15 JULI 1997. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 december 1982 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning van rust- en verzorgingstehuizen.
Art. 1-3
Artikel 1. Punt B van de Bijlage 1 aan het koninklijk besluit van 2 december 1982 houdende vaststelling van de normen voor de bijzondere erkenning van rust- en verzorgingstehuizen, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 30 juli 1986, 8 december 1986, 21 april 1987, 5 juni 1990, 12 juli 1991, 17 december 1992, 12 oktober 1993 en 29 december 1994, wordt aangevuld met een punt 6, luidend als volgt :
" 6. Palliatieve zorg.
a) Ter ondersteuning van de verzorging van de terminale verzorgingsbehoevenden in het rust- en verzorgingstehuis zijn de door de inrichtende macht aangewezen geneesheer en de hoofdverpleegkundige belast met :
1° het invoeren van een palliatieve zorgcultuur en de sensibilisering van het personeel voor de noodzaak hieraan;
2° het formuleren van adviezen inzake palliatieve zorg ten behoeve van het verpleegkundig en paramedisch personeel, de kinesitherapeuten en het verzorgend personeel;
3° het bijwerken van de kennis van de in 2 bedoelde personeelsleden inzake palliatieve zorg.
b) Het rust- en verzorgingstehuis moet een functionele binding hebben met een Spdienst (palliatieve verzorging), bedoeld in rubriek IIIbis ("Specifieke normen per specialisme), onderdeel B ("Specifieke normen voor de Sp-dienst (palliatieve verzorging)"), van de bijzondere normen toepasselijk op de gespecialiseerde dienst voor behandeling en revalidatie, kenletter Sp, gevoegd als bijlage bij het koninklijk besluit van 23 oktober 1964 tot bepaling van de normen die door de ziekenhuizen en hun diensten moeten worden nageleefd.
c) Het rust- en verzorgingstehuis moet meewerken aan het samenwerkingsverband inzake palliatieve zorg dat het desbetreffend geografisch gebied bestrijkt.
Art.2. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekend gemaakt.
Art. 3. Onze Minister van Volksgezondheid en Pensioenen en Onze Minister van Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 15 juli 1997.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Volksgezondheid en Pensioenen,
M. COLLA
De Minister van Sociale Zaken,
Mevr. M. DE GALAN