Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

16 JUNI 1999. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de organisatie en de werking van de commissies voor de evaluatiemiddelen in het basisonderwijs en in het secundair onderwijs en de verspreiding van de evaluatiemiddelen. (NOTA : raadpleging van vroegere versies vanaf 22-09-1999 en tekstbijwerking tot 26-06-2003)



Inhoudstafel:


Art. 1-14



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2003029206 



Artikels:

Artikel 1. De commissie voor de evaluatiemiddelen betreffende de basisvaardigheden, de commissie voor de evaluatiemiddelen voor de algemene en technische humaniora, de commissie voor de evaluatiemiddelen voor de beroeps- en technische humaniora ingesteld bij het Algemeen Bestuur Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, Algemene Dienst Algemene Zaken, Onderzoek inzake onderwijs en Sturing van het onderwijs tussen de netten.

Art.2. Wanneer de commissie voor de evaluatiemiddelen betreffende de basisvaardigheden per niveau opgesplitst wordt, zijn beide subcommissie als volgt samengesteld :
  1° de subcommissie voor de evaluatiemiddelen voor het basisonderwijs bestaat uit acht leden aangewezen door de Minister op de voordracht van de Algemene Raad voor het basisonderwijs, de vertegenwoordiger(s) van de inspectie van het basisonderwijs en de afgevaardigde van het bestuur;
  2° de subcommissie voor de evaluatiemiddelen voor de eerste graad van het secundair onderwijs bestaat uit acht leden aangewezen op de voordracht van de Algemene Overlegraad voor het secundair onderwijs, de vertegenwoordiger(s) van de inspectie van het secundair onderwijs en de afgevaardigde van het bestuur.

Art.3. De commissies en de subcommissies voor de evaluatiemiddelen kunnen in hun midden werkgroepen oprichten en deskundigen uitnodigen om eraan deel te nemen. De werkgroepen brengen verslag uit aan de commissie of aan de subcommissie voor de programma's waaruit zij voortgekomen zijn.

Art.4. Het lid van de commissie dat een lid vervangt dat met zijn activiteiten stopt, voleindigt het mandaat van zijn voorganger.

Art.5. <BFG 2003-01-23/51, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 06-07-2003> Het secretariaat van de commissies en de ondercommissies en van hun werkgroepen wordt verzekerd door de personeelsleden van de Algemene Dienst van de Algemene Aangelegenheden, het Onderzoek inzake opvoeding en de Sturing van het onderwijs of door opdrachtgelastigden bedoeld bij artikel 1 van het besluit van ... (Justel past bij : 23 januari 2003) van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de organisatie en de werking van de Sturingscommissie opgericht bij het decreet van 27 maart 2002 betreffende de sturing van het onderwijssysteem van de Franse Gemeenschap.

Art.6. De commissies en de subcommissies worden door de voorzitter samengeroepen, het zij op hun initiatief, hetzij op het verzoek van ten minste een derde van de leden.
  De oproepingsbrieven worden tien werkdagen vóór de datum van de vergadering naar de leden gezonden. De agenda wordt erin vermeld.
  De commissies en de subcommissies kunnen alleen over de punten van de agenda beraadslagen en beslissen.
  De commissies en de subcommissies beraadslagen en beslissen geldig ongeacht het aantal aanwezige leden.

Art.7. De notulen van de vergaderingen worden naar de betrokken leden van de commissies of de subcommissies gestuurd en naar de leden van het bureau van (de Sturingscommissie opgericht bij het decreet van 27 maart 2002 betreffende de sturing van het onderwijssysteem van de Franse Gemeenschap). <BFG 2003-01-23/51, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 06-07-2003>

Art.8. De (commissie voor de evaluatiemiddelen) kunnen gezamenlijk een huishoudelijk reglement opmaken dat zij ter goedkeuring aan (de Sturingscommissie) voorleggen. <BFG 2003-01-23/51, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 06-07-2003>

Art.9. De vergaderingen van de commissies en de subcommissies hebben plaats in de lokalen van het Ministerie van de Franse Gemeenschap.

Art.10. De commissies kunnen hun werkzaamheden baseren op voorstellen van gestandardiseerde tests die opgemaakt werden :
  1° in het kader van opzoekingen op onderwijsvlak, gesubsidieerd door de Minister van de Franse Gemeenschap; (...) <BFG 2003-01-23/51, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 06-07-2003>
  2° door de pedagogische diensten van de Franse Gemeenschap en de inrichtende machten.

Art.11. De commissie stellen elk jaar tegen 30 juni een activiteitenverslag op waarin de werkvooruitzichten voor het volgend jaar opgenomen zijn.
  De commissie voor de evaluatiemiddelen betreffende de basisvaardigdheden deelt haar verslag aan de centrale begeleidingscommissies mede.
  De commissie voor de evaluatiemiddelen voor de algemene en technische humaniora en de commissie voor de evaluatiemiddelen voor de beroeps- en technische humaniora zenden hun verslag naar de centrale begeleidingscommissie van het secundair onderwijs.

Art.12. Wanneer zij aan de vergaderingen van de commissies en de subcommissies of van hun werkgroepen deelnemen, worden de leden als in dienstactiviteit beschouwd voor zover die administratieve stand op hen kan toegepast worden.
  De leden van de commissies en de deskundigen krijgen hun reis- en verblijfkosten terugbetaald onder dezelfde voorwaarden als de ambtenaren van rang 12 van de diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap.

Art.13. De Algemene Dienst Algemene Zaken, Onderzoek inzake Onderwijs en Sturing van het Onderwijs tussen de netten verspreidt reeksen van gestandardiseerde tests via de pedagogische site die hij op het net Internet ontwikkelt.

Art. 14. De Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 16 juni 1999.
  Voor de Regering van de Franse Gemeenschap;
  De Minister-Voorzitster, belast met het Onderwijs,
  Mevr. L. ONKELINX