10 NOVEMBER 1998. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp.
Art. 1-7
Artikel 1. In artikel 3, § 1, van het besluit van de Vlaamse regering van 24 juli 1997 tot regeling van de erkenning en de subsidiëring van de diensten voor gezins- en bejaardenhulp, wordt 6° vervangen door wat volgt :
"6° per 130 gebruikers, uitsluitend voor de dienst, één VTE aan begeleidend personeel tewerkstellen en bezoldigen overeenkomstig de afgesloten arbeidsovereenkomsten. Per 65 bijkomende geholpen gebruikers en tevens uitsluitend voor de dienst, bijkomend één HTE aan begeleidend personeel tewerkstellen en bezoldigen overeenkomstig de afgesloten arbeidsovereenkomsten;".
Art.2. In artikel 3, § 2, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° het tweede lid wordt vervangen door wat volgt :
"De diensten dienen het kwaliteitshandboek bij de administratie in voor 1 januari 2002." ;
2° het derde lid wordt vervangen door wat volgt :
"Vanaf 2003 bezorgen de diensten de kwaliteitsplanning voor het lopende jaar, samen met het kwaliteitsjaarverslag van het afgelopen jaar en de eventuele wijzigingen aan het kwaliteitshandboek, jaarlijks v66r 1 april aan de administratie.".
Art.3. In artikel 13 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 24 maart 1998, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° 1° wordt vervangen door wat volgt :
"1° een forfaitair bedrag van 574,85 frank per gepresteerd uur en per uur bijscholing, als subsidiëring van het verzorgend personeel en van het bevorderen van de deskundigheid van het verzorgend personeel;";
2° 2° wordt vervangen door wat volgt :
"2° een forfaitair bedrag van 1 102 650 frank per jaar per 130 geholpen gebruikers, als subsidiëring van het begeleidend personeel;".
Art.4. In artikel 16, § 1°, van hetzelfde besluit wordt 1° vervangen door wat volgt :
"1° voor het begeleidend personeel : x/130sten van het in artikel 13, 2° vermelde subsidiebedrag;".
Art.5. Artikel 40 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt :
"Art. 40. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997, met uitzondering van artikel 6, 1°, dat in werking treedt op 1 januari 2002.".
Art.6. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 1998.
Art. 7. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 10 november 1998.
De minister-president van de Vlaamse regering,
L. VAN DEN BRANDE
De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn,
L. MARTENS