige leerlingen ingeschreven voor de studierichtingen die overeenstemmen met de gegroepeerde basisopties van het geactualiseerd repertorium, en dat ingericht is in de zetelinrichtingen van een Centrum voor alternerend onderwijs en vorming of in de meewerkende inrichtingen.

Art.2. De hogere cyclus van het onderwijs met beperkt leerplan ingericht overeenkomstig de bepalingen van artikel 1 wordt hierna " alternerend onderwijs " genoemd.
  Dit onderwijs omvat, enerzijds, de eerste en derde studiejaren van het hoger secundair niveau van het beroepssecundair onderwijs met beperkt leerplan respectief genoemd vijfde beroepsjaar in alternerend onderwijs en zesde beroepsjaar in alternerend onderwijs, en anderzijds, de volgende zevende jaren :
  1° een zevende jaar alternerend technisch kwalificatieonderwijs, met minstens vier lestijden per week besteed aan de algemene opleiding met inbegrip van de persoonlijke en maatschappelijke opleiding, en desnoods de opleiding tot communicatie in een vreemde taal;
  2° een zevende A beroepsjaar alternerend onderwijs;
  3° een zevende B beroepsjaar alternerend onderwijs, met minstens tien lestijden besteed aan de algemene opleiding met inbegrip van de persoonlijke en maatschappelijke opleiding, en desnoods de opleiding tot communicatie in een vreemde taal.

Art.3. Wat de algemene opleiding betreft, met inbegrip van de persoonlijke en maatschappelijke opleiding, worden bedoeld :
  1° in het door de Franse Gemeenschap ingericht onderwijs : de cursussen Frans, geschiedenis en aardrijkskunde;
  2° in het door de Franse Gemeenschap gesubsidieerd onderwijs : de cursussen Frans, actualiteit, menselijke, maatschappelijke en gezinsopleiding en de cursussen menswetenschappen.
  Voor alle inrichtingen wordt ook de cursus wiskunde verplicht telkens dit vak opgelegd is door de gegroepeerde optie met volledig leerplan overeenstemmend met het gekozen opleidingsprofiel in het alternerend onderwijs.
  De doelstelling een gelijk niveau te bereiken impliceert niet dat de cursussen van het onderwijs met volledig leerplan gereproduceerd moeten worden. De cursussen van de algemene opleiding, met inbegrip van de maatschappelijke en persoonlijke opleiding, en de cursussen ter voorbereiding van het uitoefenen van een beroep zullen enkel op een geïntegreerde wijze verstrekt kunnen worden, om de ervaring opgedaan door de jongere in de bedrijfswereld te waarderen.

Art.4. Het zevende jaar alternerend technisch kwalificatieonderwijs en het zevende A beroepsjaar alternerend onderwijs bedoeld bij artikel 2, 1° en 2°, worden bekrachtigd met een kwalificatiegetuigschrift.
  Het zevende B beroepsjaar alternerend onderwijs bedoeld bij artikel 2, 3°, wordt bekrachtigd met een kwalificatiegetuigschrift en met een homologeerbaar hoger secundair onderwijs getuigschrift.

Art.5. Toegelaten wordt de opleidingsprofielen in te richten in de vorm van een alternerend onderwijs mits akkoord van de Minister die belast is met het secundair onderwijs, op voorwaarde dat de keuze binnen de perken van de opties opgenomen in de bijlage bij dit besluit blijft en na advies van de Overlegcomités opgericht bij het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 15 maart 1993.
  De inrichtingen die deze machtiging wensen te bekomen, moeten een dossier indienen bij het bestuur waarin vermeld staan :
  1° de bepalingen die door de inrichting ter uitvoering zullen worden gebracht om het studieniveau te garanderen en om aan de vereiste van artikel 49 van het decreet van 24 juli 1997 te voldoen;
  2° de documenten ter staving van het feit dat de inrichting, wat betreft de betrokken opleiding, contacten heeft opgenomen met de bedrijven die zich bereid hebben verklaard een overeenkomst of een arbeidsovereenkomst te sluiten in het kader van de alternerende opleiding.

Art.6. Mogen toegelaten worden als regelmatige leerlingen in het bij artikel 2 bedoeld zesde beroepsjaar alternerend onderwijs :
  1° de regelmatige leerlingen die het vijfde beroepsjaar alternerend onderwijs in dezelfde studierichting of in een overeenkomende studierichting met vrucht hebben beëindigd;
  2° de regelmatige leerlingen die het vijfde jaar beroepsonderwijs met volledig leerplan in dezelfde studierichting of in een overeenkomende studierichting met vrucht hebben beëindigd;
  3° de regelmatige leerlingen die het vijfde jaar technisch kwalificatieonderwijs in een studierichting hebben beëindigd die overeenstemt met deze van het zesde beroepsjaar alternerend onderwijs;
  4° de regelmatige leerlingen die de hogere cyclus van het secundair onderwijs type II, het vijfde jaar technisch of beroepsonderwijs in een afdeling die overeenkomt met de studierichting van het zesde beroepsjaar alternerend onderwijs met vrucht hebben beëindigd.

Art.7. Onverminderd de bepalingen van artikel 9, kunnen worden toegelaten als regelmatige leerling tot het bij artikel 2 bedoeld zevende jaar alternerend technisch kwalificatieonderwijs :
  1° de regelmatige leerlingen die het zesde jaar technisch secundair onderwijs met volledig leerplan met vrucht hebben beëindigd;
  2° de leerlingen die het zevende jaar B of C beroepssecundair onderwijs met volledig leerplan met vrucht hebben beëindigd;
  3° de leerlingen die het zevende B beroepsjaar alternerend onderwijs met vrucht hebben beëindigd.

Art.8. Onverminderd de bepalingen van artikel 9, kunnen worden toegelaten als regelmatige leerling tot het zevende A beroepsjaar alternerend onderwijs of het bij artikel 2 bedoeld zevende B beroepsjaar alternerend onderwijs :
  1° de regelmatige leerlingen die het zesde beroepsjaar alternerend onderwijs met vrucht hebben beëindigd;
  2° de leerlingen die het zesde jaar secundair onderwijs met volledig leerplan met vrucht hebben beëindigd.

Art.9. Bij het toetreden tot het zevende alternerend technisch kwalificatieonderwijs, het zevende A beroepsjaar alternerend onderwijs en het zevende B beroepsjaar alternerend onderwijs worden uitgesloten de overgangen van een studierichting van het onderwijs met volledig leerplan van type I of II naar een niet-overeenstemmende studierichting van het alternerend onderwijs. Om bijzondere redenen en in individuele gevallen, kan de minister belast met het secundair onderwijs echter afwijken van de voorwaarden van lid 1.

Art.10. Een leerling beëindigt met vrucht het vijfde beroepsjaar alternerend onderwijs als hij in staat wordt geacht zijn studies voort te zetten in het zesde beroepsjaar alternerend onderwijs in dezelfde studierichting of in een overeenstemmende studierichting.
  De leerling die het vijfde beroepsjaar alternerend onderwijs met vrucht beëindigt, krijgt een A-attest waarop gestipuleerd wordt dat de leerling het jaar met vrucht heeft voltooid.

Art.11. Een leerling voltooit het zesde beroepsjaar alternerend onderwijs, het zevende alternerend technisch kwalificatieonderwijs of het zevende A beroepsjaar alternerend onderwijs met vrucht indien hij aan het geheel van de opleiding voor genoemd jaar heeft voldaan en indien hij zijn kwalificatiegetuigschrift heeft behaald.

Art.12. Een leerling voltooit met vrucht het zevende B beroepsjaar alternerend onderwijs indien hij, nadat hij aan het geheel van de opleiding voor het genoemd jaar heeft voldaan en hij zijn kwalificatiegetuigschrift heeft bekomen, in staat wordt geacht zijn studies voort te zetten in minstens één van de hogere onderwijsvormen met volledig leerplan.

Art.13. Het homologeerbaar getuigschrift hoger secundair onderwijs wordt uitgereikt aan de regelmatige leerlingen die het zevende B beroepsjaar alternerend onderwijs met vrucht hebben beëindigd.
  De Commissie voor homologatie, wanneer ze de bij lid 1 bedoelde getuigschriften hoger secundair onderwijs onderzoekt, controleert ook of de toelating tot het vijfde en zesde beroepsjaar alternerend onderwijs regelmatig is.

Art.14. Op het einde van het zesde beroepsjaar alternerend onderwijs, wordt het studiegetuigschrift zesde jaar van het beroepssecundair onderwijs uitgereikt aan de leerlingen die dat jaar met vrucht hebben voltooid.

Art.15. Er wordt een C-richtingsattest uitgereikt aan de leerlingen die de vijfde, zesde en zevende jaren bedoeld bij de artikelen 10, 11 en 12 zonder vrucht hebben beëindigd.

Art.16. Er wordt een schoolbezoekattest uitgereikt aan de leerlingen die het Centrum voor alternerend onderwijs en opleiding verlaten tijdens het schooljaar.

Art.17. Het getuigschrift met betrekking tot de basisvaardigheden inzake beheer wordt uitgereikt op het einde van de studiejaren bedoeld bij de artikelen 6, 7 en 8 aan de leerlingen die aan de vereisten van het programma bedoeld bij artikel 6 van het koninklijk besluit van 21 oktober 1998 tot uitvoering van Hoofdstuk I van Titel II van de programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap hebben voldaan.

Art.18. De inrichtingen die een basisoptie gegroepeerd in het onderwijs met volledig leerplan tot een alternerende opleiding in het kader van dit besluit omvormen, kunnen de schorsing vragen van de optie met volledig leerplan gedurende twee jaar.

Art.19. In de artikelen 17, 18 en 25 van het koninklijk besluit van 29 juni 1984 zoals gewijzigd, worden de woorden " besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 4 januari 1999 " vervangen door de woorden " besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 24 augustus 2000 ".

Art.20. Het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 4 januari 1999 wordt opgeheven.

Art.21. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2000 en neemt een einde op 30 juni 2001.

Art.22. De Minister tot wiens bevoegdheid het Secundair Onderwijs behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 24 augustus 2000.
  Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
  De Minister van Secundair Onderwijs, Kunsten en Letteren,
  P. HAZETTE

BIJLAGE.
Art. N. De opties waarop het besluit van toepassing is :
  Openbare werken en bouwbedrijf
  Timmerwerk
  Bureauwerken
  Verkoop-etalage
  Mechanica-garage
  Voltooiing van het gebouw
  Keuken en restaurant voor collectiviteiten
  Ruwbouw
  Drukkunst
  Installatie centrale verwarming
  Carrosserie
  Tegelbedekking
  Plafonnering
  Dakwerker
  Metaalbouw-laswerk
  Sanitair-verwarming
  Mechanica
  Kappersvak
  Gezins- en maatschappelijk medewerker
  Technicus tekenaar computergestuurde tekening
  Traiteur en banketinrichter
  Veeteelt en rijkunst
  Elektriciteit
  Industriële elektriciteit
  Elektriciteit : industriële uitrustingen
  Hotelwezen-restaurantbedrijf
  Industriële mechanica
  Grafische kunsten
  Mechanica : montage onderhoud
  Behoud van de industriële geautomatiseerde systemen
  Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 24 augustus 2000 houdende toepassing van artikel 49 van het decreet van 24 juli 1997 dat de prioritaire taken bepaalt van het basisonderwijs en van het secundair onderwijs en de structuren organiseert die het mogelijk maken ze uit te voeren, voor het schooljaar 2000-2001.
  Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
  De Minister van Secundair Onderwijs, Kunsten en Letteren,
  P. HAZETTE.