Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

28 SEPTEMBER 1998. - Ministerieel besluit betreffende de toekenning van nationale steun aan de V.Z.W. Proefcentrum voor Fruitteelt (P.C.F.) voor de omkadering van de fruitteeltsector.



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1. de Minister : de Minister van de federale regering, bevoegd voor Landbouw;
  2. Bestuur DG 6 : het Bestuur Onderzoek en Ontwikkeling van het Ministerie van Middenstand en Landbouw.

Art.2. Binnen de perken van de beschikbare begrotingskredieten kan gedurende een periode van maximaal 6 jaar aan het "Proefcentrum voor Fruitteelt", Fruittuinweg 1, 3800 Sint-Truiden, een tussenkomst toegekend worden van 1,5 miljoen frank per werkjaar voor het project "Coördinatie Onderzoek en Ontwikkeling" in de fruitteeltsector.
  Om in aanmerking te komen voor deze tussenkomst moet de projecthouder :
  - een project indienen dat gericht is op de samenwerking en coördinatie tussen de onderzoekseenheden en de tuinbouwproeftuinen werkzaam in de fruitteelt;
  - bij het begin van ieder werkjaar aan het bestuur DG 6 een jaarprogramma voorleggen, evenals een begroting van de inkomsten en uitgaven;
  - op het einde van ieder werkjaar aan het Bestuur DG 6 een verslag voorleggen over de uitvoering van het jaarprogramma evenals een afrekening houdende de inkomsten en uitgaven van het jaarprogramma.

Art.3. De uitbetaling van de toegekende steun gebeurt jaarlijks als volgt :
  1. de drie vierden (75 %) van de jaarlijks toegekende steun wordt uitbetaald als voorschot bij de goedkeuring van het jaarprogramma;
  2. het saldo van de jaarlijks toegekende steun wordt uitbetaald na voorlegging van een jaarverslag over de uitvoering van het project samen met de planning voor het volgend jaar en van de boekhoudkundige bescheiden houdende bewijsstukken van de gemaakte onkosten voor het jaarprogramma, en na goedkeuring ervan door de Minister.

Art.4. Indien de projecthouder nalaat de in artikel 3 bedoelde verantwoording te verstrekken of de aangegane verbintenissen niet of gedeeltelijk nakomt, moeten de ten onrechte uitgekeerde sommen terug betaald worden. Het bedrag van de terug te betalen bedragen wordt, in voorkomend geval, vermeerderd met de wettelijke interest met ingang van de datum van de betaling en zonder aanmaning.

Art. 5. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 1997.
  Brussel, 28 september 1998.
  K. PINXTEN