Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

23 NOVEMBER 1998. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot instelling van een raad van beroep voor het gesubsidieerd officieel niet-universitair hoger onderwijs (VERTALING). - (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 08-04-1999 en tekstbijwerking tot 12-12-2001.)



Inhoudstafel:


Art. 1-9



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1995029407 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Er wordt een raad van beroep voor het gesubsidieerd officieel niet-universitair hoger onderwijs ingesteld, hierna "de raad van beroep" genoemd.

Art.2. De raad van beroep is als volgt samengesteld :
  1° vijf effectieve leden en tien plaatsvervangende leden die de inrichtende machten in het gesubsidieerd officieel niet-universitair hoger onderwijs vertegenwoordigen;
  2° vijf effectieve leden en tien plaatsvervangende leden die de representatieve organisaties van de personeelsleden in het gesubsidieerd officieel niet-universitair hoger onderwijs vertegenwoordigen;
  3° een voorzitter en twee plaatsvervangende voorzitters gekozen onder de werkende of gepensioneerde magistraten;
  4° een secretaris en twee adjunct-secretarissen, aangesteld onder de ambtenaren van de betrokken algemene directie voor het onderwijs.

Art.3. De leden van de raad van beroep worden voor vier jaar benoemd.
  Het mandaat van de leden loopt ten einde :
  1° bij ontslagneming;
  2° wanneer de organisatie die het betrokken lid heeft voorgedragen om zijn vervanging verzoekt;
  3° in geval van overlijden.
  Ieder lid waarvan het mandaat ten einde loopt wordt vervangen binnen de volgende drie maanden. De vervanger voleindigt het mandaat van zijn voorganger.

Art.4. § 1. Voor elke vernieuwing van de raad van beroep onderhandelen de verantwoordelijken van de organisaties waarvan sprake over de verdeling van de mandaten die toekomen aan de representatieve organisaties van de personeelsleden.
  Een mandaat is evenwel toegekend aan elke organisatie.
  § 2. In afwijking van artikel 4 worden de mandaten toegewezen aan de representatieve organisaties van de personeelsleden als volgt verdeeld ter gelegenheid van de eerste aanstelling :
  - Algemene Centrale voor de Openbare Diensten : 3 mandaten;
  - Federatie van de Christelijke Vakbonden van de Openbare Diensten : 1 mandaat;
  - Vrij Syndicaat van het Openbaar ambt : 1 mandaat.

Art.5. Er wordt aan de voorzitter en de plaatsvervangende voorzitters van de raad van beroep een vergoeding van (50 euros) verleend per vergadering waaraan zij deelnemen alsook de terugbetaling van hun reiskosten ter waarde van een vervoerbiljet per spoorweg in eerste klasse. <BFG 2001-11-08/51, art. 126, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2002>
  De leden van de raad van beroep bedoeld bij artikel 3, 1° en 2° krijgen de terugbetaling van hun reiskosten ter waarde van een vervoerbiljet per spoorweg in eerste klasse.

Art.6. De personeelsleden die zitting hebben in de paritaire commissie zijn in dienstactiviteit.

Art.7. Artikel 1 van het besluit van 19 mei 1995 van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de raden van beroep in het gesubsidieerd officieel onderwijs wordt aangevuld met een lid twee, luidend als volgt :
  "De raad van beroep bedoeld bij lid 1, 3° heeft geen bevoegdheid over de inrichtende machten en de personeelsleden onderworpen aan het decreet van 24 juli 1997 dat het statuut bepaalt van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel van de hogescholen ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap.".

Art.8. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9. De Minister-Voorzitster, tot wier bevoegdheid het statuut van de personeelsleden van het onderwijs behoort, en de Minister tot wiens bevoegdheid het hoger onderwijs behoort, zijn belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 23 november 1998.
  Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
  De Minister-Voorzitster, belast met het Onderwijs, de Audiovisuele Sector, de Hulpverlening aan de Jeugd, het Kinderwelzijn en de Gezondheidspromotie,
  Mevr. L. ONKELINX
  De Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk Onderzoek, Sport en Internationale Betrekkingen,
  W. ANCION