4 MAART 1999. - Besluit van de Waalse Regering betreffende het patrimoniumsattest (VERTALING).
Art. 1-12
BIJLAGEN.
Art. N1, N2, N3
Artikel 1. Dit besluit is geldt in het Franstalig gebied.
Art.2. Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder :
1° Regering : de Waalse Regering;
2° bestuur : het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium van het Ministerie van het Waalse Gewest;
3° gemachtigde ambtenaar : de in artikel 3 van het Waalse Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Patrimonium bedoelde ambtenaar;
4° Commissie : de Koninklijke Commissie voor Monumenten, Landschappen en Opgravingen van het Waalse Gewest;
5° Wetboek : Waals Wetboek van Ruimtelijke Ordening, Stedebouw en Patrimonium.
Art.3. Een patrimoniumsattest wordt uitgereikt voorafgaand elke aanvraag om een stedebouwkundige of een verkavelingsvergunning m.b.t. handelingen en werken voorzien bij artikel 84 van het Wetboek die uitgevoerd worden hetzij op een monument dat op de beschermingslijst voorkomt, dat beschermd is of dat voorlopig onderworpen is aan de gevolgen van de bescherming krachtens artikel 204 van het Wetboek, hetzij op een goed dat op de lijst van uitzonderlijk onroerend patrimonium voorkomt.
Art.4. § 1. Wat betreft de in artikel 127 van het Wetboek bedoelde publiekrechtelijk personen alsook alle in datzelfde artikel bedoelde handelingen en werken van algemeen nut, wordt de patrimoniumsattestaanvraag ingediend bij de Regering of bij de gemachtigde ambtenaar.
In de andere gevallen wordt de aanvraag ingediend bij de gemeente waar het goed ligt, bij een ter post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs of tegen ontvangstbewijs op het gemeentehuis neergelegd. De gemeente dient de aanvraag in bij de administratie binnen vijf dagen.
§ 2. De patrimoniumsattestaanvraag wordt opgemaakt overeenkomstig het in bijlage 1 opgenomen formulier en de volgende stukken worden er bijgevoegd :
1. naargelang het geval, het beschermingsbesluit van het goed, de beslissing tot inschrijving op de beschermingslijst, de beslissing om een beschermingsprocedure te beginnen, het besluit tot bepaling van de lijst van uitzonderlijk onroerend patrimonium m.b.t. het goed;
2. een uittreksel van het kadastraal plan van de plaats waar het goed ligt;
3. een getuigschrift waaruit blijkt dat de aanvrager eigenaar is van het goed of de aanduiding op de aanvraag dat hij zijn instemming heeft;
4. een fotografische inventaris van het goed en van de onderdelen ervan die het onderwerp zijn van de aanvraag;
5. de fiche van de gezondheidstoestand van het goed indien zij bestaat.
Art.5. Indien de aanvraag onvolledig is betekent de administratie aan de aanvrager binnen vijftien dagen een lijst van de ontbrekende stukken en benadrukt dat de procedure opnieuw begint vanaf de ontvangst ervan. Zij informeert de bevoegde overheid binnen dezelfde termijn.
Indien de aanvraag volledig is, stuurt de administratie aan de aanvrager binnen dezelfde tijd een ontvangstbewijs van de aanvraag. Het vermeldt de datum van de eerste vergadering ter plaatse van het in artikel 7 bedoelde begeleidingscomité alsook de procedure die zal worden gevolgd. Een kopie van het ontvangstbewijs wordt naar de gemeente gezonden.
Art.6. De eerste vergadering van het begeleidingscomité vindt plaats binnen een termijn die niet langer is dan zestig kalenderdagen te rekenen vanaf de verzendingsdatum van het ontvangstbewijs aan de aanvrager.
Het doeleinde van de vergadering bestaat erin de voorafgaande studies en de uit te voeren werken a priori te evalueren.
Er wordt rekening gehouden met de aan de geïntegreerde bescherming van het goed verbonden verplichtingen alsook met zijn stedenbouwkundige situatie.
De voorafgaande studie is noodzakelijk wanneer men vermoedt dat haar resultaten bepalend zijn voor de conceptie van het project en voor de restauratietechnieken om een lagere kostprijs en een geïntegreerde bescherming van betere kwaliteit van het goed te bekomen.
Art.7. § 1. Voor elke aanvraag om een patrimoniumsattest stelt de administratie een begeleidingscomité in.
Het comité bestaat uit de aanvrager of zijn vertegenwoordiger, de ontwerper indien hij aangesteld is, ambtenaren van de administratie, een of meerdere vertegenwoordigers van de Commissie en van de gemeente waar het goed ligt en die zij aanduiden.
Het bestuur kan de aanwezigheid van externe experts vragen.
§ 2. De opdrachten van het begeleidingscomité zijn de volgende :
1. de aanvrager bij te staan voor de bepaling van de opeenvolgende fases en van het tijdsschema van de door een gespecialiseerde natuurlijke of rechtspersoon uitgevoerde voorafgaande studie, van het uit te voeren project en van de te verrichten handelingen en werken;
2. de aanvrager bij te staan om een ontwerper te kiezen door de restauratievoorwaarden te bepalen m.b.t. de eigenschappen van het goed en de werken;
3. de aanvrager bij te staan om de inhoud van de voorafgaande studie betreffende het goed te bepalen;4. de verrichte studie goed te keuren en eventuele aanvullingen te vragen.
Het verslag van iedere vergadering van het begeleidingscomité wordt door de administratie opgesteld. Het wordt aan de deelnemers overgemaakt binnen vijftien dagen. De deelnemers beschikken over een termijn van vijftien dagen vanaf de verzending van het verslag om hun opmerkingen bekend te maken. Na deze termijn wordt het verslag geacht goedgekeurd te zijn.
Een samenvattend verslag wordt eveneens door het bestuur verstuurd volgens dezelfde procedure.
Het comité beraadslaagt slechts indien de meerderheid van de regelmatig opgeroepen leden aanwezig is. Bij gebreke wordt een nieuwe vergadering bijeengeroepen, die plaats zal vinden binnen vijftien dagen na de eerste met dezelfde dagorde. In dit geval is het quorum niet meer vereist om geldig te beraadslagen.
Art.8. De in het raam van de patrimoniumsattestaanvraag verrichte studies dienen als documentair fonds dat het eigendom van het Gewest wordt die het kan publiceren.
Art.9. Het dossier van de attestaanvraag en de verschillende in item 1 tot 6 van bijlage 2 bij dit besluit bedoelde stukken worden door de administratie voor advies aan de Commissie voorgelegd.
De Commissie geeft haar advies binnen termijnen van zestig dagen indien het betrekking heeft op een goed ingeschreven op de lijst van uitzonderlijk patrimonium en van vijfenveertig dagen voor de andere goederen. Indien de Commissie zich niet uitgesproken heeft binnen deze termijnen houdt de regering geen rekening ermee.
Het advies van de Commissie moet niet meer gevraagd worden voor een procedure m.b.t. een stedenbouwkundige of een verkavelingsvergunning indien rekening werd gehouden met de opmerkingen van de Commissie betreffende de procedure inzake het patrimoniumsattest.
Art.10. Wat betreft de publiekrechtelijke personen alsook de in artikel 127 van het Wetboek bedoelde handelingen en werken of indien het een goed betreft dat ingeschreven is op de lijst van het in artikel 185, 10° van het Wetboek bedoeld uitzonderlijk patrimonium, doet de administratie het dossier samen met het advies van de Commissie aan de Regering of aan de gemachtigde ambtenaar toekomen. Het patrimoniumsattest wordt uigereikt door de Regering of de gemachtigde ambtenaar die het naar de aanvrager verstuurt binnen dertig dagen na de ontvangst van het dossier.
In de andere gevallen doet de administratie het dossier samen met het advies van de Commissie toekomen aan het college van burgemeester en schepenen dat, op eensluidend advies van de gemachtigde ambtenaar, het patrimoniumsattest uitreikt aan de aanvrager binnen dertig dagen na de ontvangst van het dossier.
Art.11. Het patrimoniumsattest wordt uitgereikt overeenkomstig het in bijlage 3 bij dit besluit gevoegde formulier.
Na ontvangst van het patrimoniumsattest kan een aanvraag om een stedenbouwkundige of een verkavelingsvergunning ingediend worden overeenkomstig artikel 109 van het Wetboek.
Het patrimoniumsattest is geldig gedurende twee jaar na zijn afgifte. Op verzoek van de ontvanger van het patrimoniumsattest kan het echter met een jaar verlengd worden. Dit verzoek wordt dertig dagen voor de vervaldatum ingediend. De verlenging wordt toegestaan door het college van burgemeester en schepenen. In het geval bedoeld bij artikel 127 van het Wetboek wordt de verlenging evenwel door de gemachtigde ambtenaar toegestaan.
Art.12. De Minister bevoegd voor het Patrimonium en de Minister van Ruimtelijke Ordening zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 4 maart 1999.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, KMO's, Toerisme en Patrimonium,
R. COLLIGNON
De Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer,
M. LEBRUN
BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage 1. Patrimoniumsattestaanvraag.
(Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 29-04-1999, p. 14490 - 14491).
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 4 maart 1999 betreffende het patrimoniumsattest.
Namen, 4 maart 1999.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, KMO's, Toerisme en Patrimonium,
R. COLLIGNON
De Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer,
M. LEBRUN
Art. N2. Bijlage 2. Inhoud van het dossier van patrimoniumsattest.
Het dossier dat nodig is voor het bekomen van het patrimoniumsattest bevat, buiten de in artikel 3, § 2 bedoelde aanvraag, volgende stukken :
1. Het verslag van de eerste vergadering van het begeleidingscomité;
2. Het samenvattend verslag van het begeleidingscomité;
3. De conclusies van de verrichte voorafgaande studie;
4. De plannen van de huidige toestand;
5. De plannen van de ontworpen/voorgestelde/voorgenomen toestand inzonderheid, wat de monumenten betreft, de opbouw, de opstandtekeningen en de bijzonderheden die het dossier beter doen begrijpen;
6. Het bestek, samen met een beschrijvende opmetingsstaat en een opmeting-begroting;
7. De lijst van de posten van het bestek die in aanmerking zouden komen voor een toelage in de zin van artikel 208 van het Wetboek;
8. Het advies van de Commissie.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 4 maart 1999 betreffende het patrimoniumsattest.
Namen, 4 maart 1999.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, KMO's, Toerisme en Patrimonium,
R. COLLIGNON
De Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer,
M. LEBRUN
Art. N3. Bijlage 3. Patrimoniumsattest.
(Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 29-04-1999, p. 14492).
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 4 maart 1999 betreffende het patrimoniumsattest.
Namen, 4 maart 1999.
De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, KMO's, Toerisme en Patrimonium,
R. COLLIGNON
De Minister van Ruimtelijke Ordening, Uitrusting en Vervoer,
M. LEBRUN