30 NOVEMBER 1999. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen ressorteren.
Art. 1-7
Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en werklieden van de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen ressorteren.
Art.2. In afwijking van de bepalingen van artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten wordt, wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en wanneer de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is gesloten, de opzeggingstermijn vastgesteld op:
1° zesenvijftig dagen indien het werklieden betreft die tussen tien en minder dan vijftien jaren ononderbroken in dienst van dezelfde werkgever zijn gebleven;
2° vierentachtig dagen indien het werklieden betreft die tussen vijftien en minder dan twintig jaar ononderbroken in dienst van dezelfde werkgever zijn gebleven;
3° honderd zesentwintig dagen indien het werklieden betreft die minstens twintig jaar ononderbroken in dienst van dezelfde werkgever zijn gebleven.
Art.3. In geval van conventioneel brugpensioen gelden de opzeggingstermijnen zoals bepaald in artikel 59 van de wet van 3 juli 1978.
Art.4. De opzeggingen betekend vóór de inwerkingtreding van dit besluit, blijven hun gevolgen behouden.
Art.5. Het koninklijk besluit van 13 januari 1994 tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen ressorteren, wordt opgeheven.
Art.6. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 7. Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 30 november 1999.
ALBERT
Van Koningswege:
De Minister van Werkgelegenheid,
Mevr. L. ONKELINX