Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

15 MEI 1997. - Besluit van de Regering betreffende de toekenning van studiegetuigschriften en attesten in het onderwijs met beperkt leerplan (VERTALING). (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 17-07-1997 en tekstbijwerking tot 28-10-2008)



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2008033100 



Artikels:

Artikel 1.
  § 1. Op het einde van het schooljaar kan het bewijs van basisonderwijs, op beslissing van de klasraad, aan de regelmatige leerlingen verleend worden.
  Op het einde van het schooljaar kan een oriënteringsattest A van het tweede jaar van het beroepsonderwijs, op beslissing van de klasraad, aan de regelmatige leerlingen verleend worden die houder zijn van het bewijs van basisonderwijs.
  Op het einde van het schooljaar kan een oriënteringsattest A van het derde jaar van het beroepsonderwijs, op beslissing van de klasraad, aan de regelmatige leerlingen verleend worden die houder zijn van het oriënteringsattest A of B van het tweede jaar van het secundair onderwijs en tijdens ten minste twee jaar in het onderwijs met beperkt leerplan regelmatig ingeschreven zijn geweest.
  Op beslissing van de examencommissie kan het bekwaamheidsgetuigschrift van het zesde jaar van het beroepsonderwijs aan de regelmatige leerlingen toegekend worden die houder zijn ofwel van het getuigschrift van lager secundair onderwijs ofwel van het bekwaamheidsgetuigschrift van het vierde jaar van het secundair onderwijs of van het vijfde jaar van het buitengewoon onderwijs.
  § 2. [1 De in § 1 vermelde studiegetuigschriften en oriënteringsattesten mogen slechts aan de leerlingen worden uitgereikt voor wie de klasraad een attest heeft afgegeven waaruit blijkt dat zij regelmatig en op een actieve wijze het onderwijs met beperkt leerplan hebben bezocht.]1.
  [1 § 3. Als de leerling één of meerdere van de in §§ 1 en 2 vermelde voorwaarden gesteld voor het uitreiken van de in § 1 vermelde studiegetuigschriften en oriënteringsattesten niet vervult, dan kan de Regering wegens buitengewone omstandigheden en van geval tot geval de klasraad echter ertoe machtigen de bovenvermelde studiegetuigschriften en oriënteringsattesten uit te reiken. De directeur van het centrum moet een dienovereenkomstig met redenen omkleed verzoek bij de Regering indienen.]1
  ----------
  (1)<BDG 2008-07-10/86, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 01-06-2008>

Art.2. De proeven afgelegd met het oog op het verkrijgen van het bekwaamheidsgetuigschrift in een studierichting die niet georganiseerd wordt in het onderwijs met volledig leerplan, moet goedgekeurd worden door de Regering van de Duitstalige Gemeenschap. Te dien einde geven de scholen bij het Ministerie het programma van de opleiding en van de bekwaamheidsproeven af binnen de termijnen geldig voor het secundair onderwijs met volledig leerplan.
  De Regering bepaalt de modaliteiten voor de organisatie van deze bekwaamheidsproeven.
  De toegang tot de bovengenoemde bekwaamheidsproeven is evenwel niet mogelijk voor de studierichtingen "gezins- en sanitaire hulp" en "kinderverzorging".

Art.3. De proeven afgelegd met het oog op het verkrijgen van het bekwaamheidsgetuigschrift worden door een examencommissie georganiseerd.
  Deze examencommissie bestaat uit de directeur van het centrum of zijn afgevaardigde, uit leden van het onderwijzend personeel van het centrum en uit niet tot het centrum behorende personen, wier aantal dat van de leden van het onderwijzend personeel niet mag overschrijden.
  De niet tot het centrum behorende leden van de examencommissie worden door de directeur van het centrum gekozen op grond van hun deskundigheid in de kwalificatie die moet worden beoordeeld.
  Het voorzitterschap van de examencommissie wordt waargenomen door de directeur van het centrum of zijn afgevaardigde.

Art.4. Dit besluit treedt in werking op 2 september 1996.

Art. 5. De Minister van Onderwijs, Cultuur, Wetenschappelijk Onderzoek, Monumenten en Landschappen is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Eupen, 15 mei 1997.
  Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap :
  De Minister-President,
  Minister van Financiën, Internationale Betrekkingen, Gezondheid, Gezin en Bejaarden, Sport en Toerisme
  J. MARAITE
  De Minister van Onderwijs, Cultuur, Wetenschappelijk Onderzoek, Monumenten en Landschappen,
  W. SCHRODER