18 JULI 1996. - Collegebesluit nr. 96/163bis houdende uitvoering van de verordening nr. 96/001 van 18 juli 1996, houdende het verlenen van toelagen voor activering en stimulering van de gemeenten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest tot de oprichting van een gemeentelijke openbare bibliotheek.
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Subsidiëring.
Afdeling 1. - Starttoelagen.
Art. 2-3
Afdeling 2. - Samenwerkingstoelagen.
Art. 4-6
Afdeling 3. - Aanmoedigingstoelagen.
Art. 7-10
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen..
Art. 11-15
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Binnen de perken van de kredieten en onder de voorwaarden die bij de verordening vastliggen, verleent het Collegelid bevoegd voor Cultuur van de Vlaamse Gemeenschapscommissie starttoelagen, samenwerkingstoelagen en aanmoedigingstoelagen aan bibliotheken.
HOOFDSTUK II. - Subsidiëring.
Afdeling 1. - Starttoelagen.
Art.2. Aan elke nieuwe bibliotheek wordt 500 000 F starttoelage toegekend.
Art.3. Wanneer een bibliotheek een erkenningsdossier indient bij de Afdeling Volksontwikkeling en Bibliotheken, stuurt zij van dit erkenningsdossier een kopie naar de administratie van het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie.
Zodra de bibliotheek erkend is, zendt ze een kopie van de erkenning naar de administratie van het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie.
De starttoelage wordt toegekend in het jaar waarin de bibliotheek erkend wordt.
Afdeling 2. - Samenwerkingstoelagen.
Art.4. Bij de oprichting van een bibliotheekvoorziening in samenwerking met gemeenten of met een gemeente en de Vlaamse Gemeenschapscommissie kan een samenwerkingstoelage toegekend worden.
Art.5. De samenwerkende partners dienen een gemotiveerde aanvraag in bij de administratie van de Vlaamse Gemeenschapscommissie met alle administratieve bescheiden.
Art.6. Het Collegelid bevoegd voor Cultuur van de Vlaamse Gemeenschapscommissie beslist - na advies van de werkgroep - over het toekennen van een samenwerkingstoelage en over het bedrag van deze toelage.
Afdeling 3. - Aanmoedigingstoelagen.
Art.7. Een bibliotheek die al bestaat en een structureel initiatief ontplooit, kan een aanmoedigingstoelage toegekend krijgen.
Art.8. Zodra een bibliotheek een structureel initiatief ontplooit, kan zij een aanvraag indienen om een aanmoedigingstoelage te krijgen bij de administratie van het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie. Dit dossier omvat onder meer een volledige beschrijving van het initiatief, een verantwoording en een begroting.
Art.9. Wanneer dit structureel initiatief bestaat uit het oprichten van een filiaal of een uitleenpost, wordt aan de bibliotheek 100 000 F aanmoedigingstoelage toegekend.
Art.10. De aanvraagdossiers voor een aanmoedigingstoelage worden onderzocht in de bevoegde werkgroep, behalve wanneer het gaat om de oprichting van een uitleenpost of een filiaal.
Het Collegelid bevoegd voor Cultuur van de Vlaamse Gemeenschapscommissie beslist - na advies van de werkgroep - over het toekennen van een aanmoedigingstoelage en over het bedrag van deze toelage.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen..
Art.11. Voor 31 december van het jaar waarin de toelage uitbetaald werd, moet een financieel verslag met bewijsstukken ingediend worden bij de administratie van het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor het bedrag van de toelage.
Art.12. Alle inlichtingen die noodzakelijk geacht worden voor het toekennen van de toelage en/of voor de financiële controle moeten aan de administratie van het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie verstrekt worden.
Art.13. De toelage wordt uitgekeerd door overschrijving op de post- of bankrekening van de inrichtende macht van de bibliotheek of van de bibliotheek zelf.
Art.14. Indien blijkt dat onjuiste gegevens verstrekt werden of indien de voorwaarden niet vervuld zijn, zal het Collegelid bevoegd voor Cultuur van de Vlaamse Gemeenschapscommissie de toegekende toelage terugvorderen. De bibliotheek kan van verdere subsidiëring uitgesloten worden, onafgezien van de toepassing van de wettelijke bepalingen betreffende het afleggen van onjuiste verklaringen.
Art. 15. Dit uitvoeringsbesluit heeft uitwerking per 1 januari 1996.
De Collegeleden,
V. ANCIAUX
R. GRIJP
J.CHABERT