1 JUNI 1999. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot oprichting van de Examencommissie om tot het ambt van inspecteur algemene vakken (specialiteit : geschiedenis) in het hoger secundair onderwijs en in het niet universitair hoger onderwijs van de Franse Gemeenschap te kunnen bevorderen (VERTALING).
Art. 1-4
Artikel 1. § 1. Er wordt een Examencommissie voor bevordering opgericht voor de kandidaten voor het ambt van inspecteur algemene vakken (specialiteit : geschiedenis) in het hoger secundair onderwijs en in het niet universitaire hoger onderwijs van de Franse Gemeenschap, hierna " de Examencommissie " genoemd.
§ 2. De Examencommissie is als volgt samengesteld :
een Ambtenaar-generaal die het voorzitterschap waarneemt;
twee ambtenaren, titularis van ten minste de graad van directeur;
drie personeelsleden van het onderwijs van de Franse Gemeenschap, titularis van hetzelfde ambt van inspecteur algemene vakken in het hoger secundair onderwijs en in het niet universitair hoger onderwijs of van het ambt van inspecteur-generaal, onder wie ten minste een inspecteur voor een van de volgende vakken : Frans, geschiedenis, oude talen;
drie personeelsleden van het onderwijs van de Franse Gemeenschap, gekozen op de voordracht van de vakverenigingen vertegenwoordigd in het Sectorcomité IX en titularis ofwel van het ambt van inspecteur algemene vakken in het hoger secundair onderwijs en in het niet universitair hoger onderwijs, ofwel van het ambt van inspecteur-generaal of van studieprefect of van directeur in het secundair onderwijs of van directeur van het lager secundair onderwijs van de Franse Gemeenschap.
Voor ieder effectief lid wordt er volgens dezelfde criteria een plaatsvervangend lid aangeduid dat slechts zetelt bij afwezigheid van het effectief lid dat hij vervangt.
§ 3. De Examencommissie wordt bijgestaan door een secretaris, gekozen tussen de ambtenaren van het Ministerie van de Franse Gemeenschap. De secretaris heeft geen medebeslissende stem.
Art.2. De Examencommissie houdt geldig zitting indien ten minsten twee derde van haar leden aanwezig is en voor zover dat de oproepingen binnen de tien werkdagen werden opgezonden.
Art.3. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het werd ondertekend.
Art. 4. De Minister tot wiens bevoegdheid het Statuut van de personeelsleden van het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap behoort is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 1 juni 1999.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
De Minister-Voorzitster, belast met het Onderwijs, de Audiovisuele Sector, de Hulpverlening aan de Jeugd, het Kinderwelzijn en de Gezondheidspromotie,
Mevr. L. ONKELINX
De Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek, Sport en Internationale Betrekkingen,
W. ANCION
De Minister van Begroting, Financiën, Ambtenarenzaken en Onderwijs voor Sociale Promotie,
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE