1 JUNI 1999. - Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van de gebieden waar daadwerkelijk het gewone loodsen, loodsen op afstand en verkeersbegeleiding wordt verstrekt.
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied.
Art. 2-4
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art. 5
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder decreet : het decreet van 19 april 1995 betreffende de organisatie en de werking van de Loodsdienst van het Vlaamse Gewest en het brevet van havenloods.
HOOFDSTUK II. - Toepassingsgebied.
Art.2. Het gewone loodsen van vaartuigen zoals bedoeld in artikel 2, 4°, van het decreet wordt daadwerkelijk verstrekt door de Loodsdienst van het Vlaamse Gewest op volgende wateren :
1° de Belgische territoriale zee, in westelijke richting uitgebreid tot de rede van Duinkerke, en in oostelijke richting tot de rede van Vlissingen;
2° de Scheldemonden van de rede van Vlissingen tot de kruisstations van de loodsboten in zee;
3° de vaarwateren tussen de kruisstations van de loodsboten tot de kusthavens;
4° de Schelde stroomafwaarts Antwerpen tot de rede van Vlissingen;
5° de rede van Antwerpen;
6° de Schelde stroomopwaarts Antwerpen tot Temse;
7° vanaf de monding van de Rupel tot in de sluis van Wintam;
8° het zeekanaal van Gent naar Terneuzen, de Moervaart, en de op deze wateren aansluitende en door de stad Gent beheerde dokken en darsen;
9° de tijhavens van Oostende, Zeebrugge en Nieuwpoort en de wateren tussen deze havens en de aanpalende reden;
10° de toegangsgeulen van de op de voormelde wateren aansluitende keer- en schutsluizen.
Art.3. Het loodsen op afstand, zoals bedoeld in artikel 2, 5°, van het decreet wordt daadwerkelijk verstrekt door de Loodsdienst van het Vlaamse Gewest op volgende wateren :
1° de Belgische territoriale zee tussen de kruisstations van de loodsboten en de rede van Zeebrugge;
2° de Belgische territoriale zee tussen de kruisstations van de loodsboten en de rede van Vlissingen.
Art.4. Verkeersbegeleiding zoals bedoeld in artikel 2, 8° van het decreet wordt verstrekt in volgende wateren :
1° de territoriale zee en de aanpalende zones, zoals vermeld in het Verdrag van 1972 inzake de internationale bepalingen ter voorkoming van aanvaringen op zee;
2° de monding van de Westerschelde;
3° de Westerschelde;
4° de Schelde vanaf de Belgisch-Nederlandse grens tot Temse.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art. 5. De Vlaamse Minister, bevoegd voor het Vervoer, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 1 juni 1999.
De Minister-President van de Vlaamse Regering,
L. VAN DEN BRANDE
De Vlaamse Minister van Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke Ordening,
S. STEVAERT