Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

29 APRIL 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 mei 1991 tot uitvoering van de artikelen 47, 56septies, 63, § 3 en 63 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders en van artikel 96 van de wet van 29 december 1990 houdende sociale bepalingen.



Inhoudstafel:


Art. 1-3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1991022247 



Uitvoeringsbesluit(en):

2011011297 



Artikels:

Artikel 1. In artikel 2 van het koninklijk besluit van 3 mei 1991 tot uitvoering van de artikelen 47, 56septies, 62, § 3 en 63 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders en van artikel 96 van de wet van 29 december 1990 houdende sociale bepalingen worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° § 4 wordt vervangen als volgt :
  " § 4. Onverminderd § 5 is de schaal, bedoeld in artikel 2, § 1, 1° bindend of indicatief naargelang zij een vast percentage aanduidt dan wel ruimte laat bij de evaluatie. Nochtans blijft zij in dit laatste geval bindend voor de minimale en maximale percentages.
  Zo de lijst van aandoeningen bedoeld in § 1, 2° refereert aan een artikel van de schaal zijn de regels vervat in het eerste lid van toepassing. ";
  2° er wordt een § 5 toegevoegd, luidende :
  " § 5. Bij het ongeschiktheidspercentage berekend overeenkomstig de §§ 1 tot 4 mogen in bepaalde gevallen de volgende percentagevermeerderingen rekenkundig worden opgeteld.
  Er wordt een percentagevermeerdering toegekend van 20 pct. voor de aandoeningen die aan al de vijf hiernavolgende voorwaarden voldoen en een percentagevermeerdering van 15 pct. voor de aandoeningen die aan vier van de vijf hiernavolgende voorwaarden voldoen :
  a) de aandoeningen moeten, ondanks de beschikbare therapie, gepaard gaan met ernstige klinische verschijnselen;
  b) de therapie dient, wanneer degelijk en volledig toegepast, complex en zwaar belastend te zijn voor het kind en zijn omgeving;
  c) de algemene toestand dient gekenmerkt te zijn door een wankele stabiliteit bedreigd door tussentijdse complicaties;
  d) ondanks een blijvende, nauwgezette, regelmatig bijgestuurde en intensieve therapie zal er een progressieve chronische aantasting van verschillende orgaansystemen optreden.
  e) de levensverwachting wordt beïnvloed. ".

Art.2. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 1999.

Art. 3. Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, op 29 april 1999.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Sociale Zaken,
  Mevr. M. DE GALAN