Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

20 MEI 1999. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de leegstandbestrijding (VERTALING).



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Leegstaande woning.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Beheersmandaat.
Art. 2-6
HOOFDSTUK III. - Beheer in het kader van de gerechtelijke procedure.
Art. 7-8
HOOFDSTUK IV. - Bepalingen betreffende het toezicht op de vastgoedbeheerders.
Art. 9-13
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Leegstaande woning.
Artikel 1. Voor de toepassing van artikel 80, tweede lid, 3°, van de Waalse Huisvestingscode wordt het minimumverbruik vastgesteld als volgt :
  1° het waterverbruik wordt vastgesteld op vijf m3;
  2° het elektriciteitsverbruik wordt vastgesteld op 10 Kwu.

HOOFDSTUK II. - Beheersmandaat.
Art.2. In het door de vastgoedbeheerder en de dragers van zakelijke rechten gesloten beheersmandaat wordt bepaald dat deze laatsten de vastgoedbeheerder machtigen om een woning overeenkomstig de bedingen van het bijgevoegde model van het beheersmandaat te beheren en besturen, inzonderheid om :
  1° vóór de bewoning ervan alle renovatie- en herstructureringswerken uit te voeren of te laten uitvoeren, met het oog op de gezondheid van de woning overeenkomstig bijlage 1 van het besluit van de Waalse Regering van 11 februari 1999 waarbij de gezondheidsnormen, de verbeterbaarheid van de woningen alsmede de minimumnormen voor de toekenning van subsidies worden bepaald.
  Indien deze werken evenwel in aanmerking komen voor een gewestelijke subsidie is bijlage 2 van het in het eerste lid bedoelde besluit van toepassing;
  2° de andere werken uit te voeren of te laten uitvoeren zoals bepaald in het mandaatscontract of de bijlage hiervan.

Art.3. Een tegensprekelijke plaatsbeschrijving vóór en na de uitvoering van de in artikel 3 bedoelde werken wordt op initiatief van de vastgoedbeheerder en op gezamenlijke kosten opgesteld.

Art.4. In het contract of de bijlage hiervan worden de termijnen voor de uitvoering van de werken ter informatie vermeld.
  In een bij het mandaatscontract gevoegde overeenkomst wordt ofwel de lijst van de te raadplegen aannemers vermeld, ofwel de wijze waarop de aannemers geraadpleegd moeten worden, wanneer de werken niet door de vastgoedbeheerder uitgevoerd kunnen worden.

Art.5. De beheerskosten ten laste van de dragers van zakelijke rechten bedragen acht procent van de opeisbare huurgelden. Zij worden in geval van huurvacuüm tot vier procent teruggebracht.
  De kosten dienen betaald te worden op de jaardatum waarop het mandaatscontract getekend is.

Art.6. In het mandaatscontract wordt de duur ervan bepaald rekening houdende met de kosten en de omvang van de werken die nodig zijn om de woning gezond te maken.
  De partijen komen overeen omtrent de wijze waarop de kosten van de werken en de door de vastgoedbeheerder gedragen kosten terugbetaald moeten worden, tijdens de uitvoering van het mandaatscontract of na het verstrijken van het mandaatscontract.

HOOFDSTUK III. - Beheer in het kader van de gerechtelijke procedure.
Art.7. Vóór het betrekken van de woning voert de vastgoedbeheerder alle renovatie- en herstructureringswerken uit of laat ze uitvoeren, met het oog op de gezondheid van de woning overeenkomstig bijlage 1 van het besluit van de Waalse Regering van 11 februari 1999 waarbij de gezondheidsnormen, de verbeterbaarheid van de woningen alsmede de minimumnormen voor de toekenning van subsidies worden bepaald.
  Indien deze werken evenwel in aanmerking komen voor subsidies van het Gewest zijn de normen bedoeld in bijlage 2 van het in het eerste lid bedoelde besluit van toepassing.

Art.8. Voor de toepassing van de bepalingen van artikel 85, 2de lid, 2° tot en met 4° :
  1° zijn de " Société wallonne du Logement " en de openbare huisvestingsmaatschappij onderworpen aan de bepalingen die aangenomen zijn krachtens artikel 94, § 1, tweede lid, van de Waalse Huisvestingscode;
  2° moeten de andere vastgoedbeheerders :
  a) gezinnen in een precaire toestand als huurders aannemen in de zin van artikel 1, 4°, van het besluit van de Waalse Regering van 17 maart 1999 houdende erkenning van agentschappen voor sociale huisvesting;
  b) hun objectieve regels vaststellen voor de wijze van berekening van de toe te passen huurgelden.

HOOFDSTUK IV. - Bepalingen betreffende het toezicht op de vastgoedbeheerders.
Art.9. Wanneer een vastgoedbeheerder één of verscheidene woningen beheert of verhuurt krachtens de artikelen 80 of 83 van de Waalse Huisvestingscode, legt hij een financieel verslag voor aan de dragers van zakelijke rechten onder de voorwaarden gesteld in artikel 83, § 5, van de Waalse Huisvestingscode.
  In het financieel verslag staan alle verrichtingen, bezittingen en vorderingen van welke aard ook, schulden, verplichtingen en verbintenissen van welke aard ook vermeld.

Art.10. De bedragen die door de huurders, de onderhuurders of de voormalige bewoners aan de vastgoedbeheerder gestort zijn, worden aangewend voor :
  1° de terugbetaling of financiering van werken;
  2° de kosten, of voorziening hiervan, die uit de uitvoering van het beheersmandaat, het betrekken van de woning of het huurvacuüm voortvloeien.

Art.11. De uitgaven van de vastgoedbeheerder worden naar gelang van hun aard, aangerekend. De vastgoedbeheerder houdt afzonderlijke boeken voor iedere woning, groep van woningen of geheel van woningen.

Art.12. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art.13. De Minister van Huisvesting is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Namen, 20 mei 1999.
  De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, K.M.O.'s, Toerisme en Patrimonium,
  R. COLLIGNON
  De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid,
  W. TAMINIAUX

BIJLAGE.
Art. N. Model van beheersmandaat.
  (Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.S. 10-07-1999, p. 26654 - 26655).
  Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 20 mei 1999 betreffende de leegstandbestrijding.
  De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, K.M.O.'s, Toerisme en Patrimonium,
  R. COLLIGNON
  De Minister van Sociale Actie, Huisvesting en Gezondheid,
  W. TAMINIAUX