23 APRIL 1999. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de verspreiding van de pedagogische werkmiddelen (VERTALING). (NOTA : raadpleging van vroegere versies vanaf 11-06-1999 en tekstbijwerking tot 26-06-2003)
Art. 1-8
Artikel 1. De pedagogische diensten van de Franse Gemeenschap en deze van de verschillende inrichtende machten voor het gesubsidieerd onderwijs bezorgen respectievelijk aan de algemene Dienst voor Pedagogische Aangelegenheden, voor vorsing inzake pedagogie en voor begeleiding van het onderwijs van de Franse Gemeenschap alsook aan de organen ter vertegenwoordiging en coördinatie van de inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs de pedagogische werkmiddelen die zij produceren en waarvan de auteurs de reproductierechten aan de Franse Gemeenschap hebben afgestaan.
Voor de toepassing van dit artikel, worden de onderwijsinrichtingen, de psycho-medische-sociale centra, de instellingen die zorgen voor de vorming van de leraars tijdens hun loopbaan georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap evenals de diensten voor universitaire vorsing waarvan de producties nuttig zijn voor het onderwijs, als pedagogische diensten beschouwd.
Art.2. De algemene Dienst voor Pedagogische Aangelegenheden, voor vorsing inzake pedagogie en voor sturing van het onderwijs van de Franse Gemeenschap en de organen ter vertegenwoordiging en coördinatie van de inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs bezorgen de pedagogische werkmiddelen aan de algemene Dienst voor Algemene Zaken, voor vorsing inzake onderwijs en voor begeleiding van het onderwijs.
De algemene Dienst voor Algemene Zaken, voor vorsing inzake onderwijs en voor begeleiding van het onderwijs vermenigvuldigt die pedagogische werkmiddelen en verspreidt ze :
- aan de organen ter vertegenwoordiging en coördinatie van de inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs;
- aan de algemene Dienst voor Pedagogische Aangelegenheden, voor vorsing inzake pedagogie en voor begeleiding van het onderwijs van de Franse Gemeenschap.
De pedagogische werkmiddelen ontworpen in het kader van de vorsingen inzake onderwijs, gesubsidieerd door het Ministerie van de Franse Gemeenschap kunnen eveneens volgens dezelfde nadere regels worden verspreid.
Art.3. De administrateur-generaal of zijn afgevaardigde neemt het voorzitterschap waar van een Begeleidingscomité voor de verspreiding van de pedagogische werkmiddelen dat bestaat uit drie vertegenwoordigers van het basisonderwijs, vier vertegenwoordigers van het secundair onderwijs, aangesteld op de voordracht van (de Sturingscommissie opgericht bij het decreet van 27 maart 2002 betreffende de sturing van het onderwijssysteem van de Franse Gemeenschap), en de adjunct-directeur-generaal van de algemene Dienst voor Algemene Zaken, voor vorsing inzake opleiding en voor sturing van het onderwijs. <BFG 2003-01-23/51, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 06-07-2003>
Het Comité stelt algemene oriëntaties voor inzake verspreiding van de pedagogische werkmiddelen. Het brengt zijn advies uit wanneer de algemene Dienst voor Algemene Zaken, voor vorsing inzake opleiding en voor begeleiding van het onderwijs voorbehoud aantekent over de verspreiding van een pedagogisch werkmiddel. Het Comité neemt zijn beslissingen bij meerderheid van de 3/4 van de aanwezige leden.
Het Comité kan een beroep doen op deskundigen. Naargelang van de behandelde materies woont een inspecteur van het basisonderwijs of een inspecteur van het secundair onderwijs met raadgevende stem de vergaderingen van het Comité bij.
Art.4. De algemene Dienst voor Algemene Zaken, voor vorsing inzake opvoeding en voor sturing van het onderwijs verspreidt eveneens de pedagogische werkmiddelen in virtuele vorm. Daartoe ontwikkelt hij een pedagogische site op Internet. De onderwijsinrichtingen georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap kunnen die pedagogische werkmiddelen gebruiken die vrij geraadpleegd, gereproduceerd en op televisie opgeroepen kunnen worden.
Om de uitbreiding van de pedagogische site te verzekeren stelt de Regering van de Franse Gemeenschap twee opdrachtgelastigden ter beschikking van de algemene Dienst voor Algemene Zaken, voor vorsing inzake opvoeding en voor sturing van het onderwijs, die gehaald worden uit het globaal volume dat vastgesteld is overeenkomstig artikel 5 van het decreet van 24 juni 1996 houdende regeling van de opdrachten, de verloven voor opdracht en de indisponibiliteitstelling voor buitengewone opdracht in het onderwijs ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap.
Art.5. De algemene Dienst voor Algemene Zaken, voor vorsing inzake opvoeding en voor begeleiding van het onderwijs kan, binnen de perken van de begrotingsmiddelen, de pedagogische werkmiddelen op andere dragers verspreiden naar :
- de inrichtende machten van het gesubsidieerd onderwijs;
- de inrichtingen van het onderwijs georganiseerd of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap;
- de vakverenigingen;
- de federaties van ouderverenigingen.
Art.6. Op 1 augustus van elk jaar bezorgt de algemene Dienst voor Algemene Zaken, voor vorsing inzake opvoeding en voor begeleiding van het onderwijs aan de bevoegde Minister en aan de leden van (de Sturingscommissie) een verslag over de verspreiding van de pedagogische werkmiddelen, waarin begrepen de lijst van de werkmiddelen die tijdens het vorig schooljaar werden verspreid. <BFG 2003-01-23/51, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 06-07-2003>
Art.7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 8. De Minister tot wiens bevoegdheid het Onderwijs behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 23 april 1999.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
De Minister-Voorzitster, belast met het Onderwijs,
Mevr. L. ONKELINX