4 MEI 1999. - Koninklijk besluit tot toekenning van financiële hulp met het oog op de verwezenlijking van het contract inzake de preventie van graffiti afgesloten tussen de stad Gent en de Staat.
Art. 1-6
Artikel 1. § 1. Binnen de perken van de beschikbare kredieten, zijnde 600 000 BEF, kent de Minister van Binnenlandse Zaken aan de stad Gent een eenmalige toelage toe voor de verwezenlijking van initiatieven inzake de bestrijding en voorkoming van graffiti waarvoor een contract zal afgesloten worden tussen de Minister van Binnenlandse Zaken en de stad Gent.
§ 2. Het contract bepaalt de voorwaarden met het oog op de toekenning van de bedoelde toelage, evenals het bedrag ervan.
Art.2. De beschikbare middelen zullen in de stad verdeeld worden volgens een bepaalde verdelingscoëfficiënt die als volgt werd vastgesteld : er wordt voorzien in een tussenkomst van 50 % van het geheel van de kosten voor het aanbrengen van een preventieve coating met een plafond van 10 000 BEF of voor een tussenkomst van 50 % van het geheel van de kosten voor het verwijderen van graffiti en het aanbrengen van een preventieve coating met een plafond van 15 000 BEF.
Art.3. De uitgaven zullen worden verrekend op het bijzonder begrotingsartikel, ingesteld door artikel I, § 2quater, lid 2 van de wet van 1 augustus 1985 houdende sociale bepalingen.
Art.4. Bij niet naleving van de bepalingen van dit besluit en van de door de Minister van Binnenlandse Zaken in toepassing van dit besluit vastgestelde voorwaarden, evenals, in voorkomend geval, bij niet naleving van de voorwaarden die werden opgenomen in de krachtens dit besluit met de Minister van Binnenlandse Zaken afgesloten contract, zal de financiële tegemoetkoming integraal of gedeeltelijk worden teruggevorderd.
Art.5. De Minister van Binnenlandse Zaken organiseert een regelmatige inspectie om zich er van te vergewissen dat de stad de voorwaarden naleeft die ten grondslag liggen aan de financiële tegemoetkoming krachtens dit besluit.
Art. 6. Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 4 mei 1999.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Binnenlandse Zaken,
L. VAN DEN BOSSCHE