Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

14 OKTOBER 1997. - Koninklijk besluit waarbij aan de Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling machtiging wordt verleend toegang te hebben tot de informatiegegevens van het Rijksregister van de natuurlijke personen en het identificatienummer ervan te gebruiken.



Inhoudstafel:


Art. 1-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. De Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling wordt gemachtigd toegang te hebben tot de informatiegegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot 9°, en tweede lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.
  De toegang tot de informatiegegevens geldt uitsluitend voor het vervullen van taken in verband met de arbeidsbemiddeling ter uitvoering van :
  1° artikel 7, § 1, a, d, e, f en g, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders;
  2° artikel 16, § 1, van de wetten betreffende de afschaffing of de herstructurering van instellingen van openbaar nut en andere overheidsdiensten, gecoördineerd op 13 maart 1991.
  De toegang tot de informatiegegevens is voorbehouden aan :
  1° de Directeur-generaal van de Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling;
  2° de personeelsleden van deze Dienst die door de in 1° bedoelde persoon daartoe schriftelijk en bij naam zijn aangewezen en die op grond van de functies die zij uitoefenen, noodzakelijkerwijs kennis moeten hebben van de bovenvermelde informatiegegevens.
  De voormelde personeelsleden verbinden zich er schriftelijk toe te waken over de veiligheid en de vertrouwelijkheid van de gegevens tot welke zij toegang hebben.
  De toegang tot de opeenvolgende wijzigingen in de informatiegegevens bedoeld in het eerste lid, wordt beperkt tot een periode van vijf jaar voorafgaand aan de mededeling van deze informatiegegevens.

Art.2. De informatiegegevens die met toepassing van artikel 1, eerste lid, worden verkregen, mogen enkel gebruikt worden voor de doeleinden bedoeld in het tweede lid van dat artikel. Zij mogen niet aan derden worden meegedeeld.
  Voor de toepassing van het eerste lid worden niet als derden beschouwd :
  1° de natuurlijke personen op wie deze informatiegegevens betrekking hebben, of hun wettelijke vertegenwoordigers;
  2° de openbare overheden en de instellingen die krachtens artikel 5 van de voormelde wet van 8 augustus 1983 zelf zijn aangewezen, voor de informatiegegevens die hun kunnen worden meegedeeld op grond van hun aanwijzing en in het kader van de betrekkingen die ze onderhouden met de Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling, voor de doeleinden opgesomd in artikel 1, tweede lid.

Art.3. De personen, bedoeld in artikel 1, derde lid, worden gemachtigd het identificatienummer te gebruiken van de personen die zijn ingeschreven in het Rijksregister.

Art.4. Het identificatienummer mag voor doeleinden van intern beheer enkel worden gebruikt als identificatiemiddel in de dossiers, bestanden en repertoria die worden gehouden door de Brusselse Gewestelijke Dienst voor Arbeidsbemiddeling voor het vervullen van de taken bedoeld in artikel 1, tweede lid.
  In geval van extern gebruik mag het identificatienummer door de Dienst enkel worden gebruikt in de betrekkingen die hij voor de doeleinden bedoeld in artikel 1, tweede lid, onderhoudt met :
  1° de houder van het identificatienummer of zijn wettelijke vertegenwoordiger;
  2° de openbare overheden en de instellingen die zelf de machtiging hebben verkregen, bedoeld in artikel 8 van de wet van 8 augustus 1983, en die handelen in het kader van hun wettelijke en reglementaire bevoegdheden.

Art.5. De lijst van de personeelsleden die overeenkomstig de artikelen 1, derde lid, 2°, en 3, zijn aangewezen, met vermelding van hun titel en hun functie, wordt jaarlijks opgesteld en volgens dezelfde periodiciteit overgezonden aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

Art.6. Om de vertrouwelijkheid te waarborgen van de bij het Rijksregister verkregen gegevens, wordt de toegang tot deze gegevens georganiseerd door te werken met terminals die uitsluitend worden gebruikt door de in artikel 1, derde lid, van dit besluit bedoelde personen. Deze toegang wordt verkregen via een computer of een server die beveiligd is door een code waarover uitsluitend de voornoemde personen beschikken.

Art. 7. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Onze Minister van Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 14 oktober 1997.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Binnenlandse Zaken,
  J. VANDE LANOTTE
  De Minister van Justitie,
  S. DE CLERCK