26 NOVEMBER 1998. - Koninklijk besluit betreffende het buiten omloop stellen van de in Ecu uitgedrukte muntstukken.
Art. 1-5
Artikel 1. Houden op wettelijk gangbaar te zijn vanaf 1 januari 1999 de in Ecu uitgedrukte muntstukken die zijn uitgegeven in uitvoering van :
1° het koninklijk besluit van 25 februari 1987 betreffende het slaan van in Ecus uitgedrukte muntstukken ter herdenking van de 30e verjaardag van de ondertekening van het Verdrag van Rome houdende oprichting van de Europese Ekonomische Gemeenschap;
2° het koninklijk besluit van 30 november 1989 betreffende het slaan van in Ecu uitgedrukte muntstukken, jaartal 1989 of 1990, gewijzigd bij koninklijk besluit van 27 februari 1990;
3° het koninklijk besluit van 3 september 1990 betreffende het slaan van in Ecu uitgedrukte tweekleurige muntstukken, jaartal 1990 en 1991;
4° het koninklijk besluit van 28 augustus 1991 betreffende het slaan van muntstukken van 50 Ecu en van 5 Ecu, jaartal 1991;
5° het koninklijk besluit van 24 juni 1993 betreffende het slaan van muntstukken van 50 Ecu en van 5 Ecu, jaartal 1993;
6° het koninklijk besluit van 6 oktober 1995 betreffende de uitgifte van muntstukken van 5 en 50 Ecu ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de Verenigde Naties;
7° het koninklijk besluit van 9 september 1996 betreffende de uitgifte van muntstukken in goud van 50 Ecu en stukken in zilver van 5 Ecu, jaartal 1996, ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van Unicef;
8° het koninklijk besluit van 20 mei 1997 betreffende de uitgifte van muntstukken in goud van 50 Ecu en zilver van 5 Ecu, jaartal 1997, ter gelegenheid van de veertigste verjaardag van het Verdrag van Rome;
9° het koninklijk besluit van 26 mei 1998 betreffende de uitgifte van muntstukken in goud van 50 Ecu en zilver van 5 Ecu, jaartal 1998, ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.
Art.2. De wederinkoop van de in artikel 1 bedoelde muntstukken geschiedt tegen hun nominale waarde in Ecu waarvan de tegenwaarde in Belgische frank wordt vastgesteld :
1° tot en met 31 december 1998, overeenkomstig artikel 1 van het koninklijk besluit van 3 maart 1987 tot vaststelling van de tegenwaarde in Belgische frank van de in Ecus uitgedrukte muntstukken;
2° vanaf 1 januari 1999, door de nominale waarde van de muntstukken te vermenigvuldigen met de in Belgische frank uitgedrukte omrekeningskoers van de euro die de Raad van de Europese Unie onherroepelijk aanneemt overeenkomstig artikel 109 L, § 4, eerste zin van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap.
Art.3. Tot en met 31 maart 1999 worden de in Ecu uitgedrukte muntstukken wederingekocht door de Post.
De Nationale Bank van België centraliseert tot en met 30 juni 1999 de door de Post wederingekochte muntstukken tegen de prijs van wederinkoop die de Post aan de houder heeft betaald.
Vanaf 1 juli 1999 verliezen deze stukken definitief hun muntwaarde, met dien verstande dat het Muntfonds tot en met 30 september 1999 de door de Nationale Bank van België gecentraliseerde stukken wederinkoopt tegen de prijs van wederinkoop die deze aan de houder heeft betaald.
Art.4. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 5. Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 november 1998.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Financiën,
J.-J. VISEUR