11 SEPTEMBER 1997. - Ministerieel besluit tot vaststelling van de bepalingen en voorwaarden voor de toekenning en de uitbetaling van de investeringspremies die medegefinancierd worden door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling in het kader van de uitvoering van het Enig Programmeringsdocument van Doelstelling nr. 2 (VERTALING).
Art. 1-5
Artikel 1. Voor de toepassing van de maatregelen van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) Doelstelling nr. 2 (97-99), wordt het niveau van de totale investeringspremie, waarbij het Gewest en het EFRO ieder voor de helft tussenkomen, vastgesteld als volgt :
1° voor bestaande ondernemingen die minstens vijf nieuwe arbeidsplaatsen creëren :
a) als de werkgelegenheid toeneemt met meer dan 5 à 10 % : bruto 20 %;
b) als de werkgelegenheid toeneemt met meer dan 10 à 20 % : bruto 25 %;
c) als de werkgelegenheid toeneemt met meer dan 20 % : bruto 30 %;
2° voor de oprichting van ondernemingen die minstens vijf nieuwe arbeidsplaatsen creëren : bruto 30 %.
De in het eerste lid bedoelde investeringspremie mag niet meer bedragen dan 3 miljoen BEF per gecreëerde arbeidsplaats.
Art.2. Om deze premie te genieten moet de onderneming een investeringsprogramma realiseren in de volgende activiteitensectoren :
1° de in de klassen 05.02, 15 tot 22, 23.1, 23.2, 24 tot 36 en 72.2 van de NACE-code opgenomen produktie of verwerking alsook investeringen voor logistieke steun aan vervoerbedrijven of investeringen voor gecombineerd vervoer;
2° de in de klassen 61, 62, 63.1, 63.2, 63.4, 64.2 en 72.6 van de NACE-code opgenomen diensten aan ondernemingen alsook de distributiecentra, behalve de boten voor de ondernemingen die onder klasse 61 vallen, de vliegtuigen voor de ondernemingen die onder klasse 62 vallen en de gebouwen voor de ondernemingen die onder klasse 63.1 vallen.
Art.3. Behalve wanneer er duidelijk arbeidsplaatsen worden gecreëerd, wordt de in artikel 1 bedoelde premie niet verleend voor investeringen die gerealiseerd worden door ondernemingen :
1° die na een faillissement zijn opgericht;
2° die aan een herstructureringsplan onderworpen zijn;
3° die het voorwerp zijn geweest van een fusie, een splitsing, een filialisering of een overname.
Art.4. Behoudens bijzondere contractuele beschikkingen wordt de in artikel 1 bedoelde premie uitbetaald overeenkomstig artikel 14 van het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 9 juli 1992 houdende uitvoering van de artikelen 2, 12 en 16 van de wet van 30 december 1970 op de economische expansie, zoals gewijzigd bij het decreet van 25 juni 1992.
Art. 5. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1999.
Namen, 11 september 1997.
R. COLLIGNON