Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

2 JUNI 1998. - Koninklijk besluit betreffende de wijze waarop de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie toegekend wordt aan sommige personeelsleden van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie.



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1993014063 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° het Instituut : het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie, bedoeld in artikel 71 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven;
  2° ambtenaar : de vastbenoemde statutaire ambtenaren van het Instituut.

Art.2. § 1. De hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie wordt verleend aan de ambtenaren van het Instituut die geslaagd zijn voor een examen.
  § 2. Het examen bedoeld in § 1 wordt georganiseerd door het Vast Wervingssecretariaat voor de ambtenaren aangeduid door de Directieraad van het Instituut.

Art.3. In artikel 36 van het koninklijk besluit van 18 maart 1993 betreffende de toepassing van sommige verordeningsbepalingen op het personeel van het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie, worden de woorden "voor de overgang naar het hoger niveau en van de examens voor verhoging in graad" vervangen door de woorden "voor de overgang naar het hoger niveau, van de examens voor verhoging in graad en voor de toekenning van de hoedanigheid van officier van de gerechtelijke politie".

Art.4. § 1. Voor het geheel van zijn loopbaan kan een ambtenaar slechts tweemaal aan dit examen deelnemen.
  § 2. De leidende ambtenaar belast met het dagelijks beheer van het Instituut kan de intrekking van de hoedanigheid van officier van de gerechtelijke politie van een ambtenaar voorstellen :
  1° wanneer betrokkene een andere functie toebedeeld krijgt waarin hij niet meer gehouden is tot het opsporen en vaststellen van overtredingen;
  2° om een uitdrukkelijk verantwoorde zwaarwichtige reden, al dan niet na het opleggen van een tuchtstraf aan betrokkene.
  De uitoefening van de bevoegdheden verbonden aan deze hoedanigheid wordt opgeschort vanaf de kennisgeving van het voorstel aan de betrokken ambtenaar.

Art.5. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 6. Onze Minister van Telecommunicatie is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 2 juni 1998.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Telecommunicatie,
  E. DI RUPO