7 DECEMBER 1998. - Koninklijk besluit tot regeling van de vervanging van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen, door de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap.
Art. 1-11
1946021521 1946082701 1947022502 1948051003 1951032302 1952071203 1978011005
Artikel 1. Het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen, instelling van openbaar nut van de categorie A, wordt aangewezen met toepassing van artikel 19, § 1, van de wet van 10 april 1973 houdende oprichting van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap.
Art.2. Het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen houdt op rechtspersoonlijkheid te bezitten vanaf de dag waarop dit besluit in werking treedt.
Art.3. § 1. Vanaf de in artikel 2 bedoelde dag treedt de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap, hierna te noemen "Centrale Dienst", in al de rechten en verplichtingen van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen.
Op deze datum vervangen de organen en autoriteiten van de Centrale Dienst de organen en autoriteiten van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen.
§ 2. § 1 van dit artikel heeft van rechtswege uitwerking zonder dat een akte, een kennisgeving of een andere vorm van openbaarmaking dan de bekendmaking van dit besluit in het Belgisch Staatsblad vereist is.
Art.4. Vanaf de in artikel 2 bedoelde dag wordt iedere aan het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen gerichte kennisgeving of correspondentie geacht te zijn geadresseerd aan de Centrale Dienst.
Art.5. Vanaf de in artikel 2 bedoelde dag treedt de Centrale Dienst van rechtswege voor alle hangende rechtsgedingen in de plaats van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen.
Art.6. De leden van het statutair burgerpersoneel van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen worden ambtshalve overgeplaatst naar de Centrale Dienst met de graad en met de rang, die zij bekleden in deze instelling vanaf de datum dat voornoemde instelling opgehouden zal hebben over rechtspersoonlijkheid te beschikken, met toepassing van artikel 2; zij behouden hun statutaire rechten. De andere leden van het burgerpersoneel van deze instelling worden ambtshalve overgeplaatst naar de Centrale Dienst en blijven onderworpen aan de wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten; hun overeenkomst wordt gewijzigd door een aanhangsel dat de verandering van werkgever bepaalt.
De Centrale Dienst neemt de rechten en plichten over van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen tegenover de vroegere personeelsleden van deze instelling.
Art.7. In artikel 2, 4°, van het koninklijk besluit van 10 januari 1978 tot vaststelling van de taak en tot regeling van de organisatie en de werkwijze van de Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap, worden de woorden "Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen" geschrapt.
Art.8. In alle wets- en verordeningsbepalingen betreffende het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen worden de woorden "Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen" vervangen door "Centrale Dienst voor sociale en culturele actie ten behoeve van de leden van de militaire gemeenschap".
Art.9. Opgeheven worden :
1° het besluit van 14 december 1940 van de secretaris-generaal van het Ministerie van Financiën houdende oprichting van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen, gewijzigd door de besluiten van de secretaris-generaal van het Ministerie van Financiën van 21 mei 1942 en 15 maart 1943;
2° het besluit van 13 januari 1941 van de secretaris-generaal van het Ministerie van Financiën houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen;
3° het besluit van de Regent van 15 februari 1946 tot verlenging, voor een beperkte duur, van de tijdelijke geldigheid van het besluit van 14 december 1940 houdende oprichting van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen (HIB) en van die der latere besluiten waarbij het gewijzigd en aangevuld werd;
4° de besluitwet van 27 augustus 1946 tot verlenging van de toepassingsduur van het besluit van de Regent van 15 februari 1946 dat, voor een beperkte duur, voorziet in de verlenging van de tijdelijke geldigheid van het besluit van 14 december 1940 houdende oprichting van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen (HIB) en van die der latere besluiten waarbij het gewijzigd en aangevuld wordt;
5° de besluitwet van 25 februari 1947 tot verlenging van de toepassingsduur van de besluitwet van 27 augustus 1946 die, voor een beperkte duur, voorziet in de tijdelijke geldigheid van het besluit van de Regent van 15 februari 1946 in kracht houdende het besluit van 14 december 1940 dat het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen (HIB) opricht en van die der latere besluiten waarbij het gewijzigd en aangevuld wordt;
6° de wet van 10 mei 1948 houdende verlenging van de besluitwet van 25 februari 1947 in kracht houdende het besluit van 14 december 1940 dat het Hulpen informatiebureau voor gezinnen van militairen (HIB) opricht en van die der latere besluiten waarbij het gewijzigd en aangevuld wordt;
7° de wet van 23 maart 1951 waarbij het bestaan van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen wordt verlengd;
8° de wet van 12 juli 1952 waarbij het bestaan van het Hulp- en informatiebureau voor gezinnen van militairen wordt verlengd.
Art.10. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1999.
Art. 11. Onze Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 7 december 1998.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Landsverdediging,
J.-P. PONCELET