5 NOVEMBER 1996. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 tot invoering van een afschotplan voor reewild.
Art. 1-7
BIJLAGEN.
Art. N1, N2, N3
Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 tot invoering van een afschotplan voor reewild worden de definities van de begrippen " Bestuur " en " Afschotplan " vervangen door wat volgt :
" Bestuur : de afdeling van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap die bevoegd is voor de jacht in het Vlaamse Gewest.
Afschotplan : een regeling waarin voor de jachtperiode van 15 mei tot en met 15 september van het jaar van de aanvraag en voor de jachtperiode van 1 februari tot en met 15 maart van het daaropvolgende jaar op basis van kwantitatieve of kwalitatieve criteria over reewildstand en jachtterrein vastgelegd wordt hoeveel stuks reewild op een bepaald terrein door de jager mogen of moeten worden afgeschoten. "
Art.2. Artikel 8 van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt :
" Art. 8. De woudmeester deelt zijn beslissing vóór 15 mei van elk jaar mee per aangetekende brief volgens het model van bijlage 2 bij dit besluit. Bij de beslissing tot toewijzing van een afschotplan wordt een aantal genummerde meldingsformulieren zoals bedoeld in artikel 10, § 2, van dit besluit gevoegd dat gelijk is aan het totale stuks reewild waarvoor een afschotplan werd toegewezen. "
Art.3. § 1. In artikel 9, eerste lid van hetzelfde besluit worden de woorden " aan de minister gericht " vervangen door de woorden " aan de minister gericht, binnen dertig dagen volgend op de dag waarop de beslissing van de woudmeester bij aangetekende brief is verzonden. "
§ 2. In artikel 9, derde lid van hetzelfde besluit worden de woorden " binnen drie maanden volgend op de datum van het aangetekend schrijven " vervangen door de woorden " binnen twee maanden volgend op de dag van de verzending van de aangetekende brief waarbij beroep wordt ingesteld, ".
Art.4. De bijlagen 1, 2 en 3 bij hetzelfde besluit worden vervangen door de bijlagen 1, 2 en 3 bij dit besluit.
Art.5. De afschotplannen toegekend op grond van de in 1996 ingediende aanvragen blijven geldig.
Art.6. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1997.
Art.7. De Vlaamse minister, bevoegd voor de landinrichting en het natuurbehoud, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 5 november 1996.
De minister-president van de Vlaamse regering,
L. VAN DEN BRANDE
De Vlaamse minister van Leefmilieu en Tewerkstelling,
Th. KELCHTERMANS
BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage 1. (Toepassing van het besluit van de Vlaamse regering tot invoering van een afschotplan voor reewild, artikel 5).
Aanvraag tot toewijzing van een afschotplan voor reewild voor de jachtperiode van 15 mei 19.. tot 15 september 19.. en 1 februari 19.. tot 15 maart 19..(1).
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 20-12-1996, p. 31759-31760).
Art. N2. Bijlage 2. Toewijzing van een afschotplan.
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 20-12-1996, p. 31761-31762).
Art. N3. Bijlage 3. Periode 15 mei - 15 september 19 . . en 1 februari - 15 maart 19 . .
(Toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 tot invoering van een afschotplan voor reewild).
(Bijlage niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 20-12-1996, p. 31763).
Gezien om gevoegd te worden bij het besluit van de Vlaamse regering van tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 1994 tot invoering van een afschotplan voor reewild.
Brussel, 5 november 1996.
De minister-president van de Vlaamse regering,
L. VAN DEN BRANDE
De Vlaamse minister van leefmilieu en Tewerkstelling,
Th. KELCHTERMANS