Details





Titel:

15 OKTOBER 1999. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorwaarden, procedure en duur van de erkenning van levensbeschouwelijke [...] en sociaal-economische verenigingen voor het verzorgen van radio- en/of televisieprogramma's op de Vlaamse Radio- en Televisie-omroep. (BVR 2002-02-01/40, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 11-11-1999 en tekstbijwerking tot 07-10-2010)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Erkenningsvoorwaarden.
Art. 1-3
HOOFDSTUK II. - Procedure tot erkenning.
Art. 4-7
HOOFDSTUK III. - Duur van de erkenning.
Art. 8-9
HOOFDSTUK IV. - Overgangsbepaling.
Art. 10
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art. 11-12



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1991036629  1995122150 



Uitvoeringsbesluit(en):

2002035334  2010035723  2010203728 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Erkenningsvoorwaarden.
Artikel 1.[1 Voor het verzorgen van televisieprogramma's erkent de Vlaamse Regering, in overeenstemming met de voorwaarden van artikel 35 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende de radio-omroep en televisie en in overeenstemming met de in dit besluit vastgelegde voorwaarden, de levensbeschouwelijke verenigingen die overeenstemmen met de representatieve levensbeschouwelijke stromingen in Vlaanderen, met dien verstande dat ten hoogste één levensbeschouwelijke vereniging wordt erkend per representatieve levensbeschouwelijke stroming.
   De Vlaamse Regering erkent de levensbeschouwelijke verenigingen rekening houdend met het verzoek, vermeld in artikel 6.
   Onder representatieve levensbeschouwelijke stromingen in Vlaanderen worden verstaan :
   1° de door de federale overheid erkende erediensten
   2° de door de federale overheid erkende organisaties die morele diensten aanbieden op basis van een niet-confessionele levensbeschouwing.]1
  ----------
  (1)<BVR 2010-09-17/09, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 07-10-2010>

Art.2.[1 Voor het verzorgen van radioprogramma's erkent de Vlaamse Regering in overeenstemming met de voorwaarden van artikel 36 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende radio-omroep en televisie en de in dit besluit vastgelegde voorwaarden, en nadat de gedelegeerd bestuurder van de VRT daarover een gemotiveerde uitspraak heeft gedaan :
   1° de levensbeschouwelijke verenigingen die overeenstemmen met de representatieve levensbeschouwelijke stromingen in Vlaanderen, met dien verstande dat ten hoogste één levensbeschouwelijke vereniging wordt erkend per representatieve levensbeschouwelijke stroming.
   De Vlaamse Regering erkent de levensbeschouwelijke verenigingen rekening houdend met het verzoek, vermeld in artikel 7.
   Onder representatieve levensbeschouwelijke stromingen in Vlaanderen worden verstaan :
   a) de door de federale overheid erkende erediensten;
   b) de door de federale overheid erkende organisaties die morele diensten aanbieden op basis van een niet-confessionele levensbeschouwing;
   2° de sociaal-economische verenigingen, met dien verstande dat één vereniging erkend wordt voor elke organisatie die vertegenwoordigd is in de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen;
   3° een organisatie die de belangen van de gezinnen behartigt in Vlaanderen en Brussel, los van religieuze, ideologische of politieke opvattingen. Deze organisatie moet minstens 200.000 leden-gezinnen tellen.]1
  ----------
  (1)<BVR 2010-09-17/09, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 07-10-2010>

Art.3.§ 1. De erkende levensbeschouwelijke (...) en andere verenigingen verzorgen televisie- en/of radioprogramma's die rechtstreeks zijn afgestemd op het verschaffen van opiniëring respectievelijk vanuit representatieve levensbeschouwelijke stromingen (...) of sociale, economische, culturele en maatschappelijke stromingen. <BVR 2002-02-01/40, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  § 2. De uitzendingen dienen te worden voorafgegaan door een duidelijke herkenning van de vereniging die in geen geval mag verwijzen naar een andere vereniging erkend voor het verzorgen van radio- en/of televisieprogramma's of een erkende omroep.
  [1 § 3. De uitzendingen dienen te worden verzorgd in het Nederlands.]1
  ----------
  (1)<BVR 2010-09-17/09, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 07-10-2010>

HOOFDSTUK II. - Procedure tot erkenning.
Art.4. De Vlaamse Minister, bevoegd voor het Mediabeleid, publiceert in het Belgisch Staatsblad een oproep tot erkenning van verenigingen voor het verzorgen van radio- of televisieprogramma's. Deze oproep vermeldt de modaliteiten en de termijnen waarbinnen het verzoek tot erkenning moet worden ingediend.

Art.5. Het verzoek tot erkenning moet binnen dertig dagen na de publicatiedatum van de oproep per aangetekend schrijven worden ingediend bij de Vlaamse Minister, bevoegd voor het Mediabeleid. Het verzoek moet ondertekend zijn door de personen die bevoegd zijn om de vereniging te vertegenwoordigen. Het verzoek dient opgesteld te zijn in het Nederlands.

Art.6.Het verzoek tot erkenning voor het verzorgen van televisieprogramma's van de verenigingen bedoeld onder artikel 1 van dit besluit omvat de statuten van de vereniging zoals ze, in voorkomend geval, zijn verschenen in het Belgisch Staatsblad.
  [1 Het verzoek tot erkenning bevat daarnaast :
   1° een toelichting over de representativiteit van de vereniging voor de betrokken levensbeschouwelijke stroming;
   2° een inhoudelijke visie op de aard van invulling van de televisie-uitzendingen;
   3° een toelichting over het beoogde doelpubliek en de doelstellingen die de vereniging met de televisie-uitzendingen wil bereiken;
   4° een toelichting over de strategie die zal worden ingezet om de kwaliteit van de televisie-uitzendingen te maximaliseren.]1
  ----------
  (1)<BVR 2010-09-17/09, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 07-10-2010>

Art.7.Het verzoek tot erkenning voor het verzorgen van radioprogramma's van de verenigingen bedoeld in artikel 2 van dit besluit omvat de statuten van de vereniging zoals ze, in voorkomend geval, zijn verschenen in het Belgisch Staatsblad.
  [1 Het verzoek tot erkenning van de levensbeschouwelijke verenigingen bevat daarnaast :
   1° een toelichting over de representativiteit van de vereniging voor de betrokken levensbeschouwelijke stroming;
   2° een inhoudelijke visie op de aard van de invulling van de radio-uitzendingen;
   3° een toelichting over het beoogde doelpubliek en de doelstellingen die de vereniging met de radio-uitzendingen wil bereiken;
   4° een toelichting over de strategie die zal worden ingezet om de kwaliteit van de radio-uitzendingen te maximaliseren.]1
  ----------
  (1)<BVR 2010-09-17/09, art. 5, 004; Inwerkingtreding : 07-10-2010>

HOOFDSTUK III. - Duur van de erkenning.
Art.8.[1 De verenigingen worden erkend voor een periode van 5 jaar.]1
  ----------
  (1)<BVR 2010-09-17/09, art. 6, 004; Inwerkingtreding : 07-10-2010>

Art.9. Indien een erkende vereniging wenst af te zien van haar erkenning, wordt dat per aangetekend schrijven aan de Vlaamse Minister, bevoegd voor het Mediabeleid, meegedeeld.

HOOFDSTUK IV. - Overgangsbepaling.
Art.10.[1 De erkenningen op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit besluit worden verlengd tot 31 december 2010.]1
  ----------
  (1)<BVR 2010-06-25/14, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 31-12-2009>

HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art.11. Opgeheven worden zodra de nieuwe erkenningen zijn gebeurd overeenkomstig de artikelen 1, 2 en 9 van dit besluit :
  1° het besluit van de Vlaamse Regering van 31 juli 1991 houdende de regels volgens welke derden kunnen worden gemachtigd om radioprogramma's te verzorgen;
  2° het besluit van de Vlaamse Regering van 21 december 1995 betreffende de erkenning van niet-commerciële verenigingen en stichtingen die uitsluitend tot doel hebben televisieprogramma's uit te zenden die rechtstreeks zijn afgestemd op het verschaffen van opiniëring vanuit representatieve sociale, economische, culturele, maatschappelijke en levensbeschouwelijke stromingen.

Art. 12. De Vlaams Minister, bevoegd voor het Mediabeleid, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 15 oktober 1999.
  De Minister-President van de Vlaamse Regering,
  P. DEWAEL
  De Vlaamse Minister van Economie, Ruimtelijke Ordening en Media,
  D. VAN MECHELEN